Een ruwe schets voor een Palestijnse staat ligt er al lang. De parameters voor zo'n staat liggen er al sinds het Camp David overleg tussen Barak en Arafat en de zgn. Clinton parameters:
- een Palestijnse staat in Gaza en het grootste deel (ca. 95 %) van de Westoever (c.q. Judea en Samaria)
- Oost-Jeruzalem opgedeeld in Joodse en Arabische wijken: Arabische wijken gaan tot de staat Palestina behoren, Joodse wijken (inclusief de Jewish quarter in de Oude Stad plus de Klaagmuur plus de begraafplaats op de Olijfberg) tot de staat Israël.
- Een gedeeld gezag over de Tempelberg (of een internationaal gezag)
- Grote nederzettingen (o.a. Gush Etzion, Ma'ale Adumim, het Modi'in blok) gaan bij Israël horen. De Palestijnen worden gecompenseerd door de overdracht van een stukje (grotendeels onbewoond) land dat nu tot Israël hoort. Kleine nederzettingen worden ontruimd.
- De zgn. "Right of return" wordt alleen gerealiseerd in de staat Palestina, Israël hoeft niet (of slechts heel beperkt) Palestijnen op te nemen. De Palestijnen in de Arabische wereld die niet naar Palestina kunnen terugkeren, worden financieel gecompenseerd (door de internationale gemeenschap).
- Veiligheidsgaranties voor Israel (o.a. beperkte hoeveelheid toegestane bewapening voor de Palestijnen, een militaire aanwezigheid van Israel in de Jordaanvallei)
enz.
Het is heel complex, maar het is in theorie wel mogelijk. De vraag is echter of van beide kanten de politieke wil er is om tot een compromis te komen. Want om er uit te komen is een compromis nodig en niet het streven om het onderste uit de kan te willen. Dat erkent de vorige premier van Israel (Ehud Olmert, bepaald geen linkse politicus) ook, getuige zijn
opiniestuk in de New York Times van vandaag.
Laat de woorden van mijn mond en de overdenking van mijn hart welgevallig zijn voor Uw aangezicht, HEERE, mijn rots en mijn Verlosser! (Ps. 19:15)