De titel mag misschien raar klinken maar ik ga het proberen uit te leggen.
Op 20 Mei 2002 heb ik belijdenis gedaan van mijn geloof. Op dat moment ging ik nog elke zondag 2x naar de kerk. Maar rond oktober 2002 liep alles minder goed dan ik had gehoopt. Heel mijn toekomst was even onzeker en ik kwam weer eens in een depressieve tijd. Deze problemen waren rondom werk en school etc. Maar ook in mijn persoonlijke leven stond alles even op tilt. Veel dingen gingen absoluut niet goed en ik raakte in een neerwaartse spiraal. Van nog redelijk naar slecht. Door deze problemen kwam ik destijds ook minder in de kerk. Uiteindelijk kan ik hier spijt van hebben dat ik destijds een vergissing heb gemaakt door uit de kerk weg te blijven maar dat is een ander punt als waar ik nu mee zit. Doordat ik een stuk minder in de kerk kwam kwamen er zo verhalen. Zo ook verhalen over mensen die zaten te twijfelen aan mijn geloof. Mensen die twijfelden of ik wel belijdenis had moeten doen etc. Ik kan mij hier enorm kwaad om gaan maken maar dat heeft zo weinig nut. Ik heb op 20 mei niet voor niets ja tegen God gezegd en daar sta ik ook 100% achter. Ik heb toen beloftes gemaakt die ik, door het weg blijven uit de kerk niet ben nagekomen. Daarin heb ik dan gefaald volgens enkele mensen blijkbaar en daar kan ik ze dan ook geen ongelijk in geven. Maar het feit blijft dat hoe slecht het dan ook ging, ik ten alle tijden God heb meegenomen in alle uren en minuten dat het slecht ging. Te allen tijde heb ik God om mij heen gevoeld.
Na een tijd van weinig kerk bezoek ben ik terug in de kerk gekomen en ik heb gebeden of God het mij kon vergeven dat ik zijn huis heb gemeden in de periode daarvoor en mij kon sterken om voortaan zulke keuzes te vermijden aangezien ik de verkondiging van Gods Woord nodig heb in het dagelijkse leven. Maar na enige tijd kwamen alle verhalen naar mij toe. Alle verhalen over de mensen die dus twijfelden aan mijn geloof. En op dat moment kwamen ook meteen alle gedachtes naar voren waarom niemand ooit op mij is afgestapt. Al eerder heb ik een lange tijd van depressie gehad waar ook een alcohol verslaving bij kwam. Destijds is er maar 1 iemand naar mij toe gestapt en dat was de dominee waarbij ik op 20 mei ook belijdenis heb gedaan. Hij zag aan mij dat het niet goed ging met mij en hij heeft mij dan ook uitgenodigd voor een gesprek. Dit gesprek heb ik destijds als zeer fijn ervaren. Maar in die tijd heeft er verder, op mijn ouders na natuurlijk, niemand ook maar gevraagd wat er nu precies aan de hand was etc. Niemand heeft omgekeken naar mij. En ook deze keer was dit niet het geval. Het enige wat er is gebeurd is dat er achter mijn rug om conclusies zijn getrokken zonder mij ook maar aan te spreken. Als iemand mij had gevraagd wat er aan de hand was of iets dergelijks. Al had er maar iemand een “simpel” iets gezegd als: “Waar je ook mee zit, ik zal voor je bidden”. Maar dit is niet gebeurd.
Ik ben van nature geen persoon die graag dingen verteld en ik los liever in mijn eentje, dan wel met de hulp van God, problemen op. En ook dat is deze keer met de depressiviteit gelukt. Maar juist door alle dingen die achter mijn rug om zijn gezegd ben ik het vertrouwen in de kerk verloren. “Bij deze bent u opgenomen in de gemeente”. Dat moet toch ook inhouden dat we er voor elkaar zijn. Op dit moment durf ik een kerk niet meer binnen te stappen omdat ik bang ben dat men weer achter mijn rug om over me gaat praten en conclusies gaat trekken. Op dit moment ben ik bang voor de kerk. Bang om er achter te komen dat ik in een kerk zit waar mensen niet om mij geven.
Nu is er wel een kleine “verklaring” voor. De gemeente waar ik zit bestaat voornamelijk uit ouderen. Een grijze gemeente zeg maar. Er zijn maar enkele jongeren. Dus wie weet komt het daar allemaal door.
Dit bericht is absoluut geen manier om mijn kerk even aan te vallen en hen zwart te maken etc. Want ik zie dat bijvoorbeeld voor mijn moeder of vader het wel perfect werkt. Wanneer 1 van 2-en ergens mee zit is alle hulp dicht bij en zie ik hier mensen uit de gemeente zitten om te praten.
Het is niet dat ik niet meer naar de kerk wil. Mijn hart wil dolgraag weer naar de kerk en mijn hoofd ook. En ik hoor God dan ook roepen. Maar welke kerk dan ook, ik ben te bang om er naar binnen te gaan en weer zoiets mee te maken.
Ik heb God nooit los gelaten en dat zal ik ook nooit doen. En ik vertrouw er ook op dat God mij weer in de kerk zal brengen.
En nu aan het einde van dit bericht besef ik even niet meer waarom ik dit allemaal heb getypt. Ik wilde misschien kijken of iemand zich herkent in wat ik hierboven type..