Psalm 35:1 (Psalmberijming 1773)
Twist met mijn twisters, Hemelheer;
Ga mijn bestrijd'ren toch te keer;
Wil spies, rondas en schild gebruiken,
Om hun gevreesd geweld te fnuiken;
Belet hun d' optocht, treed vooruit;
Zo worden z' in hun loop gestuit.
Vertroost mijn ziel in haar geween,
En zeg haar: 'k Ben uw heil alleen.
Zingen: http://www.psalmboek.nl/zingen.php?psID ... ID=1&s=rit
Psalm 35:1-3 (NBG'51)
1 Van David.
Twist, HERE, tegen wie met mij twisten,
bestrijd wie mij bestrijden.
2 Grijp schild en rondas,
sta op, mij ter hulpe,
3 zwaai speer en strijdbijl tegen mijn vervolgers,
zeg tot mijn ziel: Ik ben uw verlossing.
Mijn vraag is: mag David dit wel bidden tot God? "Twist met mijn twisters, Hemelheer!"
David vraagt zelfs aan God om het schild en het rondas te grijpen, en speer en strijdbijl te zwaaien tegen zijn vervolgers! De Bijbel zegt op een andere plaats dat je je vijanden moet liefhebben! Gehoorzaamde David dit gebod wel als hij deze woorden in Psalm 35 schrijft?
Matteüs 5:43-45 (NBG'51) (Jezus zegt hier:)
43 Gij hebt gehoord, dat er gezegd is: Gij zult uw naaste liefhebben en uw vijand zult gij haten. 44 Maar Ik zeg u: Hebt uw vijanden lief en bidt voor wie u vervolgen, 45 opdat gij kinderen moogt zijn van uw Vader, die in de hemelen is; want Hij laat zijn zon opgaan over bozen en goeden en laat het regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen.