Zoals we uit de Bijbel weten werd Jezus 40 dagen na zijn opstanding ten hemel opgenomen:
Na zijn lijden en dood heeft hij hun herhaaldelijk bewezen dat hij leefde; gedurende veertig dagen is hij in hun midden verschenen en sprak hij met hen over het koninkrijk van God…
Hij werd voor hun ogen omhooggeheven en opgenomen in een wolk, zodat ze hem niet meer zagen. Terwijl hij zo van hen wegging en zij nog steeds naar de hemel staarden, stonden er opeens twee mannen in witte gewaden bij hen. Ze zeiden: ‘Galileeërs, wat staan jullie naar de hemel te kijken? Jezus, die uit jullie midden in de hemel is opgenomen, zal op dezelfde wijze terugkomen als jullie hem naar de hemel hebben zien gaan.’ (Hn 1:3, 8-11; NBV)
Kennelijk zinspeelden de twee gematerialiseerde engelen toen al op de gebeurtenis die Paulus zou beschrijven als
de Opname, letterlijk de Wegrukking:
Want de Heer zelf zal met een bevelend roepen, met een stem van [de] aartsengel en met een trompet Gods neerdalen vanaf [de] hemel en de doden in [de] Messias zullen eerst opstaan. Daarop zullen wij, de levenden die overblijven, tezamen met hen in wolken worden weggerukt, de Heer tegemoet in de lucht; en zo zullen we altijd met [de] Heer zijn.(1Th 4:16-17)
Jezus heeft zijn leerlingen nooit enige aanwijzing gegeven om zijn geboorte te gedenken, noch zijn opstanding, noch zijn hemelvaart. Ook buiten de Evangeliën wordt in de overige NT Bijbelboeken dienaangaande niets geboden, zelfs geen enkele indicatie in die richting.
Pasen, Hemelvaartsdag, Pinksteren, Kerstmis, zijn alle vieringen die ontstonden in latere tijden, toen men, zoals Paulus had voorzegd, op ruime schaal verdraaide dingen was gaan spreken (
Hn 20:29-30).
De enige gebeurtenis die Jezus zijn volgelingen gebood te gedenken was zijn offerandelijke dood en zelfs met die gebeurtenis, het Avondmaal, werd geen specifieke datum verbonden:
En na brood te hebben genomen, gedankt te hebben, brak hij [het] en gaf [het] hun, zeggend: Dit is mijn lichaam dat ten behoeve van jullie gegeven wordt; doet dit tot mijn gedachtenis. Evenzo ook de beker na de maaltijd, terwijl hij zei: Deze beker [betekent] het Nieuwe Verbond in mijn bloed, dat ten behoeve van jullie vergoten wordt. (Lk 22:19, 20).
En ook alleen het onderhouden van die 'viering' werd door Paulus bevestigd. En ook hij verbond er geen datum aan:
Want ik ontving van de Heer wat ik ook aan jullie doorgaf dat de Heer Jezus in de nacht waarin hij werd overgeleverd een brood nam en na gedankt te hebben [het] brak en zei: Dit is mijn lichaam hetwelk voor jullie [is]; blijft dit doen tot mijn gedachtenis. Evenzo ook de beker ná het maaltijd houden, zeggend: Deze beker is het nieuwe Verbond in mijn bloed; blijft dit, zo vaak als jullie drinken, tot mijn gedachtenis doen. Want zo dikwijls als jullie dit brood eten en de beker drinken, maken jullie de dood van de Heer bekend, totdat hij komt. (1Ko 11:23-26)