Nathanael schreef:Jas schreef:Nathanael schreef:Jas schreef:De zekerheid des geloofs, de volharding der heiligen zijn nl. besloten in Gods wil, dat Hij diegenen die Hij van eeuwigheid heeft uitverkoren tot de zaligheid, ook in de tijd tot die gemeente zal brengen die zalig zal worden.
Geloof ik ook. Waar staat het in de Bijbel?
Erg vermoeiend discussieren, dat zakelijke van jou. Maar het staat in Rom. 8:30
Bedankt voor dit duidelijke antwoord. Overigens wordt daar de volharding der heiligen niet genoemd. Er staat zelfs: "...
heeft (...) gerechtvaardigd..." en "...
heeft (...) verheerlijkt...". Het is dus al gebeurt, terwijl ik toen nog niet geboren was.
Dat is een onjuiste interpretatie van de tekst. Paulus spreekt hier wel in de voltooid tegenw. tijd, maar dat is juist om aan te geven dat de uitvoering van Gods besluiten net zo zeker is als het besluit zelf. En dat bewijst het feit dat niemand geroepen wordt voor hij ook daadwerkelijk is. De roeping geschied in de tijd, wanneer God de mens door Zijn Geest en Woord gaat bearbeiden. Daarop volgt ook dat degenen die geroepen zijn, ook gerechtvaardigd worden. Derhalve is ook de rechtvaardigmaking van eeuwigheid een fabel, want hier stelt Paulus duidelijk dat de roeping aan de rechtvaardigmaking voorafgaat. En aangezien de roeping in de tijd plaats vindt, kan het niet anders dan dat ook de rechtvaardiging in de tijd plaats vindt. Wat je opmerking betreft, dat dit geen bewijs is van de volharding, dan wil ik je er op wijzen dat in dit rijtje nog toegevoegd is "en dezen heeft Hij ook verheerlijkt". Daaruit volgt, dat even zeker als het is, dat op de uitverkiezing, in de tijd roeping en rechtvaardiging plaatsvinden, ook de verheerlijking voor God een zekere zaak is, een uitvoering van Zijn eeuwig besluit. Want het is onmogelijk dat God iemand van eeuwigheid tot de zaligheid verkiest, en dan tegen de onmogelijkheid aanloopt om die persoon ook daadwerkelijk zalig te maken. Hier creëer je een falende God, die Zijn eigen werk blijkbaar van eeuwigheid niet kon overzien. En dit is geheel in tegenspraak met de Schrift, die zegt dat Gode al Zijn werken van eeuwigheid bekend zijn.
Verder aangaande de volharding der heiligen wil ik nog deze tekst onder de aandacht brengen:
Dan. 7:18; "Maar de heiligen der hoge plaatsen zullen dat Koninkrijk ontvangen, en
zij zullen het Rijk bezitten tot in der eeuwigheid, ja, tot in eeuwigheid der eeuwigheden. "
In de NBV staat: alle heiligen.
De kanttek. van de SV zeggen over deze tekst:
"der hoge plaatsen:
Dat is, die van God verordineerd zijn tot inneming en bezitting der hogere plaatsen, dat is, der hemelen, die zij ter bestemder tijd zullen innemen en bezitten. Zodat dit is ene beschrijving der Kerk, welke is ene vergadering der heiligen, tot de hoogten of tot de hoge plaats, dat is, ten eeuwigen leven behorende. Anders: de heiligen des Allerhoogsten zullen, enz. Vergelijk Openb. 1:6, en Openb. 5:10. "
En Thomas antwoordde en zeide tot Hem: Mijn Heere en mijn God! (Joh. 20:28 )