Marnix schreef:Hij zegt dan niet tegen gelovigen: Jullie zijn van nature ongelovigen en willen niet geloven. Dat ze dat ooit geweest zijn klopt, maar dat is veranderd. Het heeft weinig zin om mensen die van nature ongelovig waren maar tot geloof zijn gekomen, vervolgens te willen overtuigen van het slecht dat ze ongelovig zijn en niet willen geloven.
Marnix, ik zeg niet dat de Heere Jezus zegt dat ze niet willen geloven. Willen heeft er helemaal niets mee te maken. Jezus verkondigde het Evangelie en daardoor kwamen mensen tot geloof.
Stel, ik kom iemand tegen die nog nooit het Evangelie heeft gehoord en ik vertel hem of haar (in dit voorbeeld een vrouw) dat zij een zondaar is en dat ze haar eigen zondige verlangens navolgt. Ik zeg haar dat zij ongelovig en daarom verloren en veroordeeld is, zoals elke afstammeling van Adam dat is. God heeft Zijn Zoon gezonden, opdat wie in Hem gelooft eeuwig leven heeft. Nu werkt God bij diegene in het hart en Hij overtuigt haar van de waarheid van Zijn Woord. Dan ziet ze dus dat ze inderdaad een zondaar is, haar eigen verlangens navolgt en dat ze verloren, ongelovig en veroordeeld is. Dan ziet ze in dat ze verlossing nodig heeft, of liever gezegd, de Verlosser Die God heeft gegeven. Ze komt bij de Heere Jezus, omdat ze het van de Vader gehoord en geleerd heeft en ze vraagt aan Hem levend water.
Het geloof van die vrouw of die vrouw als gelovige maakt de woorden van de Heere Jezus niet onwaar of ongeldig. Dat ze vrijgesproken is doet aan de waarheid en de feiten niet af. Het is dus niet zo, dat wat Jezus zegt alleen voor ongelovigen geldt. Het geldt voor iedereen.
Marnix schreef:Het heeft weinig zin om mensen die van nature ongelovig waren maar tot geloof zijn gekomen, vervolgens te willen overtuigen van het slecht dat ze ongelovig zijn en niet willen geloven.
Hoe kom je nu steeds bij 'willen geloven'? Heel simpel: men gelooft of men gelooft niet. Er bestaat geen willen geloven, als in: ik wil geloven. Als men uitspreekt te willen geloven, dan bevestigt men daarmee het eigen ongeloof. Wat in dat geval in elk geval de waarheid is (het ongeloof).
Geloof in God en Zijn Zoon betekent niet dat men van nature niet ongelovig, zondig, verloren en veroordeeld is. Het geloof bevestigt en belijdt die zaken immers, of het nu is is of was is:
"En meteen riep de vader van het kind onder tranen: Ik geloof, Heere! Kom mijn ongeloof te hulp." (Markus 9:24)
"En de zoon zei tegen hem: Vader, ik heb gezondigd tegen de hemel en tegenover u. Ik ben niet meer waard uw zoon genoemd te worden." (Lukas 15:21)
"En een van de misdadigers die daar hingen, lasterde Hem en zei: Als U de Christus bent, verlos dan Uzelf en ons. Maar de andere antwoordde en bestrafte hem: Vreest zelfs u God niet, nu u hetzelfde vonnis ondergaat? En wij toch rechtvaardig, want wij ontvangen straf overeenkomstig wat wij gedaan hebben, maar Deze heeft niets onbehoorlijks gedaan. En hij zei tegen Jezus: Heere, denk aan mij, als U in Uw Koninkrijk gekomen bent. En Jezus zei tegen hem: Voorwaar, zeg Ik u, heden zult u met Mij in het paradijs zijn." (Lukas 23:39-43)
"Heren, wat moet ik doen om zalig te worden?" (Handelingen 16:30b)
Ook een gelovige handelt vaak genoeg in ongeloof. Ook een gelovige zondigt. Ook een gelovige bidt om behoud, omdat hij beseft dat hij God in alles en voor alles nodig heeft. Helemaal voor geloof en ook voor kracht, hulp, wijsheid, kennis, onderscheidingsvermogen, etc. Leidt ons niet in verzoeking, maar verlos ons...
.