Er wordt nogal makkelijk over geloven gesproken.
Het geloof in Jezus Christus is een geschenk van God maar we spreken erover alsof het een normaal onderdeel van ons levenspatroon is. Dat zou het wel moeten zijn, want voor God is het het enige wat ons tot Hem brengt en wil dat voor een ieder.
Het geweldige kenmerk van het oprechte geloof in Jezus Christus is dat het van Boven naar beneden komt, ieder ander geloof, ga ze maar na, gaat van beneden naar boven.
Ik woonde eens een kerkdienst bij waarbij de voorganger vertelde dat hij met een project voor de Heere bezig was en van alle kanten fout liep. Hij werd het zat en gooide het hele kerkgebeuren over boord, ik gooide de handdoek in de ring, ik zag het niet meer zitten, zei hij. Maar....”ik geloofde nog wel” zei hij er achteraan.
Ja en daar zit je dan met 700 of 800 man die allemaal deze gruwelijke misleiding geloven, want het is zo'n populaire man.
Christelijk geloven is geen werkwoord, het is een cadeau gegeven vanuit een relatie met God. Er is er maar 1 die volledig en oprecht geloofd en dat is Jezus Zelf. Ik vraag wel eens aan iemand hoe het leven met de Heere Jezus is, dan krijg ik als antwoord “nou zeg, dat is wel een heel persoonlijke vraag”. Ik begrijp geen ruk van zo'n antwoord maar deze vraag vindt men te persoonlijk maar over geloven spreken ze net zo makkelijk alsof ze het over je fiets hebben. Ik vraag me dan af of men wel weet wat geloven is.
Hoe komt dat toch? Komt het omdat we de buurman ook kunnen geloven? Of dat als we naar de kerk gaan ook al menen te geloven? Of dat er mensen zijn, die ik ook ken, aan God nog gebod doen en ook zeggen dat ze in (een) God geloven? Misschien omdat kennelijk de Heilige Geest er niet meer voor nodig is?