Wilko schreef:Een paar punten: voor afgescheidenen was het in die tijd (1834) zo dat de NHK plaatselijk vals was geworden (de afscheiding van 1834 is dus in de eerste plaats een plaatselijk gebeuren dat landelijke trekken kreeg). Sommige afgescheidenen gingen zelfs zover (te ver in mijn optiek) dat de gehele NHK vals was geworden. Overigens is dat laatste wel te begrijpen als je bedenkt dat er mensen waren die in die tijd vanwege hun exclusief gereformeerde overtuiging (ook een belangrijke uitdrukking in 2004!) in de gevangenis zijn gezet.
Zie mijn voorbeelden uit de Bijbel. Een plaatselijk valse gemeente is geen reden om de hele NHK als vals te betitelen. Daarom durfden velen de NHK toch niet te verlaten en kwamen in conventikels samen en later in hervormde evangelisaties. Het is begrijpelijk die Afscheiding, echter niet bijbels te onderbouwen mijns inziens.
Inderdaad, de hele NHK kun je niet als vals betitelen, dat heb ik al betoogd. Dat velen de NHK niet durfden verlaten begrijp ik ook.
Wat overigens wel meespeelt is het verschil in kerkvisie die ook nog eens meespeelde: is alleen de landelijke NHK werkelijk kerk, of zijn de gemeenten op zich ook al kerk. Ziehier een nieuw verschil van mening dat stamt uit de 19e eeuw en waar de bijbeluitleg van hervormden en afgescheidenen uiteen gaat. Overigens is het opvallend dat een deel van de hersteld hervormden wat dat betreft weer een afgescheiden opvatting hierover hebben, zie bijv. de publikaties van mr. Post van afgelopen jaar.
Wilko schreef:Verder is het voor afgescheidenen niet genoeg als de grondslag op papier goed is (zelfs daar zijn ze het niet mee eens trouwens). Dat is in hun optiek geen grondslag. Het gaat erom of dit in praktijk ook handen en voeten krijgt. Dat was in de 19e eeuw niet het geval.
Weer geen reden om echt af te scheiden, zie mijn voorbeelden uit de Bijbel, waar de grondslag lang niet altijd goed functioneerde in de praktijk.
Hmm, voor wat betreft de voorbeelden uit de Bijbel: hervormden vergelijken hun eigen kerk graag met het oudtestamentische Israel. Dit soort argumenten heeft haar wortels in de vervangingstheologie. De vervangingstheologie loopt nu toch echt wel op haar laatste benen.

Overigens vonden de afgescheidenen de grondslag van de NHK al verkeerd, vandaar ook dat men in hun eigen kerk teruggreep op de Dordtse kerkorde, die huns inziens beter was dan de reglementenbundel van de NHK (terecht overigens).
Wilko schreef:In de tweede plaats was de afscheiding bepaald geen vrijwillige zaak. De afgescheidenen voelden zich door kerkrechtelijke en andere juridische procedures gedwongen een eigen weg te gaan. Pas gedurende het SOW-proces (!!) is er toenadering tussen een deel van de afgescheidenen en de NHK gekomen (helaas wel op andere gronden dan tijdens de breuk).
Kerkrechtelijk en juridisch gezien gedwongen. Kun je dat uitleggen?
In de praktijk van het kerkelijke leven werd het mensen vaak onmogelijk gemaakt om bijbels gereformeerd te handelen (uitoefening van tucht, de praktijk rond het doen van openbare geloofsbelijdenis en het bedienen van de doop enz.). Verder werden er predikanten volkomen onterecht uit het ambt gezet, waren er rechtszaken (net als nu trouwens), waarbij mensen de kerk uit werden gezet enz. Eigenlijk was het in die tijd nog een paar graadjes erger dan wat er dit jaar is voorgevallen. Als je geconfronteerd wilt worden met wat er in die tijd allemaal is voorgevallen, dan raad ik je aan om het boek: "Het wonder van de 19e eeuw" eens te lezen (Algra is de schrijver meen ik, gereformeerd).
Wilko schreef:Voor wat betreft de term "in gemeenschap met": deze is inderdaad pas in 1951 ingevoerd. Daarvoor gold de reglementenbundel van 1816 die eigenlijk praktisch bepaalde dat de kerk (synode) geen leeruitspraken deed; er was dus volledige leervrijheid. In principe was iedere predikant dus vrij om te leren wat hij wilde, wat ook gebeurde. Naar ik meen waren er in de 19e eeuw predikanten die het bestaan van God ontkenden en er waren er ook die doopten in naam van geloof, hoop en liefde.
In dit opzicht is de kerkorde van 1951 een verbetering t.o.v. van de reglementenbundel, maar blijft nog steeds het hoofdbezwaar staan dat je het belijden van de kerk in principe zo uit kunt leggen, dat je er alle kanten mee op kunt. En tegen deze vorm van opvatting van het belijden is nooit door de synode aktie ondernomen, waarbij dus in de praktijk de grondslag (een term die volgens mij alleen in de rechterflank van de NHK wordt gebruikt) een wassen neus was. Ook hier komt het verschil tussen de NHK en de afgescheidenen naar voren. In de NHK is men kerkordelijk tevreden als het op papier enigszins gereformeerd is, voor de afgescheiden kerken is de praktijk het bewijs dat de NHK in elk geval sinds 1816 niet meer exclusief gereformeerd is geweest.
De synode is altijd nog gebonden aan haar grondslag, ook al wil ze er mee doen wat ze wil. Ook hervormd-gereformeerden gaat het om praktische binding aan de belijdenis. De theorie is wel een voorwaarde daarvoor. Bij de papieren binding gaat het om de belofte van trouw aan de belijdenis. Dat is toch wel de kern van de zaak. Daar kun je de kerk op aanspreken. Hoe de synode omgaat met de belijdenis bepaalt niet het wezen en de grondslag van de kerk. Maar de aangenomen belijdenissen bepalen het wezen van de kerk en zijn uitgangspunt voor al het kerkelijke leven. Waar deze veranderen, verandert de kerk (en niet alleen van naam in geval van de PKN). De Hervormde Kerk, hoe ziek, hoe vervallen ook, was altijd nog de kerk van de Reformatie ook al was zelfs de synode ontrouw aan de belijdenis.
Ik kom eerder tot de overtuiging dat de praktijk een voorwaarde is voor de theorie (en dan doel ik op de kerkorde, niet de belijdenissen die daarin genoemd worden) dan andersom (dat blijkt uit de praktijk

De NHK als kerk der Reformatie in Nederland betitelen vind ik nogal aanmatigend, alsof diezelfde kerk niet gescheurd is. Een kerk bestaat uit haar leden. In de geschiedenis zijn meerdere groepen leden buiten de NHK komen te staan en derhalve kun je stellen dat de kerk der Reformatie in Nederland is gescheurd tot meerdere verbanden. De NHK gebruikte het historische juridische argument om zich tot de kerk der Reformatie uit te roepen, maar zo'n roepen maakt de gescheidenheid (waar ze zelf mede schuld aan heeft) niet ongedaan. Evenzo gebruiken de afgescheiden kerken het confessionele argument (en dat doen ze ook naar elkaar toe). Nu hebben we de PKN, die het historische juridische argument handhaaft en de HHK die dit ook doet (daar loopt nog een rechtzaak over), maar daarbij het confessionele gelijk aan haar zijde meent te hebben.
Ik vind het allemaal maar bedroevende kerkpolitiek van verschillende kerkverbanden die dergelijke argumenten gebruiken om de onderlinge gescheidenheid en het gebrek aan onderlinge liefde te rechtvaardigen.

Zelf denk ik dat al die argumenten (en de bijbehorende kerkelijke trots) overboord zullen moeten, wil het tot een werkelijke reformatie en bijbehorende kerkelijke herverkaveling in Nederland komen, die wel vruchtbaar zal zijn voor ons volk. Tot die tijd zullen we het met de huidige kerkelijke gebrokenheid moeten doen.
