Doortje schreef:Toch erg fijn dat jij je ogen dan wel open hebt en precies weet hoe het binnen de ger gem allemaal in elkaar steekt!!
Maar ik heb nog steeds niet gehoord wat er nu fout is aan de leer binnen de gergem. Er op schelden kan je wel en je roept van alles over eenzijdigheid e.d. maar kan je ook met iets concreets komen? waarin is de leer volgens jou niet goed?
Concreet vind ik de uitspraken van 1931 niet goed, dat het verbond der genade onder de beheersing van de uitverkiezing staat. Daarmee worden de bijbelse gegevens, die moeilijk te verstaan zijn en voor velerlei uitleg vatbaar zijn, te zeer in een door mensen gemaakt systeem gepast. De uitleg van alle teksten wordt nu onderhevig aan deze sytematisch ingreep en zo gaan er veel van de bijbelse geheimen verloren. Men sluit het wonder van een plotseling helder en overduidelijk inzicht uit, omdat men een meetlat heeft geconstrueerd, waaraan geloof, wedergeboorte van willekeurig wie dan ook worden afgemeten. Daaruit volgen ook menselijke oordelen: die en die wel, die en die niet.
verder gaat het mij om de onafzienbare stroom suggesties (dus geen leeruitspraken) die er in de prediking worden gedaan. dat er maar weinig mensen zalig worden, dat het overgrote deel van de gemeente onbekeerd is (zie de onuitgesproken afspraak dat een avondmaalstafel niet al te vol moet zitten), de hele rimram van toeleidende wegen, standen, heilsordelijke detailleringen.
Als je als kind in de GG opgroeit weet je één ding zeker: je bent niet bekeerd en d'r is heel wat voor nodig om bekeerd te worden. Je krijgt de indruk dat er velen zijn, die op hun tachtigste nog verharde en vesrtokte zondaars zijn. Dat wordt zo'n beetje de standaard. Bij een begrafenis wordt niet gesuggereerd, dat iemand gelovig was, maar wel dat hij voor eeuwig verloren is (wie zwijgt bedoelt: onbekeerd... de hel).
Kortom niet zozeer de gereformeerde leer, maar juist de geloofspraktijk van de GG predikt maar één ding: God heeft maar weinig kinderen, er is geen enkele garantie op genade, wachten, bidden, naar de kerk gaan, geloven...het doet er ten diepste niet toe.
Mijn grootste bezwaar is, dat de kerk slechts een sociale functie heeft. men heeft er vrienden, familie, een hechte groep, beschutting, warmte, kennissen, een eigen identiteit, kleding, scholen, taal, gezagdragers, boeken, clubs, verenigingen, godsdienst en wat niet al.
Maar men heeft geen geloof (en vindt dat ook nog eens de gewoontse zaak van de wereld). Inderdaad, dat is de gewoonste zaak van de wereld, maar niet de gewoonste zaak van de kerk.
Ik beoordeel de GG dan ook niet op datgene, wat ze niet heeft (geloof), maar op datgene, dat ze wel heeft (ze is een sociale groep). En ja, daarin gelden de wetten van macht, politiek, zoals overduidelijk blijkt uit de praktijken van het curatorium, die zichzelf onterecht geheiligd heeft door de suggestie, dat ze tot een selecte groep behoort, waar de anderen niet toe behoren. Wie in hen gelooft, bewondert hen ademloos. Maar je moet het geloof in de eigen sociale groep en in de eigen gezagsdragers niet verwarren met het geloof in God.
Wie zegt, dat er geen geloof in de gemeenten aanwezig is (en dat is de onophoudelijke suggestie in de GG), heeft geen recht van spreken en is slechts een onbetekende wereldse beweging, die ten onder zal gaan.
Met degene die zegt, dat geloof niet mogelijk is of slechts in enkele zeer zeldzame gevallen, voer ik geen gesprek. Het ongeloof dient geen platform te krijgen: het mag zich niet groot maken, maar moet genegeerd en de kop in gedrukt worden. Voor je het weet word je ermee besmet. Ongeloof is gevaarlijk, werelds en neigt naar de ondergang. Wie niet gelooft heeft het eeuwige leven niet.
Mijn advies: houd je er verre van. Het infecteert je denken. En het maakt God tot een machteloze aanfluiting. Wie instemmend knikt bij de gedachte dat er zo weinig gelovigen in eigen gemeente zijn, is een poortwachter van de hel geworden. En zo ervaar ik die hypocriete koppen van deze gezagsdragers ook, wanneer ze weer eens een 'onbekeerd' iemand begraven.
try