Berichtdoor tante-tortel » 21 jun 2008 08:32
Volgens de NGB mag je enkel je kerkverband verlaten als ze niet meer voldoen aan de kenmerken van de ware kerk.
Artikel 27 - De katholieke of algemene kerk
Wij geloven en belijden één katholieke of algemene kerk1. Zij is een heilige vergadering2 van de ware gelovigen, die al hun heil verwachten van Jezus Christus3, gewassen zijn door zijn bloed, geheiligd en verzegeld door de Heilige Geest4.
Deze kerk is er geweest vanaf het begin van de wereld en zal er zijn tot het einde toe. Want Christus is een eeuwig Koning, die niet zonder onderdanen kan zijn5. Deze heilige kerk wordt door God staande gehouden tegen het woeden van de hele wereld6, hoewel zij soms een tijdlang zeer klein en ogenschijnlijk verdwenen is7. Zo heeft de Heer gedurende de gevaarlijke tijd onder Achab zevenduizend mensen voor Zich bewaard, die hun knieen voor Baäl niet gebogen hadden8.
Ook is deze heilige kerk niet gevestigd in, gebonden aan, of beperkt tot een bepaalde plaats, of gebonden aan bepaalde personen, maar zij is verbreid en verstrooid over heel de wereld9. Toch is zij met hart en wil samengevoegd en verenigd in eenzelfde Geest, door de kracht van het geloof10.
1 Gen. 22:18; Jes. 49:6; Ef. 2:17-19. 2 Ps. 111:1; Joh. 10:14, 16; Ef. 4:3-6; Hebr. 12:22, 23. 3 Joël 2:32; Hand. 2:21. 4 Ef. 1:13; 4:30. 5 2Sam. 7:16; Ps. 89:37; Ps. 110:4; Matt. 28:18, 20; Luc. 1:32.
6 Ps. 46:6; Mat. 16:18. 7 Jes. 1:9; 1Pet. 3:20; Opb. 11:7. 8 1Kon. 19:18; Rom. 11:4. 9 Mat. 23:8; Joh. 4:21-23; Rom. 10:12, 13. 10 Ps. 119:63; Hand. 4:32; Ef. 4:4.
Artikel 28 - De roeping zich bij de kerk te voegen
Wij geloven dat niemand, welke positie hij ook heeft, zich van deze heilige vergadering afzijdig mag houden, om op zichzelf te blijven staan. In deze vergadering komen immers bijeen degenen die behouden worden, en buiten haar is er geen heil1. Daarom moet ieder zich bij haar voegen en zich met haar verenigen2. Zo wordt de eenheid van de kerk bewaard; men onderwerpt zich aan haar onderwijzing en tucht3, buigt de hals onder het juk van Jezus Christus4 en dient de opbouw van de broeders5 overeenkomstig de gaven die God aan allen verleend heeft, als leden van eenzelfde lichaam6.
Om dit alles des te beter te kunnen onderhouden, is het volgens Gods Woord de roeping van alle gelovigen zich af te scheiden van hen die niet bij de kerk horen7, en zich bij deze vergadering te voegen8 op ieder plaats waar God haar gesteld heeft, zelfs al zouden de overheden en wetten van de vorsten zich daartegen verzetten en al zou er de dood of lijfstraf op staan9.
Daarom handelen allen die zich van haar afzonderen of zich niet bij haar voegen, in strijd met Gods bevel.
1 Mat. 16:18, 19; Hand. 2:47; Gal. 4:26; Ef. 5:25-27; Heb. 2:11, 12; 12:23. 2 2Kron. 30:8; Joh. 17:21; Kol. 3:15. 3 Heb. 13:17. 4 Mat. 11:28-30. 5 Ef. 4:12. 6 1Kor. 12:7, 27; Ef. 4:16. 7 Num. 16:23-26; Jes. 52:11, 12; Hand. 2:40; Rom. 16:17; Opb. 18:4. 8 Ps. 122:1; Jes. 2:3; Heb. 10:25. 9 Hand. 4:19, 20.
Artikel 29 - De kenmerken van de ware kerk, van haar leden en van de valse kerk
Wij geloven dat men nauwgezet en met grote zorgvuldigheid, vanuit Gods Woord, behoort te onderscheiden welke de ware kerk is, omdat alle sekten die er tegenwoordig in de wereld zijn, zich ten onrechte kerk noemen1. Wij spreken hier niet over de huichelaars, die zich in de kerk tussen de oprechte gelovigen bevinden en toch niet bij de kerk horen, al zijn zij voor het oog wel in de kerk2. Maar wij bedoelen dat men het lichaam en de gemeenschap van de ware kerk moet onderscheiden van alle sekten, die beweren dat zij de kerk zijn.
De kenmerken waaraan men de ware kerk kan kennen, zijn deze: dat de kerk de zuivere prediking van het evangelie onderhoudt3; dat zij de zuivere bediening van de sacramenten onderhoudt4, zoals Christus die heeft ingesteld; dat de kerkelijke tucht geoefend wordt om de zonden te bestraffen5. Kortom, dat men zich richt naar het zuivere Woord van God6, alles wat daarmee in strijd is verwerpt7 en Jezus Christus erkent als het enige Hoofd8. Hieraan kan men met zekerheid de ware kerk kennen en niemand heeft het recht zich van haar af te scheiden.
Zij die bij de kerk horen, zijn te kennen aan de kenmerken van de christenen, namelijk aan het geloof9 en hieraan dat zij, na de enige Heiland Christus aangenomen te hebben, de zonde ontvluchten en de gerechtigheid najagen10, de ware God en hun naaste liefhebben11, niet naar rechts of naar links afwijken en hun oude mens met zijn werken kruisigen12. Dat wil echter niet zeggen dat er geen grote zwakheid meer in hen zou zijn, maar door de Geest strijden zij daar elke dag tegen, hun leven lang13. Zij nemen voortdurend hun toevlucht tot het bloed, de dood, het lijden en de gehoorzaamheid van de Heer Jezus, in wie zij vergeving van hun zonden hebben door het geloof in Hem14.
Wat de valse kerk betreft, deze schrijft aan zichzelf en haar verordeningen meer gezag toe dan aan Gods Woord en wil zich niet aan het juk van Christus onderwerpen15. Zij bedient de sacramenten niet zoals Christus in zijn Woord geboden heeft, maar naar eigen goedvinden voegt zij eraan toe en laat zij eruit weg. Zij grondt zich meer op mensen dan op Christus. Zij vervolgt hen die heilig leven naar Gods Woord en die haar bestraffen over haar zonden, hebzucht en afgoderij16.
Deze twee kerken zijn gemakkelijk te kennen en van elkaar te onderscheiden.
1 Opb. 2:9. 2 Rom. 9:6. 3 Gal. 1:8; 1Tim. 3:15. 4 Hand. 19:3-5; 1Kor. 11:20-29. 5 Matt. 18:15-17; 1Kor. 5:4, 5, 13; 2Tes. 3:6, 14; Tit. 3:10. 6 Joh. 8:47; 17:20; Hand. 17:11; Ef. 2:20; Kol. 1:23; 1Tim. 6:3.
7 1Tes. 5:21; 1Tim. 6:20; Opb. 2:6. 8 Joh. 10:14; Ef. 5:23; Kol. 1:18. 9 Joh. 1:12; 1Joh. 4:2. 10 Rom. 6:2; Fil. 3:12. 11 1Joh. 4:19-21. 12 Gal. 5:24. 13 Rom. 7:15; Gal. 5:17. 14 Rom. 7:24, 25; 1Joh. 1:7-9.
15 Hand. 4:17, 18; 2Tim. 4:3, 4; 2Joh. :9. 16 Joh. 16:2.
Ik weet het is een hele lap tekst en iedereen kan hem nalezen in zijn/haar Bijbel achterin.