Berichtdoor Jacobse » 18 apr 2010 17:15
Graag nog een opmerking n.a.v. het bovenstaande, dat " Thomas tot geloof kwam ".
Dat doet geen recht aan Thomas.
Thomas kon eenvoudigweg niet buiten de Heere Jezus.Toen Thomas dacht dat de Heere door Zijn sterven weg was,had het leven voor Thomas geen zin meer.Eerder had hij in die zelfde zin al gesproken, toen de Heere zei dat Hij naar Jerusalem moest gaan om daar te sterven: laten we met Hem gaan, om daar ook te sterven.
Thomas, bijgenaamd Didymus, tweeling, maar nergens blijkt dat hij een (tweeling)broer had, want dan had hij die zeker tot Jezus gebracht, maar daar spreekt de Schrift niet van.Thomas, een tweeling in zichzelf, met geloof en met ratio?
Welnu, Thomas had niks aan de praat van anderen. Hij wilde hetelf zien en ervaren: mijn hand in Zijn zijde, waar de speer doorheen was gegaan naar het hart, mijn vingers in Zijn handen waar de spijkers doorheen waren gegaan.Toen de andere discipelen zeiden dat ze de Heere hadden gezien, had hij daar niks aan; sterker, hij was niet eens aanwezig in de kring op de eerste dag van de week. Een wonder dat hij er de volgende zondag wel was.En toen de Grote Heelmeester, Die ging meteen en als eerste naar Thomas en nodigde hem uit de hand in de zijde te steken en de hand in de hand te leggen:maar dat was niet eens nodig, Thomas zag de Heere, zijn Heere was er weer, en Thmas was helemaal thuis. Hoor zijn belijdenis: mijn HEERE en mijn GOD.
Thomas, een diep gelovige, die het echter zeker wilde en wil weten, zelf; om er dan algeheel voor te gaan.
U en ik zullen het, anders dan Thomas, voorshands moeten doen met het ( nog )niet zien door aanschouwen, maar we hebben niet het woord van de medediscipelen maar het woord van de Heere Zelf: wie in Mij gelooft zal leven al ware hij/zij gestorven, en wie in Mij gelooft, sterft niet in eeuwigheid. Wj zullen, op Zijn tijd, dan ook de Koning in Zijn schoonheid aanschouwen.Om dan evenals Thomas, vanuit de grond van ons hart, en met tranen van blijdschap in de ogen, vol vreugde en dankbaarheid evenzo uit te roepen: Here Jezus, mijn Koning en mijn God.
Thomas