Theodorus á Brakel schreef wat in 'Het geestelijke leven' over middelmatige zaken:
"Ende soo daer eenige middelmatige dingen mochten wesen, daer wy soo klaer Godts wille niet konden weten, soo moet nochtans het doen ofte laten van het middelmatig dink Godt niet mishagen, noch tegen Zijn Woord zijn, en dan soo mag men Godt vragen door het gebed, dat Hij ons ten besten berade: Want by Hem is raed en verstant, Prov. 8:14. En daerom kan hy ons eenen goeden raed geven, en ten besten na zijnen wille bestieren, en ondersoekt dan daer by, niet wat u best behaegt, maer wat u dunkt meest en best met Godts Woort, waer in ons Zijnen wille geopenbaert is, over een te komen; en verkiest dat te doen of te laten, met opheffinge des gemoeds tot Godt, dat gy niet voor en hebt Godt te vertoornen, ende weten tegens Zijnen wille te doen, maer dat gy altijt geern Zijn wille wilt doen, en Hem gehoorsamen, soo sal het een gerustigheyt maken in u conscientie."