Welk beeld heb je van het moment waarop je sterft?

De Archiefkast van het Forum. Oude discussies zijn hier nog eens na te lezen.

Moderator: Moderafo's

Gebruikersavatar
Maninne
Mineur
Mineur
Berichten: 136
Lid geworden op: 02 okt 2002 13:29
Locatie: Haarlem
Contacteer:

Berichtdoor Maninne » 29 jan 2004 19:20

bloempie19 schreef:Het gaat er natuurlijk om, waar je na die overgang naar toe gaat. (Hemel of hel).
Maar eigenlijk was ik een beetje nieuwschierig :oops: naar wat er tijdens die overgang gebeurd. Dus als je nog leeft, maar op aarde niet meer bereikbaar bent, zeg maar.

Ik denk dat we dat idd. niet kunnen naspeuren. 'Wél heb ik eens gelezen van een echtpaar (en dit berust op waarheid) dat de man op sterven lag, maar van te voren erg bang was voor de dood. Zijn vrouw vroeg hem of hij, als hij door de doodsjordaan ging, zijn hand op de ark des Verbonds wilde leggen. Als hij niet meer kon spreken of hij dan in haar hand wilde knijpen op het moment dat hij zijn hand op de ark mocht leggen. De man gleed weg en kon idd. niet meer spreken maar leefde nog wel. Zijn hand was slap in haar hand, na een klein poosje voelde zij hem duidelijk in haar hand knijpen en hij stierf!
Afbeelding

Doortje
Mineur
Mineur
Berichten: 171
Lid geworden op: 14 jan 2004 16:00

Berichtdoor Doortje » 30 jan 2004 16:48

bloempie19 schreef:
Het gaat er natuurlijk om, waar je na die overgang naar toe gaat. (Hemel of hel).
Maar eigenlijk was ik een beetje nieuwschierig naar wat er tijdens die overgang gebeurd. Dus als je nog leeft, maar op aarde niet meer bereikbaar bent, zeg maar.

Ik denk dat we dat idd. niet kunnen naspeuren. 'Wél heb ik eens gelezen van een echtpaar (en dit berust op waarheid) dat de man op sterven lag, maar van te voren erg bang was voor de dood. Zijn vrouw vroeg hem of hij, als hij door de doodsjordaan ging, zijn hand op de ark des Verbonds wilde leggen. Als hij niet meer kon spreken of hij dan in haar hand wilde knijpen op het moment dat hij zijn hand op de ark mocht leggen. De man gleed weg en kon idd. niet meer spreken maar leefde nog wel. Zijn hand was slap in haar hand, na een klein poosje voelde zij hem duidelijk in haar hand knijpen en hij stierf!


Als ik eerlijk ben vind ik dit verhaal nogal ongeloofwaardig. Hoe kan iemand die door de doodsjordaan gaat nog leven en in een hand knijpen? De doodsjordaan is toch de dood? en wat moet ik me erbij voorstellen dat iemand die nog wel leeft zijn hand op de ark des Verbond legt? Wat moet ik me sowieso bij de ark des Verbonds voorstellen?

Gebruikersavatar
Maninne
Mineur
Mineur
Berichten: 136
Lid geworden op: 02 okt 2002 13:29
Locatie: Haarlem
Contacteer:

Berichtdoor Maninne » 30 jan 2004 18:57

Als je het niet erg vind denk ik er even over na hoe ik dat het beste uit kan leggen, wat de doodsjordaan is! Is dat goed?
Afbeelding

Gebruikersavatar
essieee
Generaal
Generaal
Berichten: 5107
Lid geworden op: 14 apr 2003 23:47
Locatie: Barneveld
Contacteer:

Berichtdoor essieee » 30 jan 2004 19:05

de doodsjordaan is de dood!onze laatste vijand!

Doortje
Mineur
Mineur
Berichten: 171
Lid geworden op: 14 jan 2004 16:00

Berichtdoor Doortje » 30 jan 2004 20:15

Als je het niet erg vind denk ik er even over na hoe ik dat het beste uit kan leggen, wat de doodsjordaan is! Is dat goed?


Is goed hoor!

caprice

Berichtdoor caprice » 30 jan 2004 21:08

Maninne schreef:Als je het niet erg vind denk ik er even over na hoe ik dat het beste uit kan leggen, wat de doodsjordaan is! Is dat goed?

Lees het in de Christenreis/Christinnereis van John Bunyan.

Gebruikersavatar
Maninne
Mineur
Mineur
Berichten: 136
Lid geworden op: 02 okt 2002 13:29
Locatie: Haarlem
Contacteer:

Berichtdoor Maninne » 30 jan 2004 22:16

caprice schreef:
Maninne schreef:Als je het niet erg vind denk ik er even over na hoe ik dat het beste uit kan leggen, wat de doodsjordaan is! Is dat goed?

Lees het in de Christenreis/Christinnereis van John Bunyan.

Voor mij is het wel duidelijk maar ik weet niet hoe ik dat aan een ander het meest eenvoudig kan verwoorden, dus idd. denk ik dat je het beste het boek van de Christen/of Christinnenreis kunt lezen!
Afbeelding

caprice

Berichtdoor caprice » 31 jan 2004 11:38

Maninne schreef:
caprice schreef:
Maninne schreef:Als je het niet erg vind denk ik er even over na hoe ik dat het beste uit kan leggen, wat de doodsjordaan is! Is dat goed?

Lees het in de Christenreis/Christinnereis van John Bunyan.

Voor mij is het wel duidelijk maar ik weet niet hoe ik dat aan een ander het meest eenvoudig kan verwoorden, dus idd. denk ik dat je het beste het boek van de Christen/of Christinnenreis kunt lezen!

Hier de beschrijving van de doodsjordaan in de Christenreis:

John Bunyan schreef:Bij het ontwaken, zo zag ik, wendden zij zich naar de stad. Maar zoals ik zei, de weerkaatsing van de zon op de stad - de stad was enkel goud (Openb.21 :18 ) - was zo buitengewoon heerlijk, dat zij nog niet bekwaam waren haar met ongedekt gezicht te aanschouwen; zij konden dat alleen doen als in een spiegel (2 Cor.3:18 ). Bij het voortgaan ontmoetten hen twee mannen in een gewaad, blinkende als goud; en hun gezichten blonken als het licht.

Deze mannen vroegen de reizigers, van waar zij kwamen en vernamen het van hen.

Zij vroegen ook, waar zij gelogeerd hadden, welke moeilijkheden en gevaren hun overkomen waren, alsook welke troost en verkwikking zij op reis genoten hadden en zij vertelden alles. Toen zeiden de mannen: "U staan nog slechts twee zwarigheden te wachten en dan bent u in de stad."

CHRISTEN en zijn metgezel vroegen, of zij hen vergezellen wilden. Zij zeiden "ja", maar herinnerden er hen tevens aan, dat zij door hun eigen geloof moesten ingaan. Zij wandelden dan samen, tot zij in de buurt van de poort kwamen.

Christen en Hopende gaan de rivier over.

Tussen hen en de poort nu zag ik een rivier. Maar daar was geen brug over de rivier en zij was zeer diep. Door het gezicht van deze rivier waren de reizigers zeer ontsteld; doch de mannen, die met hen gekomen waren, zeiden: "U moet hier over, anders kunt u niet bij de poort komen." Zij vroegen daarop, of er geen andere weg was, maar ontvingen ten antwoord, dat niemand ooit op andere wijze was binnengekomen (twee uitgezonderd, te weten Henoch en Elia, aan wie toegelaten werd een ander pad te gaan). De mannen zeiden ook: "Het zal niemand meer vergund worden, voor de laatste bazuin (1 Cor.15:51,52) gehoord zal worden." De pelgrims, en met name CHRISTEN, begonnen zeer kleinmoedig te worden en zagen herwaarts en derwaarts; maar wat zij deden, zij konden geen weg vinden om de rivier te ontkomen. Toen vroegen zij de mannen, of het water overal even diep was. Deze antwoordden: "Neen." Maar verder konden ze hen niet helpen. "Want," zeiden ze, "u zult het dieper of ondieper vinden, naarmate u gelooft in de Koning van de plaats."

Zij begaven zich daarop te water; maar spoedig begon CHRISTEN te zinken en riep tot zijn vriend HOPENDE: "Ik zink in de diepe wateren, de golven gaan over mijn hoofd, al zijn baren bedekken mij."

De ander zei: "Wees goedsmoeds, mijn broeder, ik voel al grond en hij is zeer goed."

CHRISTEN antwoordde: "Ach, mijn vriend, de angsten des doods hebben mij omgeven, ik zal het land, dat van melk en honing vloeit, niet zien."

Terstond daarop viel er een grote schrik en duisternis op hem, in zulk een mate, dat hij niet meer voor zich zien kon. Hier verloor hij ook voor een groot deel zijn bezinning zodat hij zich noch herinneren, noch ordelijk spreken kon van de zoete verkwikkingen, die hij op de weg genoten had. Maar al wat hij zei, gaf de schrik te kennen, die zijn gemoed bevangen had en hoe hij vreesde, in de rivier te sterven en nooit de Hemelpoort in te gaan. Hier stond hij (zo ik bemerken kon) met vele ontstellende gedachten van en over de zonden, die hij bedreven had voor hij zich op reis begaf en daarna; ook kon men merken, dat hij verschrikt was door draken en boze geesten. Want gedurig gaven zijn woorden dat te kennen. HOPENDE kon daarom zijns broeders hoofd nauwelijks boven water houden; ja soms scheen hij te zinken en te gronde te gaan en dan kwam hij weer halfdood boven. HOPENDE trachtte hem intussen te troosten en zei: "Mijn broeder, daar zie ik de poort al, en ik zie er ook staan, die wachten om ons te ontvangen!" Maar CHRISTEN antwoordde: "Ach zij wachten op u, u bent hopende geweest, zo lang ik u gekend heb."

"En u ook," zei HOPENDE tot CHRISTEN. Doch deze antwoordde: "Ach broeder, zo ik oprecht voor Hem was, Hij zou nu zeker opstaan tot mijn hulp; maar Hij heeft mij om mijn zonden in de strik gelegd en mij daar gelaten."

"Mijn broeder," zei HOPENDE, "u bent de tekst vergeten, die van de goddeloze sprekende, zegt: 'Daar zijn geen banden tot hun dood, hun kracht is fris, zij zijn niet in de moeite als andere mensen, en worden met andere lieden niet geplaagd' (Ps.73:4,5). Deze angsten en benauwdheden zijn geen tekenen, dat God u verlaat, maar worden u alleen toegezonden om u te beproeven, of u nu ook gedenkt aan wat u weleer en tot dusver van Zijn goedheid genoot en ook op Hem vertrouwt in uw benauwdheden."

Ik merkte ook, dat CHRISTEN enige tijd als in gepeins stond en dat HOPENDE tot hem zei: "Zijt goedsmoeds, Jezus Christus maakt u gezond."

Kort daarop brak CHRISTEN uit en riep met een luide stem: "Ach, ik zie Hem weer en Hij zegt mij: 'Als gij door het water gaat, zal Ik bij u zijn; en door de rivieren, zij zullen u niet overstromen' (Jes.43:2)." Toen grepen beiden moed, ook was de vijand daarna zo stom als een steen, tot zij over waren. CHRISTEN vond nu ook terstond grond om te staan en dat voelde hij doorlopend, zodat hem de rivier verder meer ondiep was.

Twee engelen verwelkomen hen.

Zo kwamen zij aan de overkant, en zagen weer die twee mannen in blinkende klederen, die hen opwachtten en hen, toen zij uit de rivier opgeklommen waren, verwelkomden met de woorden: "Wij zijn gedienstige geesten, uitgezonden tot de dienst van degenen, die de zaligheid beërven zullen (Hebr.1:14). En zo gingen zij te zamen naar de poort. U moet wel in aanmerking nemen, dat de stad op een hoge berg ligt; echter gingen onze reizigers die met gemak op, daar deze twee mannen hen bij de arm hielden. Ook hadden zij hun sterfelijk gewaad in de rivier achtergelaten. Want ofschoon zij er mee omhangen de rivier in traden, kwamen zij zonder er weer uit. Dus traden zij de berg met grote vaardigheid op, ofschoon de fundamenten, waarop de stad gebouwd was, hoger waren dan de wolken; zij gingen als door de lucht, aangenaam sprekende terwijl zij onderweg waren, en zeer getroost, zowel omdat zij behouden over de rivier waren geraakt, alsook, omdat zij zulke heerlijke leidslieden hadden.

De gesprekken, die zij met deze blinkenden hadden, betroffen de heerlijkheid van de plaats; en zij zeiden, dat de schoonheid van deze ten enenmale onuitsprekelijk was.

"Daar," zeiden zij, "is de berg SION, het hemelse JERUZALEM (Hebr.12:22-24), het ontelbare gezelschap der engelen; en de geesten van de volmaakt rechtvaardigen."

"Nu," zeiden zij, "gaat u tot het Paradijs Gods (Openb.2:7), waar u de Boom des Levens zult vinden en eten van die onverderfelijke vruchten. En wanneer u daar komt, zult u witte klederen ontvangen (Openb.3:4) en gedurig spreken met de Koning, al de dagen van de eeuwigheid. Daar zult u niet weer zien die dingen, die u zag, toen u nog in de lagere gebieden op de aarde was, te weten droefheden, ziekten, verdrukkingen en dood; want die vorige dingen zijn voorbij gegaan. Nu gaat u naar Abraham, Izak en Jacob en tot de Profeten; mensen, die God heeft weggeraapt vóór het toekomende kwaad, die nu rusten op hun legersteden, een ieder van hen, die in zijn oprechtheid gewandeld heeft" (Jes. 57:1,2).

Zij vroegen: "Wat moeten wij in die heilige plaats doen?" en hun werd geantwoord: "U moet daar ontvangen de troost van al uw arbeid, en blijdschap voor al uw droefheid; u zult er maaien, wat u gezaaid hebt (Gal.6:7), namelijk de vrucht van uw gebeden en tranen en van het lijden, dat u op de weg hebt uitgestaan voor de Koning. Daar zult u kronen van goud dragen en het altijddurend gezicht van de Heilige genieten; want u zult Hem daar zien, zoals Hij is (1 Joh.3:2). Daar zult u ook gedurig met lof, met gejuich en met dankzegging Hem dienen, Die u zo graag wenste te dienen in de wereld, ofschoon het geschiedde met veel moeilijkheid vanwege de zwakheden van uw vlees. Daar zullen uw ogen verlustigd worden met zien en uw oren met het horen van de heuglijke stem van de Almachtige. Daar zult u uw vrienden, die vóór u daarheen gegaan zijn, weervinden; en daar zult u met vreugde ontvangen elke ziel, die na u komt en u volgt in de heilige plaats. Daar zult u gekleed worden met majesteit en heerlijkheid en bekwaam gemaakt, om uit te rijden met de Koning der ere (1 Thess.4:13-16);Jud.vs.14;Dan.7:9,10;1 Cor.6:2,3), wanneer Hij zal komen op de wolken, met het geluid van de bazuinen, rijdende als op de vleugelen van de wind. En wanneer Hij zitten zal op de troon van het gericht, zult u bij Hem zitten; ja, wanneer Hij het vonnis zal vellen over de werkers der ongerechtigheid, engelen of mensen, zult u ook een stem in dat oordeel hebben, omdat zij Zijn en uw vijanden waren. En wanneer Hij weer tot de stad zal terugkeren, zult u meegaan onder het geschal van de bazuinen en eeuwig bij Hem zijn."

Als zij de poort naderden, zie een gezelschap van het hemelse leger kwam hen tegemoet, tot wie de twee engelen zeiden: "Deze zijn de mannen, die onze Heere liefhadden, toen zij in de wereld waren en alles om Zijn heiligen Naam verlieten. Hij heeft ons uitgezonden, om hen op te halen en wij hebben ze ook tot hiertoe gebracht in hun begeerde reis, opdat zij mogen ingaan en het gezicht van hun Verlosser met blijdschap aanschouwen."

Toen juichte het hemelse leger met groot gejuich, zeggende: "Zalig zijn zij, die geroepen zijn tot het avondmaal van de bruiloft des Lams" (Openb.19:9).

Toen kwamen hen ook verscheidene van des Konings trompetters tegemoet, allen bekleed met een wit en blinkend gewaad; zij deden met muzikale en luide stemmen de hemel weergalmen. Deze allen groetten CHRISTEN en HOPENDE met gejuich en met het geluid van de bazuinen, zeggende: "Welkom van de wereld, wel tot tienduizend malen."

Nadat dit gedaan was, omringden zij hen van alle kanten; sommigen gingen voor, anderen achter, sommigen rechts, anderen links als waren zij hun lijfwacht, door de bovenste streken van de lucht, gedurig juichende met een muzikaal geluid en op zeer hoge toon, zodat enkel het gezicht hiervan voor degenen, die het zien konden, was, alsof de hemel zelf was neergedaald en hen tegemoet kwam. Zo wandelden zij te zamen heen; en terwijl zij wandelden, vermengden de bazuiners telkens hun muziek met zulke gebaren, die CHRISTEN en zijn broeder te kennen gaven, hoe welkom zij in hun gezelschap waren en met welke blijdschap zij hen inhaalden. Nu waren deze twee mannen als het ware al in de hemel eer zij er nog waren, als verrukt en opgetogen door het gezicht van de engelen en het horen van hun muzikale stemmen. Hier hadden zij nu de stad zelf in het oog en zij dachten, dat zij de klokken al hoorden luiden om hen te verwelkomen, maar allermeest door de heuglijke en zielsverwarmende gedachte, dat zij ook wonen zouden onder zo'n gezelschap en dat voor eeuwig en altijd. Och, wat tong is bekwaam de vreugde uit te drukken, die zij nu smaakten? Zo kwamen zij aan de poort.

Boven de poort waren in gouden letters deze woorden geschreven: "Zalig zijn zij, die Zijn geboden doen, opdat hun macht zij aan de boom des levens, en zij door de poorten mogen ingaan in de stad" (Openb.22:14). De blinkenden geboden hun te roepen aan de poort, wat zij ook deden; waarop enigen van boven over de poort naar beneden keken, te weten Henoch, Mozes en Elia, aan wie gezegd werd, dat deze reizigers van de stad VERDERF kwamen en wel uit zuivere liefde tot de Koning van deze plaats. Daarop gaven zij hun bewijs over, dat tot de Koning gebracht werd. Nadat Deze het gelezen had, vroeg Hij waar die mensen waren.

Men antwoordde: "Zij staan buiten aan de poort," waarop de Koning beval de poort te openen, "opdat," zei Hij, "het rechtvaardige volk, dat de getrouwigheden bewaart, daardoor inga" (Jes.26:2).

De Hemelstad.

De mannen (zoals ik in mijn droom opmerkte) gingen de poort door, en zie, met dat zij intraden, werden zij geheel veranderd; zij kregen een gewaad aan, dat blonk als goud. Daar waren er ook met harpen en kronen, die zij hun ook gaven; de harpen om er mee te loven en de kronen tot een teken van eer. Toen hoorde ik in mijn droom, dat alle klokken in de stad van blijdschap wederom luidden en er gezegd werd: "Gaat in in de vreugde uws Heeren!" Ik hoorde daarna ook deze mannen zelf met een luide stem zingen: "Dankzegging, eer, heerlijkheid en kracht zij Hem Die op de troon zit en het Lam tot in eeuwigheid!" (Openb.5:13).

Toen nu de poorten opengingen om deze mannen in te laten, blonk de stad als de zon; de straten waren van goud en daarop wandelden er velen met kronen op de hoofden en palmtakken in de handen en gouden harpen, om daarmee lof te zingen.

Daar waren er ook, die vleugels hadden en zij antwoordden de een de ander, zonder enig ophouden, zeggende: "Heilig, heilig, heilig is de Heere!" En daarna werden de poorten gesloten.

Toen ik dit gezien had, wenste ik mij onder hen.

De Christenreis is hier online te vinden: http://www.iclnet.org/pub/resources/text/nederlandse/bunyan-reis00.html

Dit stuk komt uit het zevende deel.
Laatst gewijzigd door caprice op 31 jan 2004 15:54, 1 keer totaal gewijzigd.

Gebruikersavatar
@mic
Majoor
Majoor
Berichten: 1620
Lid geworden op: 10 aug 2003 14:07
Locatie: Krabbendijke/ Delft
Contacteer:

Berichtdoor @mic » 31 jan 2004 14:18

In de nieuwe promise (1 of ander christelijk tijdschrift) staat een heel goed artikel over bijna dood ervaringen.
Afbeelding
@mic: amic.filternet.nl

Gebruikersavatar
Cgullscrey
Verkenner
Verkenner
Berichten: 1
Lid geworden op: 09 feb 2004 15:29

Berichtdoor Cgullscrey » 15 feb 2004 16:25

Welk beeld heb je van het moment waarop je sterft.


Mijn beeld verschijnt vanzelf wanneer ik bijv. s'avonds languit op de bank ga liggen en met mijn ogen dicht het nummer it's a beautiful day (muziekale versie) van de cd Made in heaven van Queen ga draaien.
Cgullscrey :!:

joepie

Berichtdoor joepie » 15 feb 2004 17:01

Dus die doodsjordaan is een verzinsel.

Gebruikersavatar
bloempie
Majoor
Majoor
Berichten: 1928
Lid geworden op: 28 okt 2003 21:14

Berichtdoor bloempie » 17 feb 2004 18:19

joepie schreef:Dus die doodsjordaan is een verzinsel.

Waar baseer je dat op?
Thomas 19-06-2007
Sarah 30-04-2009


Terug naar “Archief”

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 16 gasten