De trieste geschiedenis en het getuigenis van de Joodse Profeten leert ons echter dat aan de voorwaarden niet werd voldaan en voor het Joodse volk tot op vandaag de vloek uit Deuteronomium 28 tot en met 30 werkelijkheid is geworden. Sinds de val van Jeruzalem in het jaar 70 zijn de Joden onderworpen geweest aan vervolging op vervolging. Zowel door de Roomse staat als door de Roomse kerk, ook de Fransen, de Duitsers, de Russen en anderen namen er aan deel. Vrede heeft dit volk sindsdien nog nooit gekend en nu ze op vandaag zelfs een staat bezitten is de vrede nog ver weg.
Ik plaats deze opmerking in een veel bredere context en probeer u daarvan de diepte te laten zien. Het zijn de woorden die onze grote leider Mosje heeft opgeschreven in de laatste maand van zijn leven. Door de zonde van zijn volksgenoten maakte ook hij een misstap. Deze werd hem als leider zeer zwaar aangerekend en hij mocht het beloofde land niet in gaan. Daar sta je dan, je hebt alle energie gegeven die in je was. Er staat ook dat de kracht van Mosje nog niet gebroken was, een zee vitale senior die tegen de 120 jaar jong is. Tijdens de woestijnreis sprak hij met de Eeuwige in de tent van de samenkomst buiten de legerplaats. Als eerste houdt de Eeuwige ons voor wat de zegen is door het in acht te nemen van de regels die voor het komende Koninkrijk gelden. Die zegen is zeer rijk en letterlijk alles kan je daarin vinden.
Maar er zijn ook de kleine lettertjes, want als je een overeenkomst aangaat, dat wil zeggen dat je de G'd van Israël wil dienen en Hem navolgen stelt Hij daar ook een voorwaarde aan. Op weg naar het Koninkrijk dien je jezelf te onthouden van ballast die je niet mee kunt nemen in dat Koninkrijk. Wij mensen zijn van nature creatief om de mazen van het net te vinden. Die laten we zelf toe door onze eigen keuze en invloed van buitenaf. De Eeuwige laat door de mond van Mosje ook de kleine lettertjes lezen. Dat zijn geen voorwaarden maar waarschuwingen hoe je het niet moet doen. Ik wordt er een beetje verdrietig van als mensen klakkeloos aannemen dat mijn volk zich niet heeft gehouden aan de regels. Zij hebben slechts ten dele een punt van gelijk. Je kunt je distanciëren van het Joodse volk die het niet goed heeft gedaan. Is dat niet eenzijdig en dan heb ik het nog niet eens over het feit dat sommigen onder hen zeggen, maar wij zijn de voortzetting van Israël. Die kleine lettertjes staan er niet voor niets en zijn zeer leesbaar. En ook die kleine lettertjes hebben er voor gezorgd dat de ernstige waarschuwing van de Eeuwige naar mijn volksgenoten én allen die daarbij aanwezig waren, de niet Joden er ook bij betrokken zijn.
Er is nog een ander woord, een belofte die de Eeuwige aan onze grootvader Avraham doet: overal waar u uw voeten neer zult zetten zal ik u het land geven. Dat is geen annexatie van Avraham maar een geschenk van de Eeuwige aan hem en zijn nageslacht. Deze G'd liegt niet en Zijn woord is betrouwbaar. En wat zeggen wij Israëli we gaan terug naar ons eigen land. Daar horen wij thuis. Wat is dan onze diepste verlangen om thuis te komen? Is dat niet de verwachting van de terugkeer van onze Messias. En onze Messias, Hij wil dat Zijn volksgenoten en allen die zich daarbij aansluiten dicht om hen heen hebben. De verkrijgen zegen is voorwaardelijk en beslist geen automatisme. Je moet er je uiterste best voor doen om die te verkrijgen. En de tegenstander is er alles aan gelegen om je een utopia daarvoor aan te bieden. Het is zogezegd een heidens karwei om de list van de tegenstander te doorzien.
Dat het woord van G'd, de Bijbel betrouwbaar is kan je zonder meer aflezen aan het volk wat in de Bijbel beschreven wordt. O ja, wees niet boos dat ik dit stukje schrijf op een moment dat nagenoeg alle lezers in de kerk zitten. Gisteren vierde ik volgens duizenden jaren traditie deze in de synagoge. Aan het einde van de dienst daalde de zegen als een opdracht, als een getuigenis, als een bemoediging, waarin ook de woorden werden uitgesproken ik kijk in het bijzonder ook naar jou, deze week, deze dag. Dat is een lokstem van de Eeuwige die ons oproept om dicht bij Hem te schuilen en het van Hem te verwachten. Daarin zit ook Zijn verlangen om spoedig terug te keren.