Berichtdoor P1985 » 25 mar 2005 23:23
Heej!
De uitverkiezing, een moeilijk te aanvaarden feit.
Ik zelf heb ook een tijd lang lopen denken over de uitverkiezing en dacht: 'He dat is niet eerlijk'. Maar het is eerlijk en genadig, want anders zou er niemand meer zalig worden als God geen mensen uit kiest (in der eeuwigheid). Toch heb ik vaak gedacht: 'Ach het is toch allemaal al beslist, dus wat ik ook doe/bid etc. het maakt niet uit. Als ik ben uitgekozen dan kom ik toch wel in de hemel.'
Dat is ook zo, want uit ons geen vrucht meer in der eeuwigheid. Maar toch mag ik nu weten (als ik niet zalig word) dat ik dan straks niet zal kunnen zeggen: 'Ja U wou mij niet hebben, U heeft mij niet gekozen'. Want het is altijd nog: 'Gij lieden wilt tot Mij niet komen...'
We moeten niet met Gods verborgen raad werken. Als we daarmee beginnen kan dat je zo moedeloos maken. Ja, de uitverkiezing is een feit en dat hoeven we ook niet te verbergen of proberen weg te redeneren. Het is juist een troost.
Maar in de Bijbel staan ook andere dingen in het Evangelie waarin wordt opgeroepen tot bekering: 'Bekeert u!' , 'Kiest dan heden wie gij dienen zult!' , 'Zou Ik enigszins lust hebben aan den dood des goddelozen, spreekt de Heere Heere; is het niet, als hij zich bekeert van zijn wegen, dat hij leve?' , 'Want Ik heb geen lust aan den dood des stervenden, spreekt de Heere Heere; daarom bekeert u en leeft.' , 'Die tot Mij komt zal Ik geenszins uitwerpen'. En zo zijn er nog vele teksten in de Bijbel te vinden.
Natuurlijk weet ik dat ik mezelf niet kan bekeren en dat ik niet naar Hem toe kan komen, omdat ik dat ten diepste niet wil. Maar Hij kan en wil mij bekeren. En Hij kan mij gewillig maken om tot Hem te komen.
Toch is het nog een onbegrijpelijk wonder dat God een volk heeft uitverkoren onder het menselijke geslacht.
Ik zou zeggen lees Jesaja 53 eens, en let dan vooral op de woorden velen/veler in vers. 11 en 12.
1 Wie heeft onze prediking geloofd, en aan wien is de arm des HEEREN geopenbaard?
2 Want Hij is als een rijsje voor Zijn aangezicht opgeschoten, en als een wortel uit een dorre aarde; Hij had geen gedaante noch heerlijkheid; als wij Hem aanzagen, zo was er geen gestalte, dat wij Hem zouden begeerd hebben.
3 Hij was veracht, en de onwaardigste onder de mensen, een Man van smarten, en verzocht in krankheid; en een iegelijk was als verbergende het aangezicht voor Hem; Hij was veracht, en wij hebben Hem niet geacht.
4 Waarlijk, Hij heeft onze krankheden op Zich genomen, en onze smarten heeft Hij gedragen; doch wij achtten Hem, dat Hij geplaagd, van God geslagen en verdrukt was.
5 Maar Hij is om onze overtredingen verwond, om onze ongerechtigheden is Hij verbrijzeld; de straf, die ons den vrede aanbrengt, was op Hem, en door Zijn striemen is ons genezing geworden.
6 Wij dwaalden allen als schapen, wij keerden ons een iegelijk naar zijn weg; doch de HEERE heeft onzer aller ongerechtigheid op Hem doen aanlopen.
7 Als dezelve geëist werd, toen werd Hij verdrukt; doch Hij deed Zijn mond niet open; als een lam werd Hij ter slachting geleid, en als een schaap, dat stom is voor het aangezicht zijner scheerders, alzo deed Hij Zijn mond niet open.
8 Hij is uit den angst en uit het gericht weggenomen; en wie zal Zijn leeftijd uitspreken? Want Hij is afgesneden uit het land der levenden; om de overtreding Mijns volks is de plage op Hem geweest.
9 En men heeft Zijn graf bij de goddelozen gesteld, en Hij is bij den rijke in Zijn dood geweest, omdat Hij geen onrecht gedaan heeft, noch bedrog in Zijn mond geweest is.
10 Doch het behaagde den HEERE Hem te verbrijzelen; Hij heeft Hem krank gemaakt; als Zijn ziel Zich tot een schuldoffer gesteld zal hebben, zo zal Hij zaad zien, Hij zal de dagen verlengen; en het welbehagen des HEEREN zal door Zijn hand gelukkiglijk voortgaan.
11 Om den arbeid Zijner ziel zal Hij het zien, en verzadigd worden; door Zijn kennis zal Mijn Knecht, de Rechtvaardige, velen rechtvaardig maken, want Hij zal hun ongerechtigheden dragen.
12 Daarom zal Ik Hem een deel geven van velen, en Hij zal de machtigen als een roof delen, omdat Hij Zijn ziel uitgestort heeft in den dood, en met de overtreders is geteld geweest, en Hij veler zonden gedragen heeft, en voor de overtreders gebeden heeft.
Het is zo moeilijk voor ons mensen te aanvaarden dat de Heere rechtvaardig is. Ik worstel daar ook veel mee. Soms dan kan je echt zoiets hebben van: 'Ja ik kan er toch allemaal niks aan doen. Door Adam zit ik in de ellende, dat is niet rechtvaardig. Door zijn zonde, zijn wij verdoemd. Is dat nou rechtvaardig? Maar je moet beseffen dat God Adam als onze stamvader ziet en dat Hij werkt met geslachten. Daarom is het hele menselijke geslacht gevallen in Adam. Dit mocht ik vanavond weer horen in de preek. Och, ik kan het wel zo neer zetten, maar ik kan niet altijd daar achterstaan. Bid of God je wil laten in zien dat Hij rechtvaardig is. Dat ga ik ook doen.