Eerbied is zeker op zijn plaats. De vraag is alleen wat eerbiedig is. Dat zal ik even toelichten:
Een veelgehoord argument is: Als je bij de koning op bezoek gaat trek je toch ook je netste pak aan?
Maar daar zijn een aantal dingen op aan te merken:
1. Ik zou dat doen als dat gevraagd werd. Maar niet uit eerbied. Ik vind pakken vreselijk zitten, ze zijn warm, onhandig. Eerbied zit hem niet in kleding.
2. De koning ziet je normaal niet. God ziet je altijd. Niet alleen als je naar de kerk gaat. Ook als je onder de douche staat, in bed ligt... Mensen bidden voor het slapengaan in hun ondergoed en Hij luistert ook want eerbied zit hem niet in kleding maar in het hart.
3. God is niet alleen onze Koning, in Jezus Christus is Hij ook onze Vader. Zo mogen we Hem aanspreken. Jezus leert ons niet bidden: Grote Koning die in de hemelen zijt.... maar Onze Vader. Als ik bij mijn vader op bezoek ga trek ik niet mijn beste kleren aan. Ik mag komen zoals ik ben en zo word ik geaccepteerd. En mijn vader vindt het niet oneerbiedig als ik in korte broek op bezoek kom. Want eerbied zit hem niet in kleding.
En dan hebben we ook gelijk het punt te pakken van het oude verbond en het nieuwe verbond. In het oude verbond golden strenge regels wat betreft kleding, reinheid en wie er het heilige naar binnen mocht en het heilige der heiligen. In Christus is dat weggenomen. Waar vroeger 1 priester een keer per jaar voor God mocht verschijnen mogen we nu allen met vrijmoedigheid voor Zijn troon verschijnen. Al die voorschriften hadden te maken met de zondigheid van de mens tegenover Gods heiligheid. Vandaar ook de offers, de rituele wassingen enz. In Christus zijn die weggenomen.
In Hebreeën wordt dit uitgebreid behandeld:
6 In het aldus ingerichte heiligdom gaan de priesters voortdurend de voorste tent binnen om hun dienst te vervullen, 7 maar in de tweede tent gaat alleen de hogepriester binnen, slechts eenmaal per jaar en nooit zonder het bloed dat hij offert voor zichzelf en voor de zonden die het volk uit onwetendheid heeft begaan. 8 Hiermee maakt de heilige Geest duidelijk dat de weg naar het hemelse heiligdom niet zichtbaar is zolang de eerste tent nog dienstdoet. 9 Dit alles is een zinnebeeld voor de huidige tijd: er worden daar gaven en offers gebracht die het geweten van degenen die ze opdragen niet tot volmaakte zuiverheid kunnen brengen; 10 het gaat alleen om voedsel, drank en rituele wassingen, om bepalingen over uiterlijkheden die slechts gelden tot aan de nieuwe orde.
11 Christus daarentegen is aangetreden als hogepriester van al het goede dat ons is toebedacht: hij is door een indrukwekkender en volmaakter tent – die niet door mensenhanden gemaakt is en niet behoort tot onze schepping – 12 voor eens en altijd het hemelse heiligdom binnengegaan, en dan niet met bloed van bokken en jonge stieren maar met zijn eigen bloed. Zo heeft hij een eeuwige verlossing verworven. 13 Want als het lichaam van wie onrein is al wordt gereinigd en geheiligd wanneer het besprenkeld wordt met het bloed van bokken en stieren of bestrooid met de as van een jonge koe, 14 hoeveel te meer zal dan niet het bloed van Christus, die dankzij de eeuwige Geest zichzelf heeft kunnen opdragen als offer zonder smet, ons geweten reinigen van daden die tot de dood leiden, en het heiligen voor de dienst aan de levende God?
Eerbied is belangrijk maar hoe komt het tot uiting? Door het niet maken van foto's tijdens de dienst? Of door het dragen van mooie pakken? Eerbied zit hem in het hart, hoe je tot Hem spreekt en over Hem spreekt, wat je doet met Zijn woorden. We mogen Hem danken met het offer van ons hart.