refo schreef:jas schreef:Beste Joepie, ik zal kort beschrijven hoe het mij vergaan is en dat ik dat proces ook geheel terug vind in de Bijbel en de belijdenisgeschriften.
Ik was een puur goddeloos mens, volop in de wereld en alles doende wat God verboden had. Ik bekommerde me totaal niet meer (opvoeding weggestopt) over mn eeuwig zieleheil, ik had met het geloof 'afgerekend'. Jazeker, ik wel, maar God niet. En nu dan waarom ik het niet met je eens ben dat genade geschonken wordt op voorwaarde van geloof. Als dat zo was, dan was ik nu nog dezelfde puur goddeloze als voorheen met dezelfde goddeloze levenswandel. Want ik was niet van plan om te gaan geloven, nu niet, dan niet, en nooit niet. Daarom klopt het niet wat je zegt. Ik zou nooit aan 'jouw' voorwaarde voldaan hebben. Maar God schonk mij genade zonder dat ik geloofde, en pas na die ontvangen genade, geloofde ik. Daarom zegt Paulus ook dat we als vijanden met God verzoend moeten worden. Als ongelovigen en niet als gelovigen. Hoe kan ik geloven dat ik genade heb als ik het nog niet heb? Onmogelijk. Ik kan pas geloven dat mij genade geschonken is, als ik het ook daadwerkelijk ontvangen heb. Daarom gaat Gods genadeschenking vooraf aan het geloof.
Wat je met dit getuigenis doet is je eigen beleving als norm stellen.
Nee dat doe ik niet want daar ben ik juist tegenstander van. Als mijn inwendige gevoelens niet overeenkomen met de Bijbel zijn ze voor mij totaal waardeloos. Ik verwijs ook naar de Bijbel en belijdenisgeschriften omdat ik datgene wat ik ervaar daaraan toets.
refo schreef: Een enkele keer (wees er maar blij om) grijpt God een volledig goddeloze en leidt hem terug. Dat is echter een zeldzaamheid. De meeste mensen komen onder de prediking tot geloof. (ik laat nu de zending even buiten beschouwing)
Ik weet niet of je dit in de kerk geleerd hebt, maar als dat zo is, zou ik op zoek gaan naar een andere. Als jij denkt, dat je met je kerkgang minder goddeloos bent dan de wereldling die niet naar kerk gaat, dan bedrieg je jezelf op een gruwelijke manier. Elk kind van God zal moeten erkennen als een volkomen goddeloze gerechtvaardigd te zijn en niet als een half goddeloos/half rechtvaardige. Wat ik stel is dus geen zeldzaamheid, het is een noodzakelijke vereiste dat men als vijand (goddeloze) met God verzoend wordt.
refo schreef:De zin "Want ik was niet van plan om te gaan geloven, nu niet, dan niet, en nooit niet." kan ik eigenlijk niet plaatsen. Als ik het zo lees ben je in ieder geval teruggekeerd, beschouw je dat als zaligmakend werk, maar geloof je nog steeds niet.
Ik ben helemaal niet teruggekeerd. God is tot mij gekeerd en daarna ik tot Hem. Je legt hetgeen ik schrijf geheel verkeerd uit. Ik schreef; "ik was niet van plan, etc." Nergens heb ik gezegd dat ik niet tot geloof gekomen ben, alleen dat ik dat niet van plan was.
refo schreef:Later zeg je dat je geloofde. Volgens Calvijn is dat pas het moment van leven. Daarvoor is het hooguit een voorbereiding geweest. Er is namelijk geen leven zonder geloof.
Beweer ik iets anders dan?
refo schreef:Het zijn geen levende mensen die geloven, maar dode. Hoe dat kan weet ik ook niet, maar zo is het.
Je spreekt jezelf nu tegen. Eerst zeg je; er is geen leven zonder geloof, en vervolgens zeg je dat het dode mensen zijn die geloven. Het eerste klopt wel, er is geen leven zonder geloof. Het 2e klopt niet, geestelijk doden geloven niet, maar zogauw ze levendgemaakt zijn geloven ze wel.
refo schreef:En wil je persé dat er eerst leven is, dan moet je zeggen dat dan de 'orde' zo is en niet de 'volgorde'. Misschien is er eerst de levendmaking en dan het geloof, maar daar zit nog geen triljoenste seconde tussen.
Ik heb geen zin in schermutselingen over woordinterpretaties van deze strekking. Al zit er een triljoenste seconde tussen, dan nog kun je van volgorde spreken. Ook al is dat dan niet meetbaar. In elk geval is dat wat ik bedoel. Eerst levendmaking en meteen daarop geloof, opdat niet het geloof de grond voor de levendmaking zijn zou, maar de levendmaking voor het geloof.
refo schreef:Daarom zeg ik ook: in een heidensituatie gelooft niemand. Komt de prediking tussenbeide (God zoekt de mens op) dan verandert er wat. De mens krijgt een keus voorgelegd. Die komt van God. En hoe dat dan is, weet ik ook niet. Maar het wil er bij mij niet in dat heidenen die nooit van God hoorden op dezelfde wijze tegenover God staan als zij die wel van Hem hoorden.
Dat moet geleerd worden, dat je als geestelijk dode kerkganger er net zo ver vandaan bent als de blinde heiden. Zolang jij denkt dat je daardoor dichter bij de genade bent, ben je juist verder er vandaan dan welke heiden ooit zal wezen.