ereunao schreef:Als hier verder niemand commentaar of critiek op heeft (...)
Nou zou ik het al dan niet posten van een feuilleton niet af laten hangen van de vraag of er nog iemand kritiek op heeft of niet, maar goed.
Inhoudelijk heb ik niet zoveel over deze verhalenbundel van de Heilige Herman te zeggen. 't Zal wel.
Het doet me allemaal erg denken aan Middeleeuwese verhalen als
De Reize van Sente Brandaen of iets recentere kinderverhalen zoals
De zeven wonderdaden van kevertje Plop.
Maar qua vorm is er wel iets aan deze verhalen dat me enorm intrigeert.
Ik kom in de voorlopig 3 geposte stukjes van het Herman-feuilleton namelijk heel veel Tale Kanaäns achtige zegswijzen tegen. Het ademt heel duidelijk een geloofstaal die leunt op bevindelijk gereformeerde komaf. Ter toelichting hieronder een bloemlezing:
Die nood werd de zijne
Toen werd hij stilgezet
En van stonde aan kwam het bloed van Christus over de ziel
Maar hij mocht er niet van eten, want hij kreeg de schuldbrief thuis
En dat werd zijn aanklacht.
Maar in dit alles was er in hem gaan werken:...
Later hoorde hij dat die man daar nog tot ruimte gekomen is en dat hij het wonder dat God naar hem omgezien had niet opkon.
En hoewel het toen niet zo helder opgeklaard lag als destijds
En onder dat gebed werd hij gewaar dat hij hem in de Heere kwijtraakte.
dat hij hier ook bij stilgezet wasNu is dit op zich geen probleem. Ik ken de taal en ik snap wat er mee gezegd wordt.
Maar het vreemde is dat ik
ereunao zo niet ken. Ik heb meermaals de degens met hem gekruist over Bijbelinterpretatie, over profetie, eindtijd en de verhouding van Israel en de volken in het heilsplan van God, maar nooit heb ik eigenlijk de indruk gekregen dat
ereunao de Tale Kanaäns, althans de bovenvermelde uitdrukkingen, zo voor in de mond lag.
Mijn vraag is derhalve: hoe authentiek is het verhaal? De persoon die het verhaal voor de eerste keer aan het papier heeft toevertrouwd kan nooit
ereunao zijn. Kan het zijn dat hier een andere verhalenbundel wordt overgeschreven? Mis ik een bronvermelding?
Vragen, vragen, vragen. Niet inhoudelijk op het verhaal (dus niet: geloof ik wel dat Heilige Herman dit allemaal heeft meegemaakt), maar vragen over de vorm: is dit een authentiek verhaal waarvan
ereunao de echtheid kan garanderen, zodat hij ons terecht kan oproepen om het te geloven, of niet?
En dat puur op grond van het zeer kenmerkende taalgebruik dat ik aantref.
Ben ik echt benieuwd naar.
gravo