Het pinksterfeest.
Lev.23:15 ¶ Daarna zult gij tellen van den dag na den sabbat, toen gij de beweegschoof bracht, zeven gehele sabbatten;
16 tot op den dag na den zevenden sabbat zult gij tellen vijftig dagen, en dan zult gij een nieuw spijsoffer den Heer brengen.
17 En gij zult het uit al uwe woningen brengen, namelijk twee beweegbroden van twee tienden meelbloem, gezuurd en gebakken, tot eerstelingen voor den Heer.
18 En gij zult bij het brood offeren zeven éénjarige lammeren, zonder gebrek, en één jongen var, en twee rammen; zij zullen den Heer een brandoffer zijn met hun spijsoffers en drankoffers. Dit is een offer eens liefelijken reuks voor den Heer.
19 Daarenboven zult gij bereiden een geitebok tot een zondoffer, en twee éénjarige lammeren tot een dankoffer.
20 En de priester zal dat bewegen met het brood der eerstelingen voor den Heer, en met de twee lammeren; en het zal den Heer heilig en voor den priester zijn.
21 En gij zult op dienzelfden dag uitroepen, dat Hij onder u heilig is en gij samenkomt; geen dienstwerk zult gij doen. Ene eeuwige inzetting zal dit zijn bij uwe nakomelingen in al uwe woningen.
Hand.2 :1
1 ¶ En als de dag van het Pinksterfeest vervuld werd, waren zij allen eendrachtelijk bijeen.
Uit deze verg. zien wij dat er een nauwe relatie is tussen de typologie van Lev.23 en het chr.pinksterfeest. En het 1e wat hier opvalt is dat er voor het joodse feest van de eerstelingen van de tarweoogst geen datum genoemd wordt, maar er 50 dagen geteld worden vanaf het offeren van de eerstelingen van de gerstenoogst op de dag na de sabbat van de 15e nisan, de eerste dag van de ongezuurde broden. Dit betekent dat de opstanding van Chr.als een geheel gezien wordt met de geboorte van de Gemeente op de pinksterdag.
Rom.6:3 Of weet gij niet, dat wij allen, die in Jezus Christus gedoopt zijn, in zijn dood gedoopt zijn?
4 Zo zijn wij immers met Hem begraven door de doop in de dood, opdat, gelijk Christus is opgewekt van de doden door de heerlijkheid van de Vader, wij ook zo in een nieuw leven zouden wandelen.
5 Want indien wij met Hem één plant geworden zijn in de gelijkheid van zijn dood, zo zullen wij Hem ook in de opstanding gelijk zijn,
Ef.2:6 —en heeft ons mee opgewekt, en mee in de hemel gezet in Christus Jezus.
Uit dit alles zien wij dat de gemeente van Chr. een nieuwe schepping is, met Hem verbonden in Zijn opstandingsleven die er tevoren niet was en ook niet zijn kon voordat Chr. als de eersteling uit de doden was opgestaan. Zie ook
2Kor.5: 16 ¶ Daarom, van nu aan kennen wij niemand naar het vlees en indien wij ook Christus naar het vlees gekend hebben, zó kennen wij Hem echter nu niet meer.
17 Daarom, is iemand in Christus, zo is hij een nieuw schepsel; het oude is voorbijgegaan, zie, het is alles nieuw geworden.
Daarom is het m.i. onbijbels de chr.Gemeente te zien als in Israël ingelijfd of zelfs als de voortzetting van het historische Israël .Heilshistorisch gezien is zij wel met Israël verbonden omdat de Merssias een Jood is en Hij nog steeds een relatie met dit volk heeft zoals met geen ander volk Maar die relatie is een andere dan met Zijn Gemeente, want dat is Zijn hemelse bruid, maar Israël is het aardse volk van de Koning. Wij lezen dan ook nergens dat Chr. de Koning van de kerk genoemd wordt; Hij is de Koning van Israël Jes.44:6; Joh.19;19; Matt.27:27.Er is dus ook voor Israël geen heilsweg buiten het geloof in zijn Messias, het gaat het in oud- en nieuw testament om hetzelfde geloof, dezelfde strijd en dezelfde Zaligmaker etc. Maar al berust Gods verbond met Israël op dezelfde verzoening door het bloed van het Lam, dat bewijst natuurlijk niet dat nu ook de specifieke beloften uit het verbond met A-ham op de kerk zijn overgegaan en door vegeestelijking pasklaar voor de kerk gemaakt moeten worden. Jeruzalem betekent ook in het N.T. gewoon Jeruzalem en Israël het ongelovige, natuurlijke zaad van A-ham. De Reformatie heeft dus de kerk wel de bijbel, maar niet haar eigen van Israël onderscheiden identiteit teruggegeven. met vr.gr ereunao