Hedendaagse meditaties

Om te kunnen posten in dit forum is lidmaatschap van een gebruikersgroep (leden Religie-fora) nodig.
Klik hier voor meer info en het aanvragen van postrecht

Moderators: henkie, elbert, Moderafo's

Gebruikersavatar
MoesTuin
Generaal
Generaal
Berichten: 4598
Lid geworden op: 02 feb 2014 16:00

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor MoesTuin » 27 mei 2016 09:32

Ze nemen maar aan…

Een lezer van ons blad was ergens de opmerking tegen gekomen van een predikant die ernstig waarschuwde tegen het aannemen.
Hij bedoelde te waarschuwen tegen het lichtvaardig aannemen van Jezus.
Wat moeten we met deze uitdrukking?
Maken die predikers het dan niet veel te moeilijk?
Er staat toch in de Heilige Schrift, dat we Jezus moeten aannemen?
En andere predikanten, ook uit vroegere eeuwen, schrijven juist weer wel dat je Jezus mag en moet aannemen.
De vraag luidt nu: zou u er opheldering over willen geven.
Dat wil ik. Of het ook daadwerkelijk helpt, is een andere zaak.
Eerst maar, wat de Bijbel en de belijdenisgeschriften over dat aannemen zeggen.
Eerst de belijdenisgeschriften.
In de Catechismus staat in vraag en antwoord 20, dat alleen zíj door Christus zalig worden, die Hem door een waar geloof worden ingelijfd en al Zijn weldaden aannemen.
In antwoord 30 gaat het over wie Christus waarlijk als Zaligmaker erkennen en dan staat er: die deze Zaligmaker met waar geloof aannemen, bezitten alles in Hem dat tot hun zaligheid nodig is.
In antwoord 61 staat dat ons geloof geen verdienstelijkheid heeft, maar dat alleen Christus' gerechtigheid of wetsgehoorzaamheid voor God kan bestaan en dan staat er van die gerechtigheid van Christus: en dat ik die niet anders dan alleen door het geloof kan aannemen en mij toe-eigenen.
In antwoord 76 gaat het over het geestelijk eten en drinken van Christus' vlees en bloed. Dat is volgens ons troostboekje: met een gelovig hart het ganse lijden en sterven van Christus aannemen en daardoor vergeving der zonden en het eeuwige leven verkrijgen.
In antwoord 84 gaat het over de verkondiging van de vergeving der zonden en er staat dat aan allen die geloven, het volgende wordt verkondigd: dat, zo dikwijls als zij de belofte van het Evangelie met een waar geloof aannemen, waarachtig al hun zonden van God, hun om de verdiensten van Christus, vergeven zijn.
In de Nederlandse Geloofsbelijdenis gaat het in artikel 14 over de val van de mens en zijn onvermogen om iets goeds te doen.
En dan staat er een Schriftwoord aangehaald uit Johannes 3: de mens is niets dan een slaaf der zonde, en kan geen ding aannemen, als het hem uit de hemel niet gegeven is.
In artikel 29 gaat het over de kenmerken van een ware Christen en dan staat er: aangaande degenen die van de Kerk zijn, die kan men kennen uit de merktekenen van de Christenen; te weten uit het geloof en ... wanneer zij aangenomen hebben de enige Zaligmaker Jezus Christus.
In de Dordtse Leerregels staat in hoofdstuk 1, artikel 4: die het Evangelie niet geloven, op die blijft Gods toorn. Maar die het aannemen en de Zaligmaker Jezus met een waar en levend geloof omhelzen, die worden door Hem van Gods toorn en van het verderf verlost en met het eeuwige leven begiftigd. In hoofdstuk 3 en 4, artikel 9 gaat het over mensen die zich onderscheiden van Gods kinderen en wel hierdoor, dat zij zorgeloos zijn en het woord des levens niet aannemen; anderen nemen het wel aan, maar niet in het binnenste van hun hart.
Hieruit blijkt duidelijk dat onze vaderen niet schroomden het woord aannemen te gebruiken, als het gaat over het geloof in Christus of het geloof in het Evangelie.
Hoe staat dat nu in de Schrift zelf? Daar vinden we de volgende gegevens.
In Markus 4 vers 20 staat over de goede akker in de gelijkenis van de zaaier: "Dezen zijn die in de goede aarde bezaaid zijn, welke het Woord horen en aannemen en vruchten dragen, het ene dertig , en het andere zestig , en het andere honderdvoud."
In Johannes 1 vers 11 en 12 vinden wij de grote tegenstelling tussen Gods volk en Zijn vijanden: "Hij is gekomen tot het Zijne en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen.
Maar zovelen Hem aangenomen hebben, die heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven."
In Johannes 3 vers 27 vinden we de woorden van Johannes de Doper, die we ook in artikel 14 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis zagen: "Johannes antwoordde en zei: een mens kan geen ding aannemen, als het hem uit de hemel niet gegeven is.
" In vers 33 zegt hij: "Wie Zijn getuigenis aangenomen heeft, die heeft verzegeld dat God waarachtig is." Handelingen 2 vers 41 lezen we: "Die dan zijn woord gaarne aannamen, werden gedoopt." 8 vers 14 luidt: "Toen nu de apostelen, die te Jeruzalem waren, hoorden, dat Samaria het Woord Gods aangenomen had, zonden zij tot hen Petrus en Johannes." In hoofdstuk 11 vers 1 lezen we: "De apostelen nu en de broeders die in Judea waren, hebben gehoord, dat ook de heidenen het Woord Gods aangenomen hadden." Zo ook in I Korinthiërs 15 vers 1 en in II Korinthiërs 11 vers 4. In Kolossenzen 2 vers 6 staat: "Zoals gij dan Christus Jezus de Heere hebt aangenomen, wandelt zo in Hem." In I Thessalonicenzen 1 vers 6 lezen we dat mensen het Woord aangenomen hebben in vele verdrukking met blijdschap van de Heilige Geest. Zo ook in I Thessalonicenzen 2 vers 13. In II Thessalonicenzen 2 vers 10 gaat het over het aannemen van de liefde tot de waarheid.
Hoe zit dat nu met het wel of niet kunnen aannemen. Mag een predikant zeggen of schrijven: ze nemen Jezus maar aan, maar er is niets aan te nemen? Dat ligt aan het verband, waarin hij dat zegt of schrijft. Er is namelijk een heel verkeerd aannemen, waartegen zeker gewaarschuwd moet worden. Maar er is ook het aannemen van het geloof, waartegen niet gewaarschuwd moet worden, maar waartoe opgeroepen moet worden!
Daarom is het goed om dit onderscheid wat breder uiteen te zetten: het aannemen, waartegen gewaarschuwd moet worden én het aannemen, waartoe opgeroepen of aangespoord moet worden.
Eerst een ongebruikelijke vraag.
Als u op dit hele schrijven antwoordt: ik kan toch Christus niet aannemen...; vraag ik u: beseft u wat de enige andere mogelijkheid is?
Beseft u wat u zegt, wanneer u zegt dat u Christus niet hebt aangenomen?
De enige andere mogelijkheid is namelijk dat u Hem verwerpt en veracht.
Er is geen derde mogelijkheid tussenin. Een neutrale houding is niet mogelijk.
U kunt niet net tussen aannemen en verwerpen in zitten.
Óf wij nemen Jezus aan óf wij verwerpen Hem, een derde mogelijkheid is er niet!
Neemt u Hem niet aan? Dan vraag ik u: verwerpt u Hem dan? Kunt u en durft u dat dan wel? O, onderzoek het: wie Jezus niet aanvaardt, verwerpt en veracht de enige mogelijkheid tot zalig worden...
Het woord aannemen heeft in onze kring een verdachte klank.
We gebruiken het (bijna) niet en we denken bij dit woord (bijna) direct aan remonstrantse mensen.
Veelal wordt het woord gebruikt op zo'n manier dat je helaas moet zeggen: ze denken zeker dat ze dat allemaal zelf maar kunnen... Daarom zijn we er beducht voor en vermijden we dat woord.
Is het nu terecht om het goede gebruik van dit woord achterwege te laten, omdat er zoveel misbruik van wordt gemaakt?
Nee, de Bijbel zelf doet dat ook niet, zoals we in het bovenstaande kunnen lezen.
Alleen, we moeten een goed gebruik maken van het woord aannemen en daarom moeten we goed beseffen, wat het woord betekent.
Toen ik als jongen van 17 à 18 jaar in De Redelijke Godsdienst van ds. Wilhelmus à Brakel las, kwam ik daar de opmerking tegen, dat we Christus en Zijn Woord moeten aannemen.
Ik was erg verbaasd, want ik had dit woord aannemen alleen nog maar gehoord van een slag predikanten waarmee ik me in het geheel niet verenigd voelde.
Ik kon dat niet begrijpen.
Als men mij in die tijd had gevraagd: heb jij Christus aangenomen, zou ik zeker hebben gezegd: nee.
En dat, terwijl Hij de mijne was geworden en ik de Zijne!
Maar ik had echt het gevoel niet dat ik Hem had aangenomen.
Hij was tot mij gekomen en Hij Zich aan mij gegeven.
Maar ik had Hem, voorzover ik mij kon indenken, niet zelf aangenomen.
En toch spreekt de Bijbel zo, zoals we gezien hebben.
Wat betekent dan dat woord aannemen?
Eerst moeten we zien, wat het niet betekent.
Aannemen betekent niet: veronderstellen.
Zo gebruiken wij het in ons dagelijkse taalgebruik wel.
Ik neem aan dat jij die opdracht hebt uitgevoerd.
Dat is: ik veronderstel, ik ga er van uit, dat jij die opdracht hebt uitgevoerd.
Het woord aannemen in de Schrift betekent dit niet.
Toch gebruiken zoveel mensen in de kerk het wel zo: je moet Christus aannemen en het geloof aannemen.
En men neemt aan, men meent en veronderstelt dat men gelovig is, bekeerd en behouden.
Aannemen is ook lang niet hetzelfde als pakken.
Als ik namelijk een horloge dat op een tafeltje ligt, pak, hoeft het mij niet te zijn aangeboden.
Maar als ik dat horloge aanneem, is het mij door iemand aangeboden, geschonken.
Nu, zo ligt het ook met Christus en met het Woord.
Het Woord wordt mij gepredikt en ik neem het aan, ik ontvang het.
En hoe is dat dan mogelijk? Omdat God Zijn Zoon in Zijn Woord aan ons allen voorstelt, aanwijst, aanprijst.
En omdat Hij ons door die verkondiging oproept en uitnodigt om tot deze Christus te komen en Hem te voet te vallen, Hem eerbiedig te omhelzen!
Ja, God schenkt Zijn Zoon aan ons en in het geloof aanvaarden wij deze wonderschone Gave.
Het formulier van de volwassendoop stelt aan de te dopen persoon de vraag: Ten derde, of gij gelooft, dat Jezus Christus ... u tot een Zaligmaker van God geschonken is.
Daarmee bedoelt het formulier niet dat die persoon die gedoopt zal worden, op een bijzondere manier, een aparte schenking van Gods Zoon aan hem of haar persoonlijk, gelooft.
Maar of die persoon de algemene schenking van God, heel persoonlijk voor hem of haar, gelooft.
De schenking van Gods Zoon tot Zaligmaker, zoals de mannen van Sichar het zeggen in Johannes 4 vers 42: "Wij weten, dat Deze waarlijk is de Christus, de Zaligmaker der wereld" en zoals Jezus het Zelf zegt in Johannes 6 vers 32 en 33: "Voorwaar, voorwaar zeg Ik u, Mozes heeft u niet gegeven het brood uit de hemel, maar Mijn Vader geeft u het ware Brood uit de hemel.
Want het Brood Gods is Hij, Die uit de hemel nederdaalt en Die aan de wereld het leven geeft."
Wij kunnen dan ook het woord aannemen het best weergeven door twee woorden tegelijk te gebruiken: ontvangen en aanvaarden.
We ontvangen zonder er iets voor te hebben gedaan en zonder er iets aan te hebben meegeholpen.
We ontvangen het Woord, dat God ons laat prediken en we ontvangen Christus, Die Hij ons schenkt.
En tegelijkertijd aanvaarden we graag dat gepredikte Woord en die geschonken Christus. Wat een voorrecht, als we zo leren aannemen.
Daartegen hoeft niet gewaarschuwd te worden; daartegen mag ook niet gewaarschuwd worden.
Daartoe moeten we juist alle hoorders en lezers opwekken en aansporen: neemt aan de Heere Jezus Christus, of zoals Paulus zegt in Romeinen 13 vers 14: "Doet aan de Heere Jezus Christus en verzorgt het vlees niet tot begeerlijkheden."
Nu komt echter nog een heel belangrijke vraag aan de orde en dat is deze vraag: hoe kunnen of mogen wij dan het Woord aannemen, Christus aanvaarden?
Wat moet ik dan verrichten om dit daadwerkelijk te doen?
Welke activiteit moet ik ondernemen om Jezus aan te nemen, te ontvangen en te aanvaarden, zoals Hij mij in de Goddelijke belofte geschonken is?
Het aannemen van Jezus Christus als onze Zaligmaker is hetzelfde als vluchten tot Hem, geloven in Hem, ons overgeven aan Hem, toestemmen van de weg Gods om ons op deze manier zalig te maken, Hem te begeren.
Een heel belangrijk punt in het aannemen van Jezus Christus is, zo zegt Alexander Comrie in zijn ABC des geloofs terecht: loslaten van al ons houvast, de hand open doen en dat houvast loslaten.
Verder betekent het: Jezus alleen en Hem geheel te aanvaarden met zijn ganse hart, met zijn ganse ziel, zodat de ziel ziet, dat zij niets meer nodig heeft en met minder het niet kan stellen.
Wij kunnen vanuit onszelf niets aannemen, zoals ook Johannes de Doper zegt.
Alleen als het ons van Boven geschonken wordt.
Maar wanneer de Heere ons het geloof schenkt, kunnen we Christus wel aannemen en dan doen we het metterdaad. Want het is de eigenschap van het ware geloof, dat het Christus omhelst.
Dat geloof werkt God nu door de verkondiging van het Evangelie.
God verkondigt ons Zijn Zoon en onder die verkondiging roept Hij ons op om in Hem te geloven, om Hem aan te nemen, om dat beloftewoord te aanvaarden.
En dan, zo zeggen de Dordtse Leerregels (III/IV, 17) terecht, wordt door de vermaning de genade, het geloof meegedeeld.
Dan kunnen we het niet meer laten, maar geven we ons onvoorwaardelijk over aan Jezus Christus, kiezen we Hem tot onze enige Borg, omhelzen we Hem als onze Liefste, aanvaarden we Hem als Profeet om ons te onderwijzen, als Priester om ons met God te verzoenen en als Koning om ons te regeren en te beschermen.


ds W Pieters
want wij hebben hier geen blijvende stad
maar zoeken de toekomende

De Heere Jezus zegt;
"Wie in Mij gelooft zal Hét Eeuwige Leven ontvangen"

Chaya
Generaal
Generaal
Berichten: 7095
Lid geworden op: 15 dec 2014 10:38
Locatie: Bij het water

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor Chaya » 20 jun 2016 12:46

Jezus stierf zodat heteroseksuele en homoseksuele zondaren zalig kunnen worden. Jezus schiep seksualiteit en Hij heeft een duidelijke wil hoe het in heiligheid en vreugde ervaren mag worden..

Het is Zijn verlangen dat een man zijn vader en moeder zal verlaten, dat hij zich aan zijn vrouw hechten en dat die twee tot één vlees worden (Marcus 10: 6-9). In deze vereniging vindt seksualiteit zijn door God aangewezen betekenis, in de persoonlijke fysieke eenwording, in de symbolische n, in de sensuele jubelstemming en in de vruchtbare voortplanting.

Degenen die Gods weg van seksuele bevrediging hebben verlaten, en overgingen op homoseksuele geslachtsgemeenschap, heteroseksuele buitenechtelijke ontucht of overspel biedt Jezus verbazingwekkende genade.

“Sommigen van u zijn dat wel geweest, maar u bent schoongewassen, maar u bent geheiligd, maar u bent gerechtvaardigd, in de Naam van de Heere Jezus en door de Geest van onze God.” (1 Korintiërs 6:11). Maar vandaag is deze verlossing van zondige seksuele handelingen niet omhelst. In plaats daarvan was er massale institutionalisering van de zonde.

In een 5-tegen-4 beslissing heeft het Hooggerechtshof van de Verenigde Staten van Amerika geoordeeld dat de Staten het homohuwelijk niet kunnen verbieden. De Bijbel zwijgt niet over dergelijke besluiten. Naast de duidelijkste uitleg van de zonde van homoseksuele geslachtsgemeenschap (Romeinen 1: 24-27) staat er de aanklacht tegen de goedkeuring en institutionalisering van die zonde. Hoewel mensen intuïtief weten dat homoseksuele handelingen (evenals roddel, laster, brutaliteit, hoogmoed, roem, ontrouw, harteloosheid, meedogenloosheid) zonde zijn, “doen ze die niet alleen, maar stemmen ze er ook nog mee in” (Romeinen 1: 29-32). "Ik zeg het je zelfs met tranen, dat hun eer in hun schande is” (Filippenzen 3: 18-19).

Dit is wat het hoogste gerechtshof vandaag in ons land deed — wetend dat deze daden verkeerd zijn “stemden ze in met hen die ze doen.”

Ik heb het gevoel dat we niet beseffen wat voor een ramp er zich voordoet. Wat nieuw is — nieuw voor Amerika en nieuw voor de geschiedenis — is niet homoseksualiteit. Die gebrokenheid is hier geweest sinds we allemaal gebroken zijn in de val van de mens. (Er is een groot verschil tussen de gerichtheid en de handeling van homoseksualiteit — net zoals er een groot verschil zittussen mijn gerichtheid op trots en de handeling van het opscheppen). Zelfs de viering en de goedkeuring van homoseksuele zonde is niet nieuw. Homoseksueel gedrag is uitgebuit, er is van genoten, het is gevierd in de kunst, al eeuwen lang. Wat nieuw is, is de normalisering en institutionalisering. Dat is de nieuwe ramp.

Mijn belangrijkste reden om dit te schrijven is niet om een politieke tegenaanval te doen. Ik denk niet dat dat de roeping van de kerk is als zodanig. Mijn reden om dit te schrijven is om de kerk het verdriet van deze dagen te laten voelen. En de omvang van de aanval op God en Zijn beeld in de mens.

Christenen kunnen duidelijker dan anderen de vloedgolf van pijn aan zien komen. Zonde draagt in zich haar eigen ellende: "Mannen doen schandelijke dingen met mannen en ontvangen het gepaste loon voor hun dwaling in zichzelf.” (Romeinen 1:27). En bovenop deze zelfvernietigende kracht van de zonde komt tenslotte de uiteindelijke toorn van God: "Ontucht, onreinheid, hartstocht, kwade begeerte, en de hebzucht, die afgoderij is. Door deze dingen komt de toorn van God over de ongehoorzamen” (Kolossenzen 3: 5-6).

Christenen, we weten wat er gaat komen, niet alleen omdat we het zien in de Bijbel, maar omdat we de treurige vruchten van onze eigen zonden hebben geproefd. We kunnen niet ontsnappen aan de waarheid dat we zullen oogsten wat we zaaien. Onze huwelijken, onze kinderen, onze kerken, onze instellingen — ze zijn allemaal verstoord vanwege onze zonden.

Het verschil is: We wenen over onze zonden. We vieren de zonde niet. We institutionaliseren de zonde niet. We keren ons tot Jezus om vergeving en hulp. We roepen tot Jezus, "Die ons verlost van de toekomende toorn” (1 Thessalonicenzen 1:10). En tijdens onze beste momenten huilen we voor de wereld en voor ons eigen land. In de dagen van Ezechiël zette God een teken van hoop "op de voorhoofden van de mannen die zuchten en kermen over al de gruweldaden die in het midden ervan gedaan worden.” (Ezechiël 9:4).

Daarom schrijf ik dit. Geen politieke actie maar uit liefde voor de Naam van God en compassie voor de stad van de vernietiging.

"Beken vol water stromen uit mijn ogen neer, omdat men Uw wet niet in acht neemt." (Psalm 119: 136)

John Piper - 2015
Wijs een spotter niet terecht, anders zal hij u haten. Wijs een wijze terecht, en hij zal u liefhebben. -- Spreuken 9:8

Gebruikersavatar
MoesTuin
Generaal
Generaal
Berichten: 4598
Lid geworden op: 02 feb 2014 16:00

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor MoesTuin » 21 jun 2016 08:39

IS DE HELE WERELD GERED ?


"Dus zoals dan door één overtreding van één voor alle mensen tot veroordeling is gekomen, zo komt het ook door een rechtvaardiging door één voor alle mensen tot rechtvaardiging ten leven" (:18 Herziene Naardense Bijbel 2014).

Romeinen 5:12-21.

Dit is vreemd!
Paulus verandert van spoor.
In de eerste hoofdstukken van deze brief klinkt het: Niemand is te verontschuldigen. De heidenwereld niet en het verbondsvolk Israël niet.
Toelichting: álle mensen kunnen uit het boek van de schepping lezen dat God bestaat. Dat er een Schepper is, die je alleen maar kunt danken voor het leven, voor alles wat hij geschapen heeft. Verbazingwekkende schepping: de plantenwereld, de dierenwereld, de mensenwereld.
Heel de natuur op het land, in de zeeën en oceanen, heel het universum.
Het past ieder mens de Schepper te aanbidden.
En het verbondsvolk heeft de Tenach gekregen, het boek van God.
Gods geschiedenis met de mens, met zijn volk.
Zij kennen zijn wetten, zijn ethiek en moraal, zijn regels voor de samenleving en hoe zij hem mogen dienen.
Maar noch heiden noch Jood zijn tot aanbidding van God gekomen.
En God levert die mens uit aan zijn dwaasheid.
Niemand is rechtvaardig, zelfs niet één. Allen missen de heerlijkheid van God.
Elk mens leeft onder de toorn van God.
Maar de mens die de Wet niet kent en toch leeft volgens de Wet zal heel anders beoordeeld worden, dan de mens die de Wet door en door kent, maar leeft alsof hij God en zijn woord niet kent.
Er is maar één weg tot redding, tot behoud, tot verzoening, tot rechtvaardiging.
Nee, niet door je voor de volle 100% aan de Wet te houden, want dat is onmogelijk gebleken.
Maar buiten de Wet om, door het voor eens en voor altijd volbrachte verzoeningswerk van Jezus Christus.
Door het zich in vertrouwen overgeven aan de genade van God.
Eén weg: door het geloof in Jezus Christus, de Zoon van God.
Dan worden wij vrijgesproken.
Dan ziet God ons alsof we nooit enige zonde hadden begaan.

Maar nu: door één mens is de zonde in de wereld gekomen en daarmee ook de straf op de zonde, namelijk de dood.
Alle mensen, alle nakomelingen van Adam zijn zondaren gebleken en allen zijn sterfelijk (:12).
In de periode vanaf Adam tot aan Mozes was er geen Wet.
Er waren wel overtredingen, er was wel ongehoorzaamheid, maar de zonde werd niet toegerekend (:13).
Maar de fysieke dood werd aan allen voltrokken, ook als men niet zoals Adam gezondigd had.
Adam had het voor-beeld moeten zijn voor hem-die-komen-gaat (:14).
Maar het is bij God niet zó, dat hij met dezelfde maat de overtreding bestraft en met dezelfde maat begenadigt.
Door de overtreding van die ene (= Adam) zijn er velen gestorven, maar in Jezus Christus heeft God overvloedige genade gegeven aan 'de velen'.
De uitdrukking 'de velen' betekent: allen.
De genade is overvloediger dan de veroordeling (:15).
Het is met die 'begiftiging' (begenadiging, de gave van de genade) niet als met het zondigen van één, namelijk Adam.
Het oordeel over Adam leidt tot veroordeling.
Maar de begenadiging vanwege de overtreding van velen leidt tot rechtvaardiging, tot vrijspraak (:16).
Door de overtreding van Adam heeft de dood als koning geheerst vanwege die ene. Maar zij die de overvloedige genade en de gerechtigheid ontvangen zullen in dit leven als koningen regeren vanwege Jezus Christus (:17).
Door de overtreding van één kwam het tot veroordeling van alle mensen.
Zó komt het door de rechtvaardigheid van één tot vrijspraak voor alle mensen (:18).
Velen zijn door de ongehoorzaamheid van Adam tot zondaars gemaakt.
Door de gehoorzaamheid van Jezus Christus zullen de velen tot rechtvaardigen worden gemaakt (:19).
Toen de Wet door middel van Mozes aan het volk gegeven werd, vermeerderden de overtredingen.
Maar de genade is overvloediger geworden (:20).
Opdat...zoals de zonde heeft geregeerd met de dood als gevolg, nu de genade zal regeren door de gerechtigheid tot eeuwig leven en dat alles dankzij Jezus Christus (:21).

Er schuilt een automatisme in de mening van sommigen.
Wij kunnen het niet helpen dat we allemaal van Adam afstammen.
En dat we zondaren zijn geworden.
Dat we zullen sterven.
Daaraan ontkomt niemand. Dit zijn de catastrofale gevolgen van één overtreding van Adam.
Daar zitten we heden ten dage nog mee.

Maar...nu is Jezus Christus gekomen.
Door één mens die gehoorzaam bleef aan God delen wij nu allemaal in Gods genade, Gods gerechtigheid, het eeuwige leven.

Ik heb veel studie gedaan in de bijbel.
Ik was onder de indruk van het boek van ds. Jan Bonda: "Het ene doel van God".
Het lijkt allemaal zo logisch.
En het is de wens van alle gelovigen.
Zelfs de wens van God.
"Want dat is goed en aangenaam voor het aanschijn van onze Redder, God, die wil dat alle mensen worden gered en tot waarachtige kennis komen"
(1 Timoteüs 2:4-5).
En dan vervolgt Paulus dat Jezus Christus zijn leven gegeven heeft tot een losprijs (losgeld) voor allen.

Waarachtige kennis. In andere vertalingen: kennis van de Waarheid.

God wil alle mensen behouden.
De losprijs in Christus is toereikend voor alle mensen.
Maar er is maar één weg om hieraan deel te krijgen: geloof in Jezus Christus.
Neem het geschenk aan.
Denk aan Johannes 3:16..."opdat een ieder die in hem (= Jezus Christus) gelooft, niet verloren gaat, maar het eeuwige leven zal hebben".
Geloof = in vertrouwen Gods geschenk aanpakken, aannemen.
Niemand gaat verloren omdat hij een zonde heeft begaan waarvoor geen vergeving is.
Maar een mens kan verloren gaan omdat hij of zij Gods liefde niet heeft aangenomen.

Men beweert dat mensen die zonder God geleefd hebben na hun dood weliswaar veroordeeld worden. Niet met een nooit meer eindigende straf.
Maar door een louteringsfase heengaan en dan alsnog behouden worden.

Ik weet één ding zeker. Aan God ligt het niet. Ik heb geen inzage in het oordeel dat hij velt.
Ik kan medemensen niet afschrijven.
Maar voor mijzelf weet ik: er is maar één leven en in dit leven sta ik voor de keuze: kies voor dé Liefde, kies voor hét Leven.
Anders ben ik verloren.
Er is maar één Weg, één Waarheid en hét Leven, namelijk Jezus Christus en geen ander door wie wij behouden moeten worden.


P Gerrets
want wij hebben hier geen blijvende stad
maar zoeken de toekomende

De Heere Jezus zegt;
"Wie in Mij gelooft zal Hét Eeuwige Leven ontvangen"

Gebruikersavatar
MoesTuin
Generaal
Generaal
Berichten: 4598
Lid geworden op: 02 feb 2014 16:00

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor MoesTuin » 01 jul 2016 08:59

Is sterven moeilijk ?


Ik zag op de Vlaamse zender Eén een gedeelte van een documentaire over een hospice.
Een verslaggeefster liep een week mee met de verpleegkundigen en ging in gesprek met de gasten.
Het hospice was prachtig. Ruime kamers, prachtige centrale keuken, ontmoetingsruimte, uitzicht op een schitterende tuin.
Een oude dame, die in de ontmoetingsruimte zat, uitte haar grote dankbaarheid. Ik heb het hier beter dan thuis. Het is zo fijn dat ik niet alleen ben. Het personeel is zo vriendelijk. Ik ben hier nu twee weken en ik geniet van hun vriendschap. De tijd die ze voor je nemen.
Ik weet dat ik ga sterven, maar ik had me geen betere omgeving kunnen wensen. En van de week mag ik uit om het nieuwe appartement van mijn kleindochter te bezichtigen. Dan is mijn laatste wens ook vervuld.
Een andere dame had nog maar een maand geleden haar man verloren.
Maar ze had hem tot het allerlaatst kunnen verzorgen.
En nu vond ze het niet moeilijk om afscheid van het leven te nemen. We hebben een mooi leven gehad.
Ik had eigenlijk éérst gewild, maar ja, hij ging het eerst en ik volg hem.
Of er hierna iets komt? Nee. Niets.
Maar...vindt u dat niet moeilijk? Nee. Zijn as is uitgestrooid op een weide en de mijne wordt daar ook uitgestrooid. En dan ben ik bij hem.
En daar gaat het om, dat ik bij hem ben.
Een man op zeer hoge leeftijd.
Dankbaar voor alle goede zorgen.
Het kan niet beter.
Maar zijn leven is zwaar geweest.
Ongelooflijk zwaar. Op zijn 20e zat hij in een concentratiekamp. Hij is gemarteld, geslagen, vernederd.
Slapen in een cel van 5 x 5 meter.
In stapelbedden van drie hoog. Met 30 mannen.
Hij begrijpt niet dat hij het overleefd heeft. En na die tijd is het leven ook moeilijk gebleven.
En hij blijft herhalen: ongelooflijk, ongelooflijk.
Hij heeft kanker, is ongeneeslijk ziek. Hij had zo gehoopt op een paar gelukkige jaren. Maar hij gaat dood. En hij lijdt ondraaglijke pijnen.
Ik ben zo bang, o zo bang, zo bang.
Bang om dood te gaan.
Maar u heeft toch al vreselijke dingen meegemaakt? Dan kan het sterven toch niet erger zijn?
En de tranen vloeien: ik ben zo bang, ik ben zo bang.
De vrouwelijke verpleegkundige weet het ook niet. Haar vriendin, haar levenspartner is jong gestorven.
En of er na dit bestaan nog iets is?
Ik kijk maar naar de foto's en ik mijmer over de dingen die we samen beleefd hebben.
Sterven. Dood gaan. Niemand ontkomt eraan.
Ieder van ons is geboren. Een kind ter wereld brengen kan met veel pijn en verdriet gepaard gaan.
Maar het is zo vreemd dat niemand van ons zich de tijd herinnert dat we in de baarmoeder waren, als het goed is 9 maanden lang.
Niemand herinnert zich hoe het was om geboren te worden.
Onze geboortekreet!!
En sterven? We horen van getuigen hoe iemand gestorven is.
Maar we weten niet exact wat er met iemand is gebeurd, die stierf.
We horen van bijna-doodervaringen.
Ons aller ideaal: sterven in onze slaap. Een hartstilstand.
Geen lijdensweg, geen ondraaglijke pijnen, niet liggen aan toeters en bellen.
Is sterven misschien: de volledige regie over ons leven uit handen geven? Kome wat komt?
Is dát het niet wat sterven zo moeilijk maakt, omdat we ons leven van begin tot einde willen regisseren?
Dat maakte mijn bekering zo moeilijk.
Een worsteling: alles uit handen geven!! We willen ons einde regisseren.
De niet gelovige mens zegt: dood is dood. Daarna weet je van niets meer.
Over en uit!
Heel veel mensen zien uit naar een eeuwig, ongestoord, slapen.
Nooit meer wakker worden.
Daarom dat woordje 'rust'.
Rust zacht! Rust nu maar uit!
In het hospice sprak niemand over God, over een toekomst bij God.
Die oude man....bang voor de dood...het kan toch niet erger zijn dan uw kampervaringen?
Geen troost, geen uitzicht, geen toekomst.
En al helemaal geen God.
En de bijbel spreekt over mensen die op God vertrouwen, die het offer van Gods Zoon, Jezus Christus, in dankbaarheid ontvangen hebben, als:
mensen, die vergeven zijn, verzoend met God, die nooit uit Gods tegenwoordigheid zullen wegraken, die eeuwig zullen leven.
Die hun aardse tent zullen verwisselen voor een gebouw van God. Die zullen wonen in het Vaderhuis met vele woningen. Mensen die God zullen zien van aangezicht tot aangezicht.
Leven daar waar geen verleiding meer bestaat, geen duivel, geen kwaad, geen dood, geen verderf.
Wat ik dan zal zien en horen, daarvan heb ik op aarde geen weet gehad.


Onderstaand lied hier te beluisteren

https://www.youtube.com/watch?v=edU4QMl5F7s

"Eens breekt in mij het zilv'ren koord,
dan wordt mijn aardse zang verstoord,
maar op volmaakter, schoner wijs,
klinkt dan mijn lied in 't Paradijs.

Eens wordt verbroken 't aardse huis
en leg ik af mijn pelgrimskruis,
en dan wacht mij, wat zalig lot,
een woning, een gebouw van God.

O soms vervult door stille smart
het heimwee naar die plaats, mijn hart;
maar 'k weet, mijn werk moet hier gedaan
en eerst als God roept, mag ik gaan.

Straks breekt de gouden lamp aan stuk';
voorbij is dan al 't aards geluk,
maar, halleluja, dan begint
eerst 't ware leven voor Gods kind.

Refrein na elk couplet:

O, wat zal 't zijn
volmaakt en rein
voor eeuwig met de Heer te zijn.
Als ook mijn lied
Hem hulde biedt;
nee, zulk een sterven vrees ik niet".

(Johannes de Heer 802).

P Gerrets
want wij hebben hier geen blijvende stad
maar zoeken de toekomende

De Heere Jezus zegt;
"Wie in Mij gelooft zal Hét Eeuwige Leven ontvangen"

Speedy
Majoor
Majoor
Berichten: 2279
Lid geworden op: 30 jan 2003 16:20

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor Speedy » 01 jul 2016 09:40

De Priester-Koning

Hij zal zitten en heersen op Zijn troon en hij zal priester zijn op Zijn troon
(Zach. 6:13).

De profeet Zacharia heeft van de Heere de opdracht gekregen
om naar het huis van Josia, de zoon van Zefanja te
gaan. Bij die Josia logeren op dit moment drie mannen die
kort tevoren uit Babel naar Jeruzalem zijn gekomen. Zij behoren
tot de Joden, die niet meegegaan zijn toen hun volksgenoten
permissie kregen om uit de ballingschap in Babel
terug te keren naar Jeruzalem. Maar die in Babel achtergebleven
mensen leven wel hartelijk mee met hun broeders in
Jeruzalem. Zij hebben begrepen dat die het niet gemakkelijk
hebben. Daarom willen ze hen een hart onder de riem steken.
Ze hebben wat zilver en goud bijeen gebracht en dat
moeten deze drie mannen nu gaan overhandigen.
In opdracht van de Heere moet Zacharia dat geld in ontvangst
gaan nemen om er vervolgens mee naar de goudsmid
te gaan om er door hem een dubbele kroon van te laten
maken. Die kroon moet Zacharia dan op het hoofd van de
hogepriester Jozua zetten.
Merkwaardig, deze opdracht. Zou dat geld niet beter besteed
kunnen worden? Bovendien, wat moet een priester nu met
een kroon? Een kroon hoort bij een koning! Wat bedoelt de
Heere met deze opdracht? Dat maakt Hij duidelijk. Luister
maar.

Jozua is hogepriester. Hij is weer door de Heere aangenomen
in Zijn dienst, nadat zijn vuile kleren zijn vervangen door
schone. Nu mag hij weer dienst doen. En zo mag Jozua weer
een voorloper, een type, van de beloofde Messias zijn. Deze
Messias wordt hier door de Heere de Spruit genoemd.
Maar deze Spruit zal meer zijn dan Priester. Hij zal ook het
ambt van Koning uitoefenen. Priester-Koning zal Hij zijn,
zoals dat ook al gezegd is in Psalm 110. De twee ambten zijn
in Hem aan elkaar verbonden. Daarom lezen we, dat Hij
zal zitten en heersen op Zijn troon. Dat wijst Hem aan als
Koning. Maar we lezen ook, dat Hij Priester zal zijn op Zijn
troon.

Let u erop, dat Hij zal zitten. Dat wijst op rust. Deze Koning
wordt niet zenuwachtig en onzeker als Hij met al het rumoer
en al het verzet in de wereld geconfronteerd wordt. Hij
is de rust zelf en in volmaakte rust oefent Hij Zijn koningschap
uit. Niets glipt Hem uit handen. Niets is er wat Hij
niet kan beheersen. Zelfs alle macht van de hel brengt Hem
niet uit het evenwicht. Hij is een Koning die kan zitten.
Maar ook als Priester kan Hij zitten. Dat is trouwens voor
het eerst, dat een priester mag gaan zitten. Eerder was dat
nooit het geval. In de tempel stond ook nergens een stoel.

Waarom niet? Omdat een priester nooit klaar was. Altijd
moest het werk doorgaan, want altijd gaat de zonde door.
Jaar in jaar uit moest de priester bezig blijven bij het altaar
en het offer. Pas als alle schuld voldaan en alle zonde verzoend
is, kan de priester gaan zitten. En dat is pas het geval,
als de Heere Jezus Zijn priesterwerk heeft verricht.
Dat maakt de Heere aan Zacharia bekend en die boodschap
mag de profeet aan het volk doorgeven en ter illustratie
daarvan laat Hij die kroon maken en daarna in de tempel
ophangen. Die kroon laat voortdurend weten: de Priester-Koning
komt. Hij regeert en bestuurt Zijn volk. Hij
beschermt het tegen alle vijandelijke machten. Hij is bovendien
hun Priester, die met Zijn offer al de Zijnen met God
heeft verzoend.

Van die Priester-Koning horen we in deze week als het
Evangelie van Zijn hemelvaart wordt verkondigd. Toen, bij
Zijn hemelvaart hoorde Hij Zijn Vader zeggen: Zit aan Mijn
rechterhand, totdat Ik Uw vijanden gezet zal hebben tot een
voetbank voor Uw voeten. Zijn Vader zei bovendien: Gij
zijt Priester in der eeuwigheid. En de boodschap voor Gods
Kerk op de dag van hemelvaart is: Zie Uw Koning! Zie Uw
Priester. Als Priester betaalde Hij voor u met Zijn offer. Als
Koning beschut en bewaart Hij u. Uw zaligheid ligt gegarandeerd
in Zijn handen.

Ja, dat zegt Hij tot al de Zijnen. En tot hen die daar niet bij
horen zegt Hij: Laat verder geen tijd verloren gaan. Besef,
dat Hij de enige Priester-Koning is en dat er buiten Hem
geen redding kan zijn. Op geen enkele manier! Vlucht tot
Hem. Uw nood is groot genoeg!

P. den Butter
Mijn lijst van booswichten wordt elke dag, dat ik ouder word, kleiner en mijn register van dwazen steeds langer.

Chaya
Generaal
Generaal
Berichten: 7095
Lid geworden op: 15 dec 2014 10:38
Locatie: Bij het water

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor Chaya » 28 jul 2016 14:47

Ik zeg dit niet alsof het Woord van God vervallen is.
Romeinen 9:6

Het Woord van God is ons enige houvast in deze woelige tijd. We horen van aardverschuivingen, zware regenval en bosbranden. De economische crisis treft juist die mensen die het al zwaar hebben. Waar moet je nu rust vinden voor je ziel? Velen zoeken de rust in hun vakantie, ze hebben lang gespaard om die verre reis te maken. Ze denken dat ze rust vinden in Turkije of Egypte, als het maar ver genoeg is. Toch is het maar rust voor even. Thuis gekomen komt alles weer op je af; de rekeningen liggen op de mat, de problemen komen weer in alle hevigheid op je pad. Vakantie vieren is voor velen een ‘schijnrust’, een zoeken naar een ‘kick’ die eventjes duurt, een zoeken naar afleiding. Er is niets op tegen om op vakantie te gaan, het kan de nodige rust geven. Maar de echte rust is alleen te vinden in het Woord van God, in Jezus Christus.

Kom naar Mij toe, allen die vermoeid en belast bent, en Ik zal u rust geven. Neem Mijn juk op u, en leer van Mij dat Ik zachtmoedig ben en nederig van hart; en u zult rust vinden voor uw ziel; want Mijn juk is zacht en Mijn last is licht. (Mattheüs 11:28-30).

Echte rust is alleen bij Hem te vinden! Er zijn ook mensen die op vakantie gaan en rust nemen van de dienst aan God. In de vakantie nemen ze het niet zo nauw met Zijn regels en van bidden en Bijbellezen komt niet zo veel; “dat komt na de vakantie wel weer”. Dat is pas echte ‘schijnrust’. Een vakantie is zo weer voorbij en al gauw een herinnering die nog slechts bestaat in foto’s of video’s. Maar het Woord van God houdt altijd stand, houdt voor eeuwig zijn waarde! Daarom: ook in de vakantie is het goed om het Woord van God te lezen en te overdenken, en niet alleen op de zondag. Gods Woord kan u kracht geven in moeilijke tijden, Gods Woord geeft u echte rust, Gods Woord geeft u dé ‘kick’. Ik wens u een fijne vakantie toe!

ds. P. van Dolderen
Wijs een spotter niet terecht, anders zal hij u haten. Wijs een wijze terecht, en hij zal u liefhebben. -- Spreuken 9:8

Chaya
Generaal
Generaal
Berichten: 7095
Lid geworden op: 15 dec 2014 10:38
Locatie: Bij het water

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor Chaya » 13 aug 2016 09:47

GOD WAS IN AUSCHWITZ

En Jozefs heer nam hem, en leverde hem in het gevangenhuis, ter plaatse,waar des konings gevangenen gevangen waren; alzo was hij daar in het gevangenhuis. Genesis 39 vs 20

In deze wereld gebeuren er vreselijke dingen. Allerlei namen en getallen spreken tot onze verbeelding. Auschwitz, Vietnam, Srebrenica, 11 september 2001, MH-17, Syrië, Parijs, Nice. En steeds weer vraag je je af: als bepaalde mensen hun verantwoordelijkheden hadden genomen, dan had dit toch niet hoeven te gebeuren? Die vraag krijgt helemaal iets wrangs als het om God gaat. Immers, als er één voor ons gevoel iets kan doen aan ellende en verdriet, dan is Hij het toch? Sinds de Tweede Wereldoorlog is deze moeite samengebald in deze vraag: waar was God in Auschwitz? Had Hij dat niet kunnen voorkomen? Ook Jozef heeft met dit soort vragen geworsteld.

Jozef heeft in de gevangenis erg geleden. We lezen in psalm 105:18 ‘Men drukte zijn voeten in den stok; zijn persoon kwam in de ijzers’. Wat een vragen zullen er bij Jozef zijn opgekomen, vanwege de onbegrepen wegen die hij moest gaan. Dat laat vers 19 zien: ‘Tot den tijd toe, dat Zijn woord kwam, heeft hem de rede des HEEREN doorlouterd’. Jozef werd in de gevangenis gelouterd. Dat is een woord wat ook gebruikt wordt voor het zuiveren van zilver. Ruw zilvererts wordt in een ketel gedaan en dan stookt de zilversmid het vuur onder die ketel hoog op. En dat zilvererts gaat dan borrelen en bruisen. Het vuil komt bovendrijven en dat wordt er door de smid van afgeschept, net zolang tot er zuiver zilver overblijft.

En zo zal het in het hart van Jozef ook gebruist hebben. ‘Had toch toegegeven aan die vrouw. Dan was je een rijk en gelukkig man geweest’. En satan zal daar een schepje bovenop gedaan hebben. Want het is zijn gewoonte om mensen te plagen die het toch al moeilijk hebben. ‘Waar heeft je Godsvrees je nu gebracht? Is dat je loon?’ Ook Asaf heeft ermee geworsteld in psalm 73: ‘Ziet, dezen zijn goddeloos; nochtans hebben zij rust in de wereld. En mijn bestraffing is er alle morgens’. En dan komt de vraag ook bij Gods kinderen op: ‘Waar is God, op Wien ge bouwdet?’

Misschien loop jij ook wel met dit soort vragen. Vanwege de moeiten in je eigen leven. Of vanwege alle ellende die je in de wereld ziet. Waarom laat God dat allemaal toe? Waarom doet Hij niets? Waar is God eigenlijk? Deze vragen komen vaak naar boven als we met ellende en verdriet in aanraking komen. En er zijn maar al teveel mensen die niet meer kunnen geloven dat er een God is Die almachtig en goed is. Want waarom gebeurt al die ellende dan?

Laten we met deze vragen ook eens naar Gethsémané gaan, en naar Golgotha. Waar was God toen de Heere Jezus gearresteerd werd? Waar was God toen Jezus aan het kruis hing? Heb jij daar je vragen ook weleens gesteld? Want op die plaatsen schrijnen deze vragen het meest. En kun jij daar ook het antwoord op geven? ‘Dit is al geschied, helaas, om mijne zonden…’

En laten we ook niet vergeten, jonge mensen, dat het niet God was Die de Joden heeft vergast, maar de Nazi’s. Niet God heeft de Twin Towers aangevallen, maar de terroristen.

Bovendien is het maar de vraag of God echt niet aanwezig was in Auschwitz. Ds. J. Overduin, overlevende van concentratiekamp Dachau, schreef een boek met als titel: ‘Hel en hemel in Dachau’. De gruwelen die daar gebeurden, maakten dat kamp tot een hel. Maar als de Heere door Zijn Woord en Geest overkwam en hem met geloof versterkte, dan was Dachau voor hem even de hemel op aarde. En een Joodse overlevende schrijft dat hij Gods aanwezigheid zag in de troost die gevangenen elkaar boden. Of die een stukje brood met elkaar deelden. God was aanwezig toen de geallieerden de gevangenen bevrijdden. Enzovoorts.

Dat zien we ook bij Jozef. In het vers 21 lezen we opnieuw: ‘Doch de HEERE was met Jozef’. En dat werd mede zichtbaar in de manier waarop de gevangenisdirecteur hem behandelde. Maar vooral mocht Jozef het ervaren wat later een psalmdichter zou schrijven: ‘Want God was aan mijn zij, Hij ondersteumde mij, in het leed dat mij genaakte’.

Jonge mensen, die God leeft nog! Ook vandaag worden mensen door lijden gelouterd. En als je het moeilijk hebt, vergeet één ding dan niet. ‘Roep Mij aan in de dag der benauwdheid en Ik zal er u uithelpen’. Juist in het donker oefent God Zijn kinderen. En dan maakt de Heere het zo goed dat ze soms zingen: 'k Zal Zijn lof, zelfs in den nacht, Zingen daar ik Hem verwacht, En mijn hart, wat mij moog' treffen, Tot den God mijns levens heffen’.

M.A. Kempeneers
Wijs een spotter niet terecht, anders zal hij u haten. Wijs een wijze terecht, en hij zal u liefhebben. -- Spreuken 9:8

Johan100
Kolonel
Kolonel
Berichten: 3644
Lid geworden op: 22 okt 2015 15:06
Contacteer:

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor Johan100 » 13 aug 2016 18:58

Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
Afbeelding
(..)Namelijk de rechtvaardigheid Gods door het geloof van Jezus Christus, tot allen, en over allen, die geloven; want er is geen onderscheid.(..)Rom.3.

Chaya
Generaal
Generaal
Berichten: 7095
Lid geworden op: 15 dec 2014 10:38
Locatie: Bij het water

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor Chaya » 23 aug 2016 13:45

HET SPOOK VAN NIETIK
En als Hij komt, zal Hij de wereld overtuigen van zonde en van gerechtigheid en van oordeel; van zonde, omdat zij in Mij niet geloven; van gerechtigheid, omdat Ik heenga tot de Vader en gij Mij niet langer ziet; van oordeel, omdat de overste dezer wereld geoordeeld is, Johannes 16: 8-11

Vroeger, toen moeder even weg moest, zei ze vaak tegen ons: "Zorg dat het huis opgeruimd en netjes is als ik terugkom.” Voor ons als kinderen was het helaas niet altijd mogelijk om haar opdracht goed uit te voeren. Wanneer ze dan terugkwam, was het vaak niet zo ordelijk als dat ze had gehoopt. Dan was ze zelf ook niet zo opgeruimd meer en vroeg boos: "Wie heeft dit gedaan?” Ons eerste spontane antwoord was altijd: "Niet ik!” Haar reactie was dan: "Dan was het vast een spook die zo’n rotzooi heeft veroorzaakt. Het spook van Nietik.”

Het spook van Nietik is een spook dat zeer algemeen voorkomt. Veel mensen zien elk probleem, elk conflict, elke fout op die manier. Wat er ook fout gaat, het was vast en zeker Nietik. Dit spook vernietigt huwelijken, gemeenten, relaties, vriendschappen, geloof en de vrucht van de Geest. Jammer dat veel mensen de verantwoordelijk niet willen nemen voor hun eigen aandeel in een probleem. Ze willen het niet erkennen. Dan zeggen ze: "Het was het spook van Nietik.”

Dit spook is al heel erg oud. Heel aan het begin van de geschiedenis van de mens zien we het al verschijnen. Nadat Adam en Eva in zonde vielen, kwam God naar hen toe. Hun reactie op zijn indringende vragen was: "Het was Nietik. Nee, het was de vrouw die U mij had gegeven. Nee, het was de slang die U zo listig had gemaakt.” Het is de schuld van iedereen behalve die van mij.

Ook vandaag nog zeggen mensen graag: "Zij hebben het gedaan. Zij veroorzaken de problemen. Ik ben slachtoffer. Ik kon er niets aan doen. Ik had geen keus.” We hebben vanaf de zondeval van Adam en Eva een bijzonder vermogen aangeleerd om onszelf als rein te zien en de schuld op iemand anders te schuiven. Dit bijzondere vermogen is een gave van de satan zelf. Het spook van Nietik is een uitvinding van hem. Onze kijk op God, de wereld en onszelf is verstoord door de zonde en de satan. Zo komen we in een vicieuze cirkel terecht. Een cirkel van zelfmedelijden, conflict, scheuring, woede, pijn en destructief gedrag.

Maar er is goed nieuws. Het spook van Nietik is dood. (Daarom heet hij ook een spook.) Jezus kwam hem doden. Hij was de eerste Mens die ooit zei: "Het was niet zij. Het was Ik.” Hij nam ons straf en ons schuld op zichzelf. Op Hem regenden alle beschuldigingen en verwijten neer. Hij droeg al onze overtredingen zodat wij nooit weer door God veroordeeld zouden worden. Jezus is de originele Ghostbuster (Spook-overwinnaar).

Wanneer we in Hem geloven, kunnen we met vrijmoedigheid naderen tot de genadetroon van God. Dan kunnen we tegen God zeggen: "Kijk niet naar wat ik deed, maar kijk naar wat Hij deed. Niet ik, maar Hij schenkt mij kracht en leven en troost.”

Jezus wil het spook van Nietik ook doden in ons leven. Dat doet Hij door een Geest te sturen. Door de Heilige Geest worden onze harten en ogen geopend. Door de Heilige Geest kunnen we in een spiegel kijken en onze eigen schuld erkennen. De Heilige Geest overtuigt toch van zonde en gerechtigheid en oordeel. Door de Heilige Geest kunnen we zeggen, "Het spijt me. Ik zat fout. Ik heb gezondigd. Wilt U mij vergeven? Mijn grootste probleem ben ik.”

Wanneer we vol zijn van deze Geest, maakt Hij ons zeer bescheiden in hoe we omgaan met andere mensen en andere groepen. Wanneer we weten dat wij op geen enkele manier verdienen wat we hebben gekregen, worden de mensen die de belangen van anderen boven die van onszelf stellen.

Ds. J.D. van `t Zand is predikant te Sneek
eerder geplaatst in de Wekker
Wijs een spotter niet terecht, anders zal hij u haten. Wijs een wijze terecht, en hij zal u liefhebben. -- Spreuken 9:8

Chaya
Generaal
Generaal
Berichten: 7095
Lid geworden op: 15 dec 2014 10:38
Locatie: Bij het water

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor Chaya » 17 sep 2016 14:25

Wij dan, gerechtvaardigd zijnde uit het geloof, hebben vrede bij God door onze Heere Jezus Christus.
Romeinen 5:1

Luther, toen hij student was, genoot volop van het leven. Hij kwam aan God niet toe. Na die bliksemstraal, vlak naast hem, werd het anders. Op één moment werd hij geconfronteerd met de dood, met God, met een heilig en rechtvaardig God. De alles-overheersende vraag werd: hoe vind ik een genadig God, hoe kan ik God ontmoeten zonder verschrikken. Luther ging in het klooster; hij ging vasten en zichzelf tuchtigen. Tenslotte kroop hij op zijn blote knieën de Pilatustrap te Rome op.

Luther wilde zich met God verzoenen, hij zag niet dat de verzoening van God móet uitgaan en alleen kán uitgaan. Met al zijn werken vond hij niet de vrede. Totdat hij in de Romeinenbrief las dat de rechtvaardiging is door het geloof en dat dit de vrede geeft bij God.

Paulus zingt in deze Romeinenbrief zijn jubellied. Deze zang vangt aan met: “Wij zijn gerechtvaardigd”. Eerst onrechtvaardig, eerst een overtreder van Gods wet, eerst een zondaar, eerst een schuldenaar en daarom eeuwig strafwaardig. Doch nu rechtvaardig verklaard, vrijgesproken van schuld en straf. Waardoor? Door het geloof alleen!

Op het geloof komt het aan. Zonder het geloof zijn we niet gerechtvaardigd, leven we als onrechtvaardigen naar de dag toe waarop wij gesteld worden voor de Rechter. De Rechtvaardige en Waarachtige Rechter.

God eist het geloof. Laten we echter oppassen dat we de eis van het geloof niet maken tot een nieuwe wet. Een wet waaraan wij eerst moeten voldoen om dan door God gerechtvaardigd te worden. Dit gevaar is niet denkbeeldig.

Het past bij een mens die leeft in het werkverbond, dat het evangelie van vrije genade niet is naar de mens. Wie meent dat de mens toch nog een beurt krijgt, geeft het ‘uit genade alleen’ de doodsteek. Het geloof is een gave van God. Hij geeft het, daar waar erom gebeden wordt. De rechtvaardiging door het geloof geeft een kostelijke vrucht: de vrede bij God.

Vrede, dit is een ontzaglijk rijk woord. Er zijn haast geen woorden te vinden om aan te geven wat de inhoud ervan is. Het is die vrede die alle verstand te boven gaat. Vrede, dat wil zeggen: de scheiding is opgeheven, de breuk is geheeld, de vijandschap is tenietgedaan.

Er is verzoening. Een vijand van God is met God verzoend. Er is gemeenschap. God heeft de mens weer en de mens heeft God. Vrede, dat wil ook zeggen: alles ligt op de rechte plaats, in de juiste verhouding. God weer God en de mens weer mens. Schepper en schepsel. Koning en onderdaan. Nog rijker: Vader en kind. God zegt: “Mijn kind” en dit kind zegt: “Abba – Vader”.

Volkomen verzoening. Weer in de nabijheid, in de gemeenschap van God. Geen toornend God meer, maar een barmhartig Vader, mijn, onze Vader, Die in de hemel is. Daar komt nu helemaal niets meer van de mens bij. We erkennen het, doch dit is makkelijker uitgesproken dan te leren. God zelf zal dit door de Heilige Geest aan al Zijn kinderen leren. Hij laat ze vastlopen. Hij plaatst ze voor de onmogelijkheid aan onze kant. Hij doet ons een streep halen door al onze werken om vrede te verkrijgen. Hij leert verstaan dat die vrede door Eén verworven is, namelijk door de Heere Jezus Christus. Hij is onze vrede, door Hem en in Hem.

Wij hebben vrede, zingt Paulus. Dit is een stellige uitspraak. Die vrede ligt verankerd in de doorboorde en zegenende handen van Hem, Die Zijn leven heeft gegeven voor zondaren.

Kent u die vrede? Vrede bij God? Dat is Sola Gratia, uit enkel genade. Daarom zelfs voor de grootste van de zondaren. Daarom nu en straks: Soli Deo Gloria, Gode alleen de eer.

ds. P. van Zonneveld
Wijs een spotter niet terecht, anders zal hij u haten. Wijs een wijze terecht, en hij zal u liefhebben. -- Spreuken 9:8

Gebruikersavatar
MoesTuin
Generaal
Generaal
Berichten: 4598
Lid geworden op: 02 feb 2014 16:00

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor MoesTuin » 08 okt 2016 09:17

ZWIJGEN IS GOUD.


"Zij zitten bij hem neer op de aarde,-
zeven dagen en zeven nachten,
en géén die een woord tot hem spreekt,
want ze hebben gezien
dat de pijn zeer groot is"
(Job 2:13 Herziene Naardense Bijbel 2014).

Job.
Volmaakt. Oprecht. Godvrezend. Laat het kwaad links liggen.
Zeven zonen en drie dochters.
Een schatrijke herenboer.
Veel personeel.

Zijn zeven zonen hadden elk hun dag in de week dat ze een feest organiseerden en nodigden hun drie zussen uit.

Job bad.
Beleed de eventuele zonden van zijn kinderen.
Bracht plaatsvervangende offers.
Dat deed Job dagelijks.

God vergadert met zijn engelen.
Satan is er ook bij.
Waar kom jij vandaan?
Ik zwerf over de aarde.
Heb je Job gezien?
Is het in jouw hart niet opgekomen, dat hij een heel bijzondere gelovige is?
Uniek?
Satan zegt onbeschaamd:
'En is hij dat uit zichzelf of wordt hij daarvoor beloond?
Als je zó gezegend bent, is het makkelijk om in God te geloven.
Bij minder zegen, zegt Job u vaarwel'.
God gaat die weddenschap aan.

Op één dag verliest Job ál zijn vee en ál zijn zonen en dochters.
Job rouwt.
Hij zegt:
"De ENE heeft gegeven,
de ENE heeft genomen,
de naam van de ENE zij gezegend".
Er komt geen onvertogen woord over zijn lippen.

God vergadert met zijn engelen.
En satan is er weer bij.
'Waar kom jij vandaan?'
Ik heb gezworven over de aarde.
Heb je Job nog gezien?
Nog altijd een unieke dienstknecht van mij.
Jij satan hebt mij tegen hem opgezet!
En onbeschaamd antwoordt satan:
'Zijn bezit is hij kwijt, zijn zonen en dochters ook, maar zélf mankeert hij niets.
Als hij ziek wordt, is het met zijn geloof gedaan!'
Gods reactie: 'Je mag hem ziek maken, maar niet doden'.

Job krijgt ernstige huidaandoeningen en vreselijke jeuk.
Hij krabt zich met potscherven.
Zijn vrouw is er klaar mee.
'Job, nu zie je toch dat geloven in God en toegewijd aan hem leven niets oplevert? Kap toch met die God. Stop met dat geloof! Sterven zul je'.
Job verklaart haar voor dwaas.
"Het goede aanvaarden we van God en het kwade aanvaarden we niet?"
Geen onvertogen woord kwam uit de mond van Job.
Zijn drie vrienden: Elifaz, Bildad en Tsofar besluiten Job te bezoeken en hem te troosten.
Ze herkennen hem niet meer. Ze rouwen.
Ze gaan naast hem zitten op de as en zeggen zeven dagen lang niets.

Je kunt theologiseren
In welke tijd speelt dit?
In welk land?
Confereert God met zijn allergrootste vijand?
Heeft satan toegang tot de hemel?
Sluit God weddenschappen af met zijn aartsvijand?
Worden gelovigen daarvan de dupe?
En: wie is Job?

Mijns inziens onnodig.
De kernvraag, ook anno 2016, is:
'Wáárom geloof jij in God?'
Wát is jouw diepste motief óf wat zijn jouw diepste motieven?
Omdat je er beter van wordt?
Omdat je niet sterven zult, niet ziek zult worden, omdat je dan gegarandeerd meer succesvol bent, om de garantie te hebben dat je in de hemel zult komen?
Óf: geloven we in God omdat wij hem liefhebben in alle omstandigheden?
In goede en kwade dagen, in rijkdom en armoede, in gezondheid en ziekte?
Wat is daarop jouw antwoord Peter?
Wat is daarop jouw antwoord lezer/lezeres?
En dan nog iets.
Jij ervaart tegenspoed, je wordt ontslagen, je gaat failliet, je wordt afgekeurd, het gaat niet goed met jouw ouders of met jouw kinderen, je hebt een rotopvoeding gehad, wat je ongelooflijk dierbaar was, is jou ontvallen, je wordt ziek, je krijgt een burn-out, je moet een zware operatie ondergaan, je bent stervend....
Heb je vrienden of vriendinnen?
Wie komt er op bezoek?
In de nood leer je jouw vrienden kennen!
Lief, dat familieleden, vrienden en kennissen meeleven.
Een bemoedigend kaartje, bloemen, fruit.
Zelden zit een vriend of vriendin stil bij je, behalve als jij niet spreken kunt.
Maar....het aanhoren van al die verschillende meningen over de oorzaak van jouw tegenslag, jouw verlies, jouw ontslag, jouw scheiding, jouw ziekte of jouw naderende dood?
Medegelovigen op bezoek......
Het is geen vreemde die jou dit aandoet.....
Ouderdom komt met gebreken.....
We worden allemaal geen honderd....
God heeft er vast een bedoeling mee....
Staat er iets tussen God en jou in.....
Dit komt niet van God....
Hier is typisch de satan aan het werk...
Het ligt nooit aan God...
Je hebt gezondigd...
God straft nooit zomaar...
Wat jammer dat je uitgeschakeld bent, want wij moeten nu dubbel zo hard werken...
De vrienden van Job zaten zwijgend bij hem een week lang, dag en nacht.
Maar daarna voelden zij zich verplicht God te gaan verdedigen en Job te beschuldigen.
Waarom moeten wij zo nodig God verdedigen?
Heeft God jou en mij daarbij nodig?
En waarom die mens-in-nood het nog benauwder maken?
Als ik het jou of u moeilijk heb gemaakt, wil jij, kun jij mij dat vergeven?
Ik wil bij je zijn, naar je luisteren, je vertroosten en dat kan ook zonder woorden.
In een stil gebed voor je bidden.
Mijn handen zegenend op je leggen.
Dít is wat ik leer, dít is wat ik lees in het boek Job hoofdstuk 1 en 2.
Als ik spreek, laten het dan woorden zijn als van God (1 Petrus 4:11a).





WAAROM?


"De ENE is mijn herder,
mij zal niets ontbreken"
(Psalm 23:1 Herziene Naardense Bijbel 2014).

Wie heeft het lef om met zo'n tekst aan te komen bij Job?
Die zojuist alles is kwijtgeraakt?
Zijn bezittingen, zijn vee, zijn kinderen, zijn gezondheid en eigenlijk ook zijn vrouw, die God vaarwel zegt.
Daar zit hij, doodziek, drie vrienden zitten zwijgend bij hem.
Tenminste....één week.
En als ze daarna hun monden opendoen?
Dan verdedigen ze God, die niets fouts doet en ze klagen Job aan, omdat het nooit aan God kan liggen en het dus de schuld van de mens is.

Drie vrienden op huisbezoek.
Die éérste week was weldadig.
Daarna...
Er zijn gelovigen...
Er zijn bezoekbroeders...
Er zijn ouderlingen....
Er zijn predikanten...
Die bijna je dood worden.
Hun bezoek verandert in een bezoeking.

Een totaal gebrek aan empathie.
Dat merk je ook als je bij een arts komt op het spreekuur.
Ik hoorde op de radio dat artsen 7 minuten hebben om met u te praten, diagnose te stellen, medicatie voor te schrijven en 3 minuten om alles in te voeren in de computer. 7 minuten.
Een predikant kwam bij mij op huisbezoek.
Afspraak om 10.00 uur. Hij kwam om 10.10 uur. Kan gebeuren. Ik had een duidelijke reden opgegeven voor dat gesprek. Het ging over koetjes en kalfjes. Ik moest hem zien te brengen op het onderwerp. En om 10.45 uur zei hij: 'We hebben een lang gesprek gehad. Ik zal nog kort iets lezen en bidden, want om 11.00 uur is mijn volgende afspraak'.
Tja, als zo'n dominee jouw herder is...
Huisbezoek stelt bijna nooit iets voor.
Een gezellige babbel. Hoe gaat het met u en met de kinderen? Kopje koffie met een koekje. En dan afsluiten met een bijbelgedeelte en gebed.
Heeft de ouderling nog met je gesproken over jouw geestelijk leven?
Welnee.
Over een jaar komt hij weer.
En de dominee komt alleen nog bij de 85-plussers.
Laat niemand me vertellen dat ambtsdragers het druk hebben.
Ik ben zelf 36 jaar actief predikant geweest. Pastoraat ging vóór en de preken ontstonden temidden van de schapen.

En ga nou maar eens aan broeder Job vertellen dat hem niets ontbreekt.
Dat is vloeken hoor!

Jongens, meisjes, jongeren, mannen, vrouwen, echtparen, grootouders.
Arbeiders, fabriekslui, vissers, marktkooplui, computerprogrammeurs, afdelingschefs, winkelpersoneel, bankdirecteuren, artsen, chirurgen, notarissen, doktersassistenten, havenarbeiders, werklozen, arbeidsongeschikten, chronisch zieken, lichamelijk- of geestelijk gehandicapten, singles, transgenders, homo's, lesbiënnes, alcoholisten enzovoorts.
Er zijn heel veel schapen en lammetjes.
Er zit wat in de kerk.

Ooit was ik pastoraal adviseur van een tehuis voor begeleide kamerbewoning.
De staf raadpleegde me.
Honderden dossiers doorgenomen van cliënten. Allemaal jongeren uit gebroken gezinnen.
Eén dossier waarin stond dat de ouders bij elkaar waren.

Hoeveel levensverhalen heb jij gehoord?
Wat is er veel misgegaan!
Verdriet.
Gebrek aan liefde en aandacht.
Verkeerde relaties.
Verslavingen.
Je kon en mocht jezelf niet zijn.
Ontrouw, overspel, scheiding.
Afgedankt worden omdat je ziek werd.
Traumatische herinneringen.
De één gelovig opgevoed, levend in vertrouwen op de Here.
Een ander, van God los, komt tot bekering, een succesverhaal.
Een wedergeboren christen die ramp na ramp overkomt.

En zó zijn er zegenrijke verhalen.
Zieken die genezen.
Singles die een partner krijgen.
Echtparen gezegend met schatten van kinderen.
Grootouders die tot op hoge leeftijd gezond mogen blijven.

De één be-aamt zonder aarzeling: "De HERE is mijn herder, mij ontbreekt niets".
Psalm 23 is buitengewoon geliefd.
Vele stervenden luisteren graag naar het voorlezen van deze tekst.
Op veel begrafenissen wordt erover gepreekt.

Als belijdenis: 'Omdat God mijn herder was, ben ik niets tekort gekomen'.
En er zijn er, die zeggen: 'De Heer is mijn herder, maar mij ontbreekt álles'.
Geen grazige weiden.
Kalm water, waar heb je het over?
Rechte sporen? Een doolhof zul je bedoelen.
Trekken door een angstaanjagend dal waar de dood mij aangrijnst. Ja!
Maar ik mis zijn tastbare aanwezigheid.
Vijanden ja!
Een maaltijd, nee!
Thuiskomen?

De HNB vertaalt zo nauwkeurig mogelijk:
"De ENE is mijn herder,
mij zál niets ontbreken".
Geloof in God.
Hij is de herder, die jouw leven leidt.
Op den duur zal het jou aan niets ontbreken.
In de hemel?

Begrijpt iemand van jullie dat als je belijdt dat de HERE jouw herder is, dat hij ons leidt, dat velen niet begrijpen dat de weg zó moeilijk moet zijn?
Waarom incest, aanranding, ongewenste zwangerschap, dat ongelukkige huwelijk, die aangeboren ziekte of afwijking en ga zo maar door?
Waarom? Zeer velen vragen zich dat af.
Soms zeggen gelovigen: dat mag je niet vragen, of: je mag niet boos zijn op God.
Je moet berusten in Zijn wil. Nooit opstandig zijn.
Dat past ons zondige mensen niet.
David schreeuwde het wel uit in Psalm 22.
En aan het kruis schreeuwde Jezus die woorden ook!
God, mijn God, mijn Vader, waarom laat U mij hier in mijn diepste lijden in de steek?
Jezus kende die godverlatenheid niet.
Jezus zei ooit, dat God de zon over goeden en bozen laat schijnen.
Maar NIET op Golgotha. NIET over zijn eigen Zoon, die op dat moment jouw en mijn zonden draagt en in onze plaats door God verbannen wordt naar de hel, want dát is godverlatenheid.

Al ónze zonden zijn op Golgotha onder het oordeel gebracht.
Jezus' offer heeft onze schulden uitgedelgd.
Wij zijn om Jezus' wil vrijgesproken.
Wij zullen thuiskomen.
Maar het is hier geen paradijs.
Voor een minderheid wel misschien.
Voor de meerderheid niet.
Paulus durft notabene te zeggen:
'dat álle dingen (gebeurtenissen, ervaringen, omstandigheden) ons heil bevorderen, of: mede zullen werken ten goede' (Romeinen 8:28).
Al het negatieve zet God om in het positieve.
Niets is zinloos.
Maar alsjeblieft zoek contact met de emoties, het verdriet, de boosheid van dat gewonde schaap of lam.
Geen oppervlakkige bijbeltekstpleisters plakken.
Die emoties laten komen, die tranen die nog nooit gehuild zijn, die boosheid.
Eérst het vuil uit de wond laten komen, éérst reiniging, dan Gods liefde en vergeving ingieten en daarna Gods belofte aanzeggen en zegenen.
De Samaritaan bracht de gewonde naar een plaats voor herstel, waar hij net zolang mocht blijven tot hij volledig genezen was.

Geen gepreek.
Geen aanklachten.
Geen veroordelingen.
Geen getheologiseer.
Als je bij Job zit, ben je stil.
Je luistert.
Bidt in stilte.
Je zwijgt.
Plakt geen tekstpleisters.
Luister naar God.
Hij zorgt dat je connectie kunt maken met Job's emoties, verdriet, boosheid.
Als God de Herder is van de herders, dan zal het hen nooit ontbreken aan geduld, tact en wijsheid, liefde en bewogenheid voor hun schapen en lammeren.

WIE BEN IK ?


"Volmaakt en oprecht, godvrezend en wars van kwaad"
(Job 1:1b Herziene Naardense Bijbel 2014).

"Maar door Gods genade ben ik wat ik ben en zijn genade aan mij is niet voor niets geweest, nee overvloediger dan zij allen heb ik gezwoegd: niet ik, maar de genade Gods die met mij is"
(1 Korintiërs 15:10 Herziene Naardense Bijbel 2014).

"Nee, uit hem (dat is God) zijt ge één met Christus Jezus, die ons van Godswege is geworden: wijsheid, gerechtigheid, heiliging en verlossing" (bewerkt door mij, Herziene Naardense Bijbel 2014).

WIE BEN IK?
Vanmorgen heb ik het Job gevraagd?
En hij antwoordde: 'Dat hoef je me niet te vragen. Dat zie je. Vroeger een man van aanzien. Schatrijk. Herenboer. Prachtige kinderen. Veel personeel. En nu zit ik op de puinhopen. Ernstig ziek. Straatarm. Mijn vrouw heeft me in de steek gelaten en heeft me voor gek verklaard. En mijn vrienden klagen mij dag en nacht aan en beschuldigen me onophoudelijk dat het aan mij ligt en zeker niet aan God'.
Ik vroeg het aan Paulus. Die zei: 'Elke dag is er een stem in mij die mij constant bepaalt bij mijn verleden. Ooit orthodox Joods theoloog, een brute vervolger van de volgelingen van Jezus. Vervuld van blinde haat. Plotseling christen geworden, zelfs apostel. Ik ben de grootste zondaar die er op aarde rondloopt, onder mijn collega's ben ik de minste. De Joden zijn uit op mijn dood. Ramp na ramp overkomt me sinds ik Jezus de Gekruisigde verkondig én als de Opstanding uit de doden. Soms eet en drink ik dagen niet, wordt vals beschuldigd, wordt soms voor tijden opgesloten, ik ben gestenigd, ik ben gegeseld, ik heb schipbreuk geleden en zo kan ik nog wel even doorgaan'.
En als ik deze vraag aan jou zou stellen?
Wie ben jij?
Of aan mijzelf? De voorbije jaren wilde ik zo eerlijk mogelijk zijn. Onlangs maakte een vriend mij daarop attent. 'Peter, het lijkt wel of iemand jou dwingt om tegenover mensen die jij ontmoet verantwoording af te leggen'.
En dat is zó. 'Ik ben Peter. Kom van oorsprong uit Delft. Ik ben christen, maar ik ben ook homo....'.
En waarom deed ik dat? Opdat die ander gelijk geïnformeerd was en alsnog kon kiezen of hij of zij wel of niet een FB-vriend of vriendin wilde worden.
Ik vond dat belangrijk.
'Ik ben in Delft geboren. Hervormd. Homo. Als onderwijzer opgeleid. Tot een bewust persoonlijke overgave aan Christus gekomen. Uit roeping theologie gaan studeren. Terecht gekomen in Pinksterkringen. Arbeidsongeschikt geworden in 1996. 15,5 jaar gedialyseerd en toen getransplanteerd. Nu chronisch vermoeid. Lig dagen op bed. Artrose. Evenwichtsstoornissen. Ik probeer veel op internet te werken'.
Op zoek naar jouw identiteit.
Die identiteit bepalen wij aan de hand van:
1. Onze geboorte, onze ouders en opvoeders.
2. Onze jeugdervaringen.
3. Onze scholing.
4. Ons al of niet gelovig zijn.
5. Onze seksuele geaardheid.
6. Ons beroep.
7. Onze burgerlijke staat.
8. Ons werk.
9. Onze conditie.
10. Het oordeel van onze omgeving: ouders, collega's, vrienden, anderen.
11. Onze emoties.
Door een getraumatiseerd verleden, door arbeidsongeschiktheid, door echtscheiding, door onverwerkte emoties krijgen we een troebel beeld van onszelf.
Anderen, maar ook wij zelf plaatsen ons onder de noemer 'losers'.
Zelf heb ik lang gedacht: ik ben 'mislukt'.
Het leven, dat ik heb geleefd: 'waardeloos'.
Maar wie ben ik nou echt?
Wat ik van mijzelf vindt?
Hoe ik mij voel?
Wat andere mensen over mij zeggen?
Hoe anderen mij hebben behandeld?
NEE, NEE EN NOG EENS NEE!
Wat God over mij zegt!
God zegt over Job: volmaakt, oprecht, godvrezend, wars van kwaad.
God zegt over Paulus: Mijn genade heeft jou gemaakt tot wie je nu bent. Jij bent een geweldige dienstknecht.
Paulus zelf brengt onder woorden wie jij bent in jouw relatie met God, namelijk:
Wijs, gerechtvaardigd = vrijgesproken, heilig en verlost.
Of je het nu voelt of niet voelt.
Zó liggen de zaken van God uit.
God wáárschuwt:
"Zie, valt een aanvaller je aan,
tot n i e t s wordt hij door mij.
Wie jou aanvalt, zal over jou vallen!"
(Jesaja 54:15 Herziene Naardense Bijbel 2014).
Mijn identiteit ligt in God, die omwille van Jezus Christus, jou vrijspreekt. Hij bepaalt wie jij bent in Zijn ogen. En dat is waar, geen leugen.

Een gezegende dag.




P Gerrets.
want wij hebben hier geen blijvende stad
maar zoeken de toekomende

De Heere Jezus zegt;
"Wie in Mij gelooft zal Hét Eeuwige Leven ontvangen"

Chaya
Generaal
Generaal
Berichten: 7095
Lid geworden op: 15 dec 2014 10:38
Locatie: Bij het water

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor Chaya » 26 nov 2016 14:29

Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid"
1 Johannes 1:9

Soms hoor je mensen bidden: “Heere doe met ons naar genade en niet naar recht! Laten we eerlijk zijn, dat klinkt zo waar, zo Bijbels. Want als de Heere naar recht met mij zou doen, dan kom ik toch voor eeuwig om? Ik zal alleen behouden worden wanneer Hij in genade op mij neerziet!

Nu is dat laatste zeker waar, en toch… toch mogen we Gods recht en genade niet zo van elkaar losmaken als dat in bovengenoemd gebed gebeurt. We kunnen namelijk niet over genade spreken, zonder daarbij ook Gods recht te betrekken. Dat wordt duidelijk als we de tekst lezen die voor ons ligt.

In dit Schriftgedeelte staan twee dingen lijnrecht tegenover elkaar: het ontkennen en het belijden van de zonde. De mensen over wie de apostel Johannes hier spreekt, ontkennen de zonde wel heel radicaal: zij zeggen dat ze geen zonde hebben (vers acht) Al zal er onder ons wel niemand zijn die zover gaat, toch hebben ook wij de onuitroeibare neiging om onze zonden toe te dekken, of weg te wuiven. Heel ernstig worden we in dit hoofdstuk daartegen gewaarschuwd: wie de zonden probeert te ontkennen, bedriegt zichzelf en maakt God tot een leugenaar (vers 10). Wat Johannes daarmee bedoelt? Wel, als iemand de zonde ontkent, zegt hij daarmee eigenlijk dat het Woord van God vol onwaarheden staat. In de Schrift staat immers telkens weer te lezen dat ieder mens zondaar is en dat er niemand is die goed doet. Wie weigert dat te erkennen, beschuldigt ten diepste God van leugen en bedrog! Maar de hoge God is niet als wij: Hij is geen mens dat hij liegen zou. Hij spreekt de waarheid en niets dan de waarheid, ook wanneer

Hij ons aanzegt dat wij schuldig staan voor Hem. Daarom is het zo nodig dat wij onze zonden niet ontkennen of toedekken, maar ze eerlijk belijden voor Hem!

Nu heeft de uitdrukking ‘onze zonden belijden’ een diepe inhoud. Letterlijk betekent ‘belijden’ namelijk zoiets als ‘hetzelfde zeggen’, ‘instemming betuigen’. Wie oprecht zijn zonden belijdt, stemt dus van harte in met wat God over onze zonden in Zijn Woord te zeggen heeft. Dat is bepaald geen vleiende boodschap. In de Schrift lezen we namelijk dat wij door onze zonden en schuld God bedroeven en onteren en Hem tot toorn verwekken. Hij kan het kwaad dat wij mensen bedrijven niet aanzien, en dreigt met Zijn zware straf. Wie zijn zonden leert belijden, buigt bij die scherpe boodschap het hoofd en erkent: ‘alles wat Uw Woord over mijn leven zegt, is waar: ik heb inderdaad tegen Uw heiligheid en tegen Uw liefde, tegen Uw wet en tegen Uw evangelie gezondigd!’ Nu houdt het woord ‘belijden’ ook nog in dat dit alles openlijk wordt uitgesproken, zonder dat er iets voor de Heere wordt achtergehouden. Ontroerend wordt dat onder woorden gebracht in de belijdenis van David: ’k Bekend, o Heer’, aan U oprecht mijn zonden, ‘k verborg geen kwaad dat in mij werd gevonden. Maar ik beleed na ernstig overleg mijn boze daan….’

Opvallend is dat in deze belijdenis de zonden aan God beleden worden. Wanneer wij bij het licht van Gods Geest iets ontdekken van de diepte van onze schuld, gaan we namelijk inzien dat we tegen God gezondigd hebben en gedaan hebben wat kwaad is in Zijn ogen. Dat maakt onze zonden zo ernstig en onze schuld zo zwaar….. Daarom is de vraag ook zo dringend: hebben wij onze zonden leren belijden voor de hoge God? Leerden wij instemmen met de aanklachten van het Woord en eerlijk erkennen: “Heere, ik heb tegen U gezondigd”?

Iemand vraagt zich misschien af waarom het toch zo belangrijk is dat wij onze zonden leren belijden. Welnu, de Heere heeft daaraan in Zijn genade rijke beloften verbonden. Zo houdt de Spreukendichter ons voor: ‘Die zijn overtredingen bedekt, zal niet voorspoedig zijn: maar die ze bekent en laat, zal barmhartigheid verkrijgen’ (Spreuken 28:13) En de profeet Jeremia zegt: Ík ben goedertieren, spreekt de HEERE, Ik zal de toorn niet in eeuwigheid behouden. Alleen ken uw ongerechtigheid, dat gij tegen de HEERE, uw God hebt overtreden…’ (Jeremia 3:12 en 13). En onze tekst heeft ten diepste dezelfde strekking: ‘Indien wij onze zonden belijden, Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve, en ons reinige van alle ongerechtigheid’. Nee, dat betekent niet dat we door de belijdenis van onze zonden die genade verdienen. Wel is het zo dat God uit vrije genade vergiffenis belooft aan hen die hun zonde en schuld voor Hem leren belijden. In de tekst die voor ons ligt, wordt daarom benadrukt dat Hij getrouw is aan die belofte als Hij de zonde vergeeft aan hen die met een schuldverslagen hart tot Hem vluchten.

Maar er staat niet alleen dat God getrouw is, maar ook dat Hij rechtvaardig is. Hoe kan een God die rechtvaardig is nu de zonde vergeven? Als Hij ‘in het recht treedt’, moet Hij de zonde toch straffen? Inderdaad, maar er is ook nog een ander aspect van de rechtvaardigheid van God. We moeten daarvoor letten op het kruis van de Heere Jezus Christus. Toen en daar heeft de hoge God Zijn rechtvaardigheid betoond door de zonden te straffen aan de bloedende, stervende Zaligmaker. Welnu, als een verloren zondaar door het geloof achter het bloed van deze Zaligmaker schuilen mag, dan straft God de zonde niet twee keer: één keer aan Christus en ook nog eens een keer aan die zondaar. Omdat God getrouw en rechtvaardig is, gaat de zondaar die door het geloof zinken mag op het bloed van Christus vrijuit.

Zijn zonden zijn vergeven – naar recht en uit genade! Zo zien we dat genade en recht niet van elkaar losgemaakt mogen worden. In het bloed van Christus ontmoeten die beide elkaar immers en daarom schenkt God vergeving op grond van recht. De vraag klemt dan ook: hebt u, die deze regels leest, al de toevlucht leren nemen tot het bloed van Christus? Zonder het bloed van Christus bent u zo nameloos arm, want dan bent u nog in uw zonden! Daarom wordt ons dringend de weg van de belijdenis van zonden gewezen, want ‘Hij is getrouw en rechtvaardig, dat Hij ons de zonden vergeve…’

Prof.dr. A. Baars
Wijs een spotter niet terecht, anders zal hij u haten. Wijs een wijze terecht, en hij zal u liefhebben. -- Spreuken 9:8

Gebruikersavatar
MoesTuin
Generaal
Generaal
Berichten: 4598
Lid geworden op: 02 feb 2014 16:00

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor MoesTuin » 28 dec 2016 22:01

bij deze een indringende wakker schuddende meditatie....

WAAR DENK JE AAN?


Waar denk je aan ?
Aan jullie, aan jou.
Hoe verschillend jullie zijn.
Aan hen die mij laten delen in hun leven.
Van wie ik het hart mag kennen.
Soms zelfs de innerlijke pijn, de trauma's, het innerlijk verdriet.
Jullie lichamelijk lijden.
Moedig dat jullie mij dermate vertrouwen dat jullie je leven met me delen.
Vreugde, enthousiasme, geloof.
Geloof, geloofsbeleving, omgang met God.
Maar ik denk ook aan diegenen die niet gelovig zijn of andersgelovig. Aan jullie inbreng in mijn leven.
Er zijn er die met mij hun angsten, hun verdriet, hun mislukkingen, hun beschadigingen delen.
Veel respect voor hen die worstelen met hun geaardheid in samenhang met hun geloof in God.
Er wordt geliked. Er worden berichten met me gedeeld. Gemaild. Gebeld. Er zijn gesprekken van aangezicht tot aangezicht.
En waar ik nu heel bijzonder aan moet denken?
Aan al die ouders, aan al die onderwijzers en predikanten, voorgangers, kerkmensen, die NIET hebben laten zien in hun handel en wandel, in hun spreken en houding wie God is.
Van heel vroeger, maar zelfs in onze tijd.
Hoevelen onder ons zijn zwaar beschadigd door thuis, door school, door de kerk, door kerkmensen.
Mozes, de man Gods, mocht het beloofde land niet binnengaan. Voor de zoveelste keer emmerden de Israëlieten over gebrek aan drinkwater en Mozes ging ermee naar God. En God zei: 'Spreek tot de rots, want Ik wil water geven'. Ondanks dat eindeloze gemor bleef God bewogen over zijn volk.
Mozes kwam uit de tegenwoordigheid van God en boos en driftig sloeg hij met zijn staf op de rots en er kwam een overvloed aan water uit.
En wat dacht het volk: God is woedend en geeft ons nog één keer water.
Mozes, jij hebt Mij voor het aangezicht van Mijn volk niet de eer gegeven die Mij toekomt (Numeri 20:1-13). Menselijk. Ja. Begrijpelijk. Ja.
Maar...vaders en moeders...docenten en docentes....dominees, voorgangers....toon aan uw kinderen, uw leerlingen, uw gemeenteleden hoe God over hen denkt.
Ik lees verschrikkelijke dingen.
Over kindermishandeling, seksueel misbruik, doofpotaffaires, tieners die uit huis worden gezet, jonge stellen die een vloek meekrijgen van ouders, omdat ze iets gedaan hebben wat niet mocht, niet hoorde. Kerkmensen die roddelen, kwaadspreken. Dominees die donderen, het hellevuur opstoken. Mensen weren van het Avondmaal. En hoe moeilijk hebben gescheiden mensen het, mannen en vrouwen met een andere geaardheid.
Ik lees berichten van kwetsbare mensen die in doodsangst voor God leven.
Voorgangers die het welvaartsevangelie verkondigen. Hoe meer geld je geeft, des te meer zul je ontvangen. Die genezing toezeggen, beloven en degenen die ziek blijven wegsturen met de boodschap: als u meer geloof hebt, mag u terugkomen.
Ik lees zoveel dwaze berichten.
Ik sta voor 1000% achter mijn geestelijke vader, wijlen ds. Gerrit Toornvliet die bij zijn 45-jarig ambtsjubileum van de kansel riep: "Waar zijn de hoeren, waar de homo's, waar de drugsverslaafden hier in de kerk?" En toen er geen reactie kwam: "Wat heb ik fout gedaan?"
En jullie zeggen: 'Goddank, die zijn er niet bij ons in de kerk'.
Onze kerk is van vreemde smetten vrij.
Onze kerk is een bunker voor heiligen.
De wereld komt niet over onze drempels binnen.
Wat een leed hebben de schijnvromen berokkend.
Het is een pertinente leugen dat de mens van de 21e eeuw God niet meer ziet zitten.
De mensen zien het instituut 'Kerk' niet meer zitten.
Die kerkdeuren moeten wijder open.
Het hart van gelovigen moet, zo schrijft Paulus, ruimer worden (2 Korintiërs 6:13).
Iedereen is welkom.
Wie je ook bent en wat je ook doet!
De kerk als vluchtheuvel.
De kerk als plaats waar je welkom bent.
Waar we mensen aanvaarden zoals ze zijn.
Waar we mensen omarmen, ze te eten geven.
Hét Evangelie verkondigen in alle breedte.
Waar Gods Geest waait. Ramen en deuren open.
Waar alleen van God gegeven regels gelden en NIET door mensen verzonnen regels, wetten en gewoonten.
Wáár zijn bij jullie in de gemeente of kerk de hoeren en de tollenaars?
En welke god laat jij aan de wereld zien?
En aan jouw kinderen?
Familieleden?
Collega's?
Aan de vreemdeling die binnen uw poorten is?
Voor wie kwam de Goede Herder eigenlijk? Voor de verloren schapen, de afgedwaalden, de zieke en zwakke schapen.
Voor wie kwam de Geneesheer eigenlijk?
Voor hen die ziek zijn.
Voor wie kwam de Redder en Heiland?
Voor zondaren en niet voor hen die dachten rechtvaardig te zijn.
Met wie ging Jezus om?
Jij, kapotte, beschadigde, veroordeelde mens, jij bent welkom bij Jezus.
Jij, gescheiden man of vrouw, jij die weggelopen bent, homo, lesbienne, transgender, jij bent welkom bij Jezus.
Jij, die rondloopt met doodsangst voor God, jij bent welkom bij Jezus.
Jezus neemt jou wél in zijn armen, hij legt wel zijn hand op jouw hoofd, hij slaat wel zijn armen om je heen, hij kust je.
En zijn onvoorwaardelijke en onbaatzuchtige liefde heelt en geneest de diepste wonden.
Nee vromen en godsdienstige mensen.
Nee fatsoenlijke zondaars, niet WIJ overtuigen anderen van zonde, oordeel en gerechtigheid.
Helaas denken vele predikanten en gelovigen dat.
Wij moeten het maar eens flink aanzeggen.
NEE, NEE EN NOG EENS NEE!
Is er nou nog iemand onder ons, gelovigen in Christus, die werkelijk gelooft in de heilige Geest?
HIJ overtuigt.
Niet ik.
Hel en verdoemenis preken heeft keiharde harten als resultaat.
God laten zien in Jezus Christus maakt de hardste harten week en ontvankelijk.
Hieraan dacht ik.
Aan jullie.
Speciaal aan hen die mij deelgenoot maken van hun worstelingen, pijn en verdriet.
Mijn hart gaat naar jullie uit.
Mijn liefde.
En ik schreef de bedroefde ouders van het slechts 8-jarige meisje op Urk dat vrijdag om het leven kwam. En dacht aan de regels uit een lied:
'Wie kan er tranen drogen
als Jezus, anders géén.
Richt dan de treurende ogen
naar Jezus heen'.
Liefs,


Peter Gerrets.
want wij hebben hier geen blijvende stad
maar zoeken de toekomende

De Heere Jezus zegt;
"Wie in Mij gelooft zal Hét Eeuwige Leven ontvangen"

Gebruikersavatar
MoesTuin
Generaal
Generaal
Berichten: 4598
Lid geworden op: 02 feb 2014 16:00

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor MoesTuin » 03 jan 2017 20:43

"Verzadig ons in de ochtend (morgenstond SV) met uw vriendschap (goedertierenheid SV), dat wij jubelen en verheugd zijn, al onze dagen. Verheug ons naar de dagen dat ge ons hebt doen bukken (dat wij bedrukt zijn SV), jaren dat we kwaad moesten zien" (Psalm 90:14-15 Naardense Bijbel 2014).

VERWACHTINGSVOL LEVEN IN 2017.

[Deze overdenking n.a.v. een onvergetelijke preek van wijlen ds. B. Jongejan (1924-1988) gehouden op
1 januari 1982 in de Oud Gereformeerde Gemeente in Dordrecht aan de Museumstraat].

Er i s een ochtend, er i s een morgenstond.
Mozes bidt er niet om, hij gaat ervan uit.
Na de nacht komt er licht.
Na de duisternis wordt het dag.
In Genesis 1 begint alles met de duisternis en midden in die duisternis spreekt God: Er komt licht én er is licht!
In Psalm 90 beschrijft Mozes dat Gods volk geleefd heeft onder de toorn, de woede van God. Met triomf is Gods volk uitgeleid uit Egypte in de woestijn.
Maar die woestijnreis duurde 40 jaar.
Door éigen schuld, door hardnekkigheid, door rebellie, door ongehoorzaamheid. Van de generatie die uit Egypte vertrokken is, zijn alleen Jozua en Kaleb het beloofde land binnengegaan.
Er is in de woestijn een generatie opgegroeid die God niet kent, die zijn verlossende daden nooit hebben gezien.
De belofte van het nieuwe vaderland houdt hen staande.
Mozes, kortom, gaat er vanuit dat die morgenstond komt, zal aanbreken.
Die morgenstond i s er gewoon.

In vers 13 had Mozes gevraagd: Wanneer keert u terug? Hoe lang duurt uw woede en uw toorn?
En het antwoord is: tot het dag wordt, tot de morgenstond aanbreekt.
Dát is de verwachting van Mozes. Dát is de verwachting van Gods volk.

En dan bidt Mozes: Verzadig ons, doordrenk ons, maak ons zat! Met uw goedertierenheid = God-in-beweging, God-die-ons-nabij-komt, God-die-trouw-is-aan-zijn-verbond.
Trouwe vriendschap.
Niet een beetje, niet een kruimel, niet een druppel. Maar: verzadig ons.

Hoe kan Mozes zoiets vragen?
Hij heeft God ontmoet op de berg. God is vol liefde, vol trouw, vol goedheid.
En als je God ként, werkelijk ként, dan leer je bidden overeenkomstig Gods rijkdom.
Dan dúrf je veel te vragen.

Opdat...wij zullen jubelen en verheugd zijn. Jubelen, dat is lofprijzing met de mond.
Verheugen, dat is lofprijzing met heel je lichaam.
Lofgebeden, lofzangen.
Maar óók in de handen klappen, dansen.
Vreugde bedrijven voor Gods aangezicht.
Daaraan kunt u, kun jij niet ontkomen, nuchtere westerling, ook u niet gemeenteleden.
God verzadigt ons, vervult ons, doet ons overlopen van de volheid van Gods Geest.
En dat niet voor een moment, niet voor een dag, maar voor alle dagen.
Ja maar, je kunt toch niet altijd juichen en jubelen? Gods Geest tilt ons boven alle omstandigheden uit.
Here, wilt u ons die 40 jaar vergoeden, dat we in de woestijn leefden, leefden onder uw toorn.

We kunnen verwachtingsvol 2017 ingaan.
De morgen breekt aan.
Een nieuwe dag.
God beweegt zich naar ons toe.
Is in Jezus Christus op aarde gekomen.
Heeft ons met God verzoend.
Een nieuwe hemel en een nieuwe aarde komt!
Laten we beginnen met verwonderd te zijn over Gods volheid. Zijn eindeloze liefde, genade, trouw.
Veel heil en zegen in dit pas begonnen jaar.


P Gerrets.
want wij hebben hier geen blijvende stad
maar zoeken de toekomende

De Heere Jezus zegt;
"Wie in Mij gelooft zal Hét Eeuwige Leven ontvangen"

Chaya
Generaal
Generaal
Berichten: 7095
Lid geworden op: 15 dec 2014 10:38
Locatie: Bij het water

Re: Hedendaagse meditaties

Berichtdoor Chaya » 18 jan 2017 10:57

... want de mens gaat naar zijn eeuwig huis, ...
Prediker 12:5

Onderweg! Waarheen?
Iemand kreeg van zijn arts een slechtnieuwsbericht. Zijn ziekbed zou zijn sterfbed worden. Tegen een vriend die hem in die dagen bezocht, zei hij: “Nu gaat het erop aan komen”. Uiteraard begreep ik wat hij bedoelde. Het zou sterven worden en sterven betekent God ontmoeten. Toch was ik het niet met hem eens. Vanaf onze geboorte zijn wij mensen immers onderweg naar de eeuwigheid. En de meesten van ons krijgen geen sterfbed waarop zij zich op die eeuwigheid kunnen voorbereiden. Niet voor niets zegt de Prediker: Gedenk aan uw Schepper in de dagen uwer jongelingschap, eer dat de kwade dagen komen.

In dat kader staat het woord waarnaar we willen luisteren in deze eerste dagen van het jaar 2017. Het jaar dat u en ik samen begonnen zijn, terwijl niemand van ons weet of hij of zij het einde zal beleven: De mens gaat naar zijn eeuwig huis. Het directe verband waarin deze woorden door de Prediker zijn neergeschreven, lijkt te wijzen op een boodschap voor oude mensen. Dat ligt ook voor de hand. Oude mensen moeten immers sterven. Maar wie verder leest, ontdekt dat de Prediker in de eerste plaats jongeren op het oog heeft. Jonge mensen kunnen immers ook sterven. Het zilveren koord kan zomaar breken; de kruik kan per ongeluk in stukken vallen. Van alle mensen, jong en oud, rijk en arm, geldt: wij zijn onderweg naar ons eeuwig huis.

U hebt toch wel gezien dat de woorden van de tekst in de tegenwoordige tijd staan. Dit is werkelijkheid op dit moment, nu u dit leest in alle rust misschien. En niemand kan denken: dit is niet van toepassing op mij. Hier wordt gesproken van de mens, heel algemeen. Daar zijn geen uitzonderingen op. Het geldt van ons, kinderen van Adam. Omdat wij kinderen van Adam zijn: stervelingen, wier dagen zijn als het gras dat heden bloeit en morgen in de oven geworpen wordt. Bij alle verschil geldt deze zin van alle mensen zonder uitzondering: De mens gaat naar zijn eeuwig huis. Wij zijn onderweg naar de eeuwigheid. U en jij bent het met mij eens dat het de moeite waard is daarbij stil te staan aan het begin van dit nieuwe jaar? Elke dag en elk uur brengt mij nader bij de grens van leven en dood. Waar is de reis naartoe?

Kan ik dat weten?
Let nog eens even op de woorden van de Prediker: de mens gaat naar zijn eeuwig huis. Aan het einde van ons leven komen wij daar waar wij nu al graag willen zijn, waar we ons thuis voelen. Wanneer we ons thuis voelen in de wereld, dan zijn we in de eeuwigheid waar de wereld is. Dan ben je niet bij God, want wie een vriend van de wereld is, is een vijand van God. U voelt wel aan dat het een heel verschil is of je een vriend van de wereld bent of dat je mag belijden: Ik ben een vriend, ik ben een metgezel van allen die Uw naam ootmoedig vrezen. Dan heeft je leven een heel andere richting. Lees Psalm 1 er maar eens op na en u ziet de twee wegen zo helder als glas getekend. Zing Psalm 84 eens mee: ’k Waar’ liever in mijns Bondsgods woning een dorpelwachter, dan gewend aan de ijdele vreugd’ in ’s bozen tent. Nee, van nature zijn we het daar niet mee eens, al zijn we keurige, degelijke kerkmensen. Sinds Adam verkeerd koos, kiezen wij allemaal verkeerd. Dan kiezen we, net als de mensen in de dagen van Noach, voor een leven buiten de Ark. Is dat bij u al anders geworden?

Waar is de reis naar toe?
Weet u wat beslissend is? Jezus zegt: in het huis Mijns Vaders zijn vele woningen; Ik ga heen om u plaats te bereiden. Doet Hij dat ook voor u? Het is de moeite waard om op die vraag biddend het antwoord te zoeken aan het begin van 2017.


ds. J. Westerink
Wijs een spotter niet terecht, anders zal hij u haten. Wijs een wijze terecht, en hij zal u liefhebben. -- Spreuken 9:8


Terug naar “[Religie] - Algemeen”

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 15 gasten