N.a.v. de vragen die Irmo me stelde in het centraal modereerbeleid topic:
Irmo schreef daar:
Dat klopt ja. Maar aan de andere kant vraag ik me soms wel af, of ik niet bij de kerk was gebleven als dingen anders waren gelopen.
1. Als ik heel sociaal was geweest en geliefd in de groep, was ik dan wel gebleven?
2. Als ik niet was uitgescholden en vernederd had ik me dan wel op mijn gemak gevoeld?
3. Als ze het in mijn kerk wel begrepen hadden had ik me dan meer op mijn plaats gevoeld?
3. Was ik dan wel gebleven en had ik dan volledig geleefd volgens de groepsnormen en was ik daar dan tevreden mee geweest?
was ik dan wel lid van de kerk gebleven?
Wat voor God jij aanbid. wat voor een God dat is. en wat de regels zijn met betrekking tot de omgang met die God. Laten we daar maar eens mee beginnen.
Ik lees in jouw vragen onbegrip, teleurstelling en eenzaamheid. Die vragen kan ik voor jou niet beantwoorden.
Welke God aanbid ik? Ik ken maar één God.
De Almachtige Schepper van de Hemel en van de aarde. De God die wij ongelooflijk verdriet hebben aangedaan door niet te willen gehoorzamen.
De God die oneindig veel geduld met de mensen heeft.
God die zich openbaart als liefdevolle Vader, maar ook als rechtvaardig Rechter.
Je vraagt naar de regels. Ik ken geen regels. Iedereen, ongeacht wat hij of zij op de kerfstok heeft, mag tot Hem naderen in het gebed. Niemand heeft teveel zonden gedaan. Hij stuurt niemand weg.
Irmo, verwar de kerk niet met de Kerk. Er zijn altijd en overal mensen die geen liefde en bewogenheid met de naaste hebben, als deze anders is, buiten de groep valt dus. Ook ik heb een paar zeer negatieve ervaringen met mijn zgn. broeders en zusters. Het heeft mijn zekerheid w.b. kerklid zijn wel eens doen wankelen ja. Maar voor mij geen reden om de kerk de rug toe te keren. Want dat is nl. de instelling van God Zelf geweest.
Waar wij als groep christenen bij elkaar kunnen komen om Hem te aanbidden, geestelijk onderwijs te ontvangen, bemoedigd te worden, de gemeenschap der heiligen te beleven.
En dat gaat met lek en gebrek. Omdat de mens van nature een hater is van God en zijn naaste, ook (onbekeerde) kerkmensen!
En lukt het in de ene gemeente niet? Misschien ook niet in een tweede, dan toch zeker wel in de derde of vierde.