Ik vind dit wel een goede analyse.
Mij valt vooral het theologische aspect van het orgel in de wat zwaardere kerken op.
Uiteraard behoort God alle eer toe, moet Christus centraal staan in leer en leven en zijn er de sola's van de Reformatie (alleen genade, alleen geloof, alleen de Schrift), maar ondanks deze kernen, zien we bij de wat orthodoxere kerken ook andere belangrijke centrale fenomenen, waar het echt om draait. Denk bijvoorbeeld aan de onaantastbare positie van de dominee of aan bepaalde identiteitsvormende heilige huisjes waarmee het eigene van een kerk of gemeente staat of valt. Het hart van de godsdienst wordt klaarblijkelijk door meerdere kernen gevormd.
Ik zie het orgel om een aantal redenen ook als een zaak die niet weggedacht kan worden. Niet zozeer om de functionele kwaliteit (begeleiding gemeentezang), maar veelmeer door de emotionele kwaliteit. Let maar eens op de positie van het orgel in de kerk. Centraal, machtig en torenhoog oprijzend boven de kansel (en daarmee liturgisch schijnbaar boven de dominee!), opvallend rijk gedecoreerd (tegen een achtergrond van heel veel protestantse soberheid) en vooral bijzonder indrukwekkend en dominant in de wijze waarop het wordt gebruikt.
Niet zelden (en naar mijn gevoel steeds meer) wordt de samenzang omlijst met een overweldigende speelstijl, die de samenzang niet alleen begeleidt, maar ook meevoert in een emotioneel akkoordengebruik, dat soms veelzeggender wordt dan de tekst van de psalm zelf. Bijna altijd wordt de climax gezocht en klimt het orgel machtig uit boven de massale samenzang. Donderend en vol wordt alles wat het orgel in huis heeft geworpen in het slotakkoord.
En kijk ook eens naar de uitgave die men zich wil veroorloven voor met name nieuw te maken instrumenten. Uitzonderlijk groot en kostbaar zijn ze. Het is echt een pronkstuk en een hoofdattribuut van de kerk. Dat kan niet zonder reden zijn. Daarmee neemt het vast en zeker ook een prominente plaats in in de hoofden en harten van de kerkgangers. Men wil het orgel op deze machtige manier zien. Groot, mooi, krachtig, blinkend, zingend en meevoerend.
Men heeft een emotionele relatie met de muziek en het instrument. Kan niet anders. Zeker als ik zie op welke manier het orgel buiten de kerkdiensten in gemeentezangavonden wordt gebruikt. Dat overtreft werkelijk elke verbeelding. Ik heb bijeenkomsten gezien waarin dan wel geen voorganger of preek aanwezig was, maar die door de samenzang met een bekwame organist uitgroeiden tot extatische gebeurtenissen. En dat had zeker een religieus karakter. De zwaarte, de kracht, het opgenomen worden in een alles beheersende stroom van geluid en samenzijn voelt als een door en door religieuze ervaring. En dan lijkt het te helpen dat er geen officiële liturgie is die het orgel tot zwijgen kan brengen. Nee, dan kan echt alles uit de kast (!) getrokken worden en wil men dat ook graag: vol op het orgel!
En dan dringt zich opeens het beeld op van het orgel als een symbool van God zelf. Het orgel domineert en vult de gehele ruimte!
Niemand kan er tegenop. Ieder verliest het van deze machtige stem die spreekt.
Het orgel is de Heer in de Kerk. Zo ziet het er wel uit en zo klinkt het ook.
Behangen met een weelde van het Heilige der Heiligen, begiftigd met een zuivere en krachtige stem. De Allerhoogste.
Wij zijn letterlijk onder het orgel samen, worden bestuurt en beheerst door de klank en het ritme van de overweldigende tonen die het voortbrengt. We laten ons meevoeren in een uitbundig gezang, waarin we opgaan in het geheel. We kunnen er niet aan ontsnappen, we geven ons eraan over. Alle emoties uit het orgel, van snikken, treuren, smeken, schreeuwen en donderen tot een zacht en aangenaam suizen vloeien samen met wat wij in ons hart voelen. Hier wordt gesproken tot ons hart. Het is een zucht, een geluid, een stem, die ons bereikt en die ons tot tranen toe kan roeren.
Alles wat wij van God weten en vinden kan ook in het orgel tot ons komen: het kan ons aanspreken, het kan ons doen schrikken. Het kan ons vreugde geven en vrees. Het kan veroordelen en vergeven. We zijn als was in de hand van het orgel. Wij buigen voor de onontkoombare toon ervan. Wij raken er door bevangen. Het troost en het overmant ons.
Kortom, alle emoties die we bij God hebben, hebben we bij het spreken van het orgel. Zo is het orgel een symbool van God. Onze omgang met het orgel zegt iets over het godsbeeld dat we hebben. Het valt er in zekere zin mee samen. Hier worden de diepste en zwaarste tonen van de kerkelijke prediking ten gehore gebracht en vertolkt, maar ook de lieflijkste en meest genadige. We wisten al dat muziek een zeer belangrijke plaats inneemt in religieuze rituelen, maar dat juist het orgel het is geworden in de protestantse kerken is wel opvallend. En wat mij betreft veelzeggend.
In één woord: het orgel troost en leidt ons. Dat is een goddelijke handeling.
gravo
VaKaGe schreef:De keuze voor het orgel als begeleidingsinstrument in de eredienst is door de eeuwen heen onderwerp geweest van veel discussie en heeft zowel historische, theologische als praktische redenen. Ik geef hier enkele naar mijn mening de belangrijkste redenen:
Historische redenen:
Traditie: Het orgel heeft een lange traditie in de kerkmuziek. Het werd al in de middeleeuwen gebruikt en is sindsdien nauw verbonden met de eredienst.
Klank: De volle, majestueuze klank van het orgel wordt vaak gezien als een weerspiegeling van de grootsheid van God en de hemelse sferen.
Polyfonie: Het orgel is bij uitstek geschikt voor het spelen van complexe polyfone muziek, wat past bij de rijke muzikale traditie van de kerk.
Theologische redenen:
Symbolische betekenis: Het orgel wordt gezien als een symbool van de kerk zelf: een instrument dat vele stemmen verenigt in één harmonieus geheel.
Verheffing van de ziel: De indrukwekkende klank van het orgel kan bijdragen aan een gevoel van verheffing en contemplatie, wat past bij de sfeer van de eredienst.
Praktische redenen:
Veelzijdigheid: Het orgel kan zowel een solist als een begeleidingsinstrument zijn. Het kan een breed scala aan muziek uitvoeren, van eenvoudige psalmen tot complexe cantates.
Volume: Het orgel kan een grote ruimte vullen met geluid, waardoor het goed hoorbaar is in grote kerken.
Duurzaamheid: Orgels zijn gebouwd om lang mee te gaan en kunnen generaties lang gebruikt worden.
Waarom geen gitaar, harp, luit, etc.?
Hoewel deze instrumenten ook een mooie klank hebben en in sommige kerkgemeenschappen worden gebruikt, zijn er enkele redenen waarom het orgel traditioneel de voorkeur heeft:
Associaties: De gitaar, harp en luit worden vaak geassocieerd met seculiere muziek en minder met de sacrale sfeer van de eredienst.
Volume: Deze instrumenten zijn over het algemeen minder krachtig dan een orgel en kunnen in grote ruimtes minder goed gehoord worden.
Polyfonie: Het is moeilijker om complexe polyfone muziek op een gitaar, harp of luit te spelen dan op een orgel.
Belangrijk om te onthouden:
Verandering: De kerkmuziek is niet statisch en de instrumentkeuze kan in de loop der tijd veranderen. In sommige moderne kerken wordt het orgel aangevuld met of vervangen door andere instrumenten.
Voorkeur: De keuze voor een bepaald instrument is uiteindelijk een kwestie van smaak en van de specifieke context van de eredienst.
Conclusie:
Het orgel is door zijn lange traditie, veelzijdigheid en symbolische betekenis het instrument bij uitstek geworden om de eredienst te begeleiden. Hoewel andere instrumenten ook een rol kunnen spelen, blijft het orgel een belangrijk onderdeel van de kerkmuzikale traditie.