Tonino schreef:(...)
En dan nu. Prctj die cynische opmerkingen maakt, het woord van God anders interpreteert, teleurgesteld is (hetgeen ik me heel goed kan voorstellen, ben ik ook vaak geweest) en me uit probeert te dagen, moet ik daar gehoor aan geven?
Als hij bereidt is mij als een broer te ontvangen in z'n praktijk of z'n amici in een UMC bereidt vindt op een normale manier toegang te verschaffen tot ernstig zieken, dan zeg ik geen nee en zal ik bidden met alle integriteit, liefde en glorie die God ons gegeven heeft. Of ze allemaal genezen? Dat zal de praktijk uit moeten wijzen. Het is en blijft een groeien in alle dingen in Hem. Ook al zou er i.c. geen 1 genezen ik zou de volgende dag het volgende zieke kind met liefde omarmen en er voor bidden. Waarom? Dezelfde Geest die Jezus uit de dood opwekte, woont ook in ons. Wat moet je daar anders mee.
(...).
Dank voor je antwoord. Zoals je ziet heb ik er twee passages uitgehaald.
Ik kan niet namens Pcrtje spreken, maar in de eerste passage vind ik iets tegenstrijdigs. Je stelt Pcrtje voor als iemand die erg teleurgesteld is en je zegt dat je je dat goed kunt voorstellen, omdat zelf ook vaak teleurgesteld bent. Maar waarom gebruik je dat begrip voor zijn teleurstelling dan niet om hem gehoor te geven? Cynisme en teleurstelling liggen vaak in elkaars verlengde. Geef me nu eens de werkelijke reden waarom je hem geen gehoor wilt geven. Zit dat niet veel meer in het feit dat de vragen van Pcrtje heel dichtbij komen en erg lastig te beantwoorden zijn?
De tweede passage vind ik typerend. Je lijkt je open te stellen voor een bezoek aan ernstig zieke mensen, om voor hen openlijk te bidden, maar je hebt een aantal opmerkingen. De eerste, of artsen jou wel toegang zullen geven, lijkt me een reële voorwaarde. Maar die tweede opmerking niet. Want nu zet je vraagtekens bij datgene waar de hele zaak om draait. Ernstig zieke mensen kunnen rekenen op genezing, wanneer er in geloof gebeden wordt. "Of ze allemaal genezen?" is typisch zo'n uitdrukking die ik zelf of Pcrtje zou kunnen doen. Wij zijn de sceptici, snap je. Dat horen wíj te zeggen. Dat horen wíj ons af te vragen.
Maar dat vraag jij jezelf nu af ??
Je verwachting neigt naar het nulpunt, wanneer je je voorstelt dat er de volgende dag niemand genezen zal zijn. Is dat een reële verwachting van je? En zo ja, waar hebben we het dan nog over, eigenlijk? Voor de dag geëindigd is, stort de torenhoge verwachting al als een kaartenhuis in elkaar. Hoe komt dat?
Tot slot vermeld je dat je dan de volgende dag het volgende zieke kind zou omarmen en voor dat kind zou bidden. Da's mooi. Maar da's niet waar we je voor gevraagd hebben. Ouders, vrienden, familie, zij zullen allen een doodziek kind omarmen. Velen zullen voor zo'n kind bidden. Met eerbied gezegd, daar hebben we Tonino niet voor nodig. Tonino zou ons iets anders laten zien. Iets groters. Iets heerlijkers. Omarmen kunnen we zelf wel.
Dus, wanneer we ons voorstellen dat je daadwerkelijk zou worden toegelaten tot zieke mensen om die heerlijke bediening van genezing in de praktijk te brengen, dan stapt daar een vrij onzeker mannetje binnen, dat ook hoopt op genezing, natuurlijk, maar dat naarmate de werkelijkheid zich harder opdringt dan in onze dromen, toch stapjes terug maakt in zijn verwachting. Op dat moment begin je te lijken op iedereen in die situatie!
Uiteindelijk Tonino denk ik dat je op hetzelfde vlak terecht komt als alle andere mensen. Je doet er alles aan, grijpt elke gelegenheid aan om je geliefde te helpen, te redden, te genezen, je voelt de pijn van de ander, je wilt wat doen, maar we zijn allemaal gelijk in onze onmacht en verdriet, wanneer de harde werkelijkheid zich voltrekt en er helaas geen genezing is. En dat overkomt gelovigen én ongelovigen.
Zie het niet als kritiek. Ik proef en voel de oprechtheid van je ijver. Maar sommige dingen, met name de onontkoombare zaken van het leven, inclusief verlies, afscheid, lijden en aftakeling, daarvan blijven de zin en het doel verborgen. Dan is er geen ruimte meer voor triomfantelijke beloftes.
Er moet ook ruimte zijn voor de verwerking van een aanstaand verlies, voor de overgave wanneer de feiten liggen zoals ze liggen. Niemand wenst een ander pijn, lijden en de dood toe. En toch krijgt ieder zijn deel aan pijn en lijden en ontsnapt niemand aan de dood.
Een harde les, maar niettemin een les, hoop ik.
gravo