Nathanael schreef:Try,
Je stelt een hele goede vraag.
Een ander punt dat je erbij moet betrekken is volgens mij: de mensen die in gebedsgenezing geloven, zeggen over het algemeen niet dat iedereen geneest.
Ik geloof in gebedsgenezing. Maar wat bedoel ik daarmee: dat het mogelijk is dat God iemand geneest als wij daarom vragen.
Let op: ...mogelijk is... dus niet perse zeker.
Jan Zijlstra heeft een boek geschreven met 50 (!) redenen waarom iemand niet geneest. Niet alle redenen zijn even interessant, maar wat wel opmerkelijk is dat hij dus gewoon zegt: ik heb gezien dat niet iedereen genas. Soms kan ik (zegt hij) daarvan de oorzaak aangeven en soms niet.
Ik kan getuigen dat ik genezingen hebt gezien die ik niet anders dan aan het bovennatuurlijke kan toeschrijven - dat God op ons gebed of door ons gebed heen iemand genas.
Eignelijk zou ik nog wel eens boek willen schrijven met genezingsverslagen die door meer dan twee onafhankelijke getuigen/bronnen worden bevestigd. Maar ja, zou het helpen? Die zijn er vaak al, maar mensen geloven het vaak niet.
1 voorbeeldje: een vriend van mij had een been dat 1.5 cm langer was dan het andere. Hij kon niet op blote voeten lopen zonder pijn in zijn rug te krijgen (ook zwakke rug dus). Er is voor hem gebeden en zijn benen zijn gelijk. Toen ik hem een paar jaar na dat voorval heb leren kennen, heeft hij mij dit verteld. Ik heb ook de oude aangepaste schoenen gezien die hij nog steeds bewaarde als bewijs. De tweede getuige was een andere vriend die voor hem gebeden had.
Tja, of ik denk dat allebei zijn gehersenspoel, gek zijn, de schoenen hebben gefaked of ik geloof dat het waar is wat ze zeggen.
Wie zou ik zijn om mensen, die van een lastig ongemak of van een ziekte zijn genezen, niet direct van harte te feliciteren. En wie zou ik zijn om tegen de bewijzen in te willen blijven vasthouden aan mijn NJET. Ik sta er voor open om een bewezen genezing zonder schroom, voluit aan God toe te schrijven, Hem daarvoor de lof te geven en Hem te erkennen.
Toch ga ik niet af op verhalen van anderen, ook niet als die verhalen 'getuigenissen' genoemd worden. Ik doe dat vanuit de pijnlijke kennis, die ook een bijbelse kennis is, dat mensen niet betrouwbaar zijn. Het lijkt een bot antwoord, maar het hoort bij de waarheid omtrent mensen. (Wie zegt eigenlijk, dat de waarheid altijd fijn en plezierig is).
Het valt me op, dat ook jij in je reactie er van uit gaat, dat mensen het wel niet zullen geloven, ook al schrijf je een boek met genezingsverhalen, dat bevestigd wordt twee onafhankelijke bronnen/getuigenissen.
Daarmee leg je het probleem weer bij het vermeende ongeloof van mensen. Maar eigenlijk heb je zelf een probleem, namelijk: inderdaad er voor zorgen dat je aantoonbare bewijzen verzamelt, die kunnen worden geverifieerd. De wetenschapper in mij kan zich dan aansluiten bij de gelovige, die ik overigens ook ben.
Waar ik moeite mee heb, is het verdacht maken van op zich terechte vragen van de kant van wetenschappers. Hoevelen waren er in de Middeleeuwen niet van overtuigd, dat muizen uit stof ontstonden. Niemand kan loochenen, dat de wetenschap een antwoord heeft gevonden, dat de waarheid dichter benadert. We hoeven, ook als christen, de wetenschap niet te wantrouwen. Het gaat immers om waarheid. Zo wil ik ook ten aanzien van wonderlijke genezingen graag de waarheid weten. En ik houd twee opties open:
1. genezingsverhalen als leugen: met veel bombarie gebracht, enorm overtuigende, wervende, spectakelverhalen, maar aan het einde van de dag allemaal niet waar en gelogen of gefantaseerd.
2. genezingsverhalen die waar zijn: allesbepalend hierbij is een wetenschappelijke onderbouwing, aantoonbare bewijzen van de genezing, die niet anders dan uit een wonder verklaard kan worden (er zijn natuurlijk ook genezingen, die door het lichaam zelf worden verricht).
Lastig, ik geef het toe.
Veel fijner is het om direct blij te zijn, verrast te zijn en opgetogen te kunnen rondlopen. Ik heb een bewijs! God heeft het gedaan! Enz. enz. Ik ken dat goed. Het geeft je een onoverwinnelijk gevoel. Je staat aan de goede kant, alles is mogelijk en de rest... allemaal ongelovige stakkers. Die willen bewijs zien. En je vraagt je af: wat wil je nog meer voor bewijs? M'n vriend heeft het me toch zelf verteld!!!!! Het is zeker weten waar!
Heel voorzichtig, maar wel doortastend en onafgebroken zal ik toch een kritische vraag hierbij stellen: hoe zeker ben je? Waarom zegt je vriend dit? Wat zijn de motieven van mensen, die graag willen, dat anderen in de wonderen geloven, die ze hebben gezien? hebben ze er soms een belang bij, dat jij voor hun verhaal valt? Voelen ze soms, dat alleen dit antwoord gepikt wordt? Zijn hun uitingen dan wel vrij van enige subjectiviteit? Is het ook niet een boodschap, die iedereen (vooral die vele doodzieke mensen in ziekenhuizen) vrijwel direct zouden willen opdrinken? Verlies je in dit verlangen je kritische vermogen niet? En is de aangenaamheid van een boodschap wel een graadmeter voor de waarheid van die boodschap?
We moeten er ernstig rekening mee houden, dat er zeer veel heerlijke, betoverende, paradijselijke verlossingsverhalen zijn, die weliswaar heerlijk, paradijselijk zijn om ze je voor te stellen, maar die toch feitelijk niet op enige waarheid berusten. Iedereen is daar gevoelig voor. Niemand wil horen, dat de waarheid hard is.
Maar dan moet je jezelf ook de vraag stellen of je wel op zoek bent naar de waarheid. Misschien ben je daar helemaal niet in geinteresseerd. Misschien zoek je wel troost!
Dat is natuurlijk heel legitiem. Heeft ook de Heidelberger Cathechismus ( die de mens als door en door onbetrouwbaar tekent) niet de troost als doel voor de godsdienst? > vr. en antw. 1.
Enz. enz.
try