Storyteller schreef:Het opgeven van je bezittingen heeft eigenlijk weinig met God zelf te maken, maar met de idialen en denkbeelden van het Christendom. Je naaste liefhebben door al je overbodige rijkdom aan hen te geven.
En sterven voor God? Dat lijkt me een beetje onpractisch, als je dat met een voltallige gemeente doet. Zo hou je natuurlijk geen gelovigen meer over.
De vraag is niet of je het doet of niet... maar of je bereid bent het te doen. Het gaat om waar je hart ligt, wie er bij jou nummer 1 staat. Die rijke jongeling in het bijbelverhaal had veel over voor God. Maar uiteindelijk stond zijn geld bij hem op nummer 1 en God moest het met een tweede plaats doen. En dat wil God niet. Hoe vaak is dat bij ons ook niet zo? We willen best wel goed leven... we willen zelfs wel aan anderen over God vertellen. Maar dat en dat zou ik er niet voor willen opgeven. Kijk dus maar eens goed wat in jou leven met God voor die nummer 1 positie zou kunnen concurreren.
En ehm Storyteller.... Iets van je rijkdom aan je naasten geven heeft zeker wel met God te maken. Kijk eens naar zijn wet.... 6 geboden gaan over het liefhebben van je naaste. Jezus vast een deel van de wet ook zo samen: U zult uw naaste liefhebben als uzelf. Dat is niet maar een ideaal.... dat is een opdracht van God.
En wat het sterven betreft... Het hoeft niet
En wees daar blij mee. Maar stel dat iemand een pistool op je hoofd zou zetten en zou zeggen: Zeg dat je gelooft en ik schiet. Wat doe je dan? Het zelfde als Petrus? Een leugentje om bestwil? Als het zou moeten... zou je er dan voor willen sterven? Of staat je leven, je gezondheid op nummer 1 en God niet?
Ik las dit verhaal hier ergens en had het al eerder gehoord maar wil het nog een keer hier neerzetten omdat het hier erg van toepassing is. Het verhaal is waar gebeurd.
Ergens in Zuid Amerika viel tijdens een kerkdienst waar zo'n 100 mensen aanwezig waren plotseling een groep rebellen een kerk binnen. Ze richtten hun geweren op de mensen in de kerk en schreeuwden: Iedereen die in Jezus gelooft moet nu gaan staan. Een stuk of 10 mensen gingen staan. De leider van de rebellen zei toen: Iedereen die niet is gaan staan mag nu de kerk verlaten. De mensen die zaten verlieten snel de kerk. Vervolgens sprak de rebellenleider de dominee aan en zei tegen hem:
Zo... nu ben je hier met je echte gemeente en weet je wat je echte gemeente is. U kunt verder gaan met de preek. En de rebellen verlieten de kerk.
Wat zou jij in zo'n geval doen?