Ik begrijp dat het nog niet duidelijk genoeg is,""49Jezus antwoordde: “Ik ben niet van de duivel bezeten, maar Ik eer mijn Vader, terwijl gij Mij aantast in mijn eer, 50Ik zoek mijn eigen eer niet. Er is Iemand die ze zoekt en die oordeelt. 51Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: als iemand mijn woord onderhoudt, zal hij in eeuwigheid de dood niet zien.” 52Toen zeiden de Joden Hem: “Nu weten wij zeker dat Gij van de duivel bezeten zijt. Want Abraham en de profeten zijn gestorven, terwijl Gij beweert: Als iemand mijn woord onderhoudt, zal hij in eeuwigheid de dood niet smaken. 53Zijt Gij soms groter dan onze vader Abraham, die wel gestorven is. Zelfs de profeten zijn gestorven. Voor wie houdt Gij uzelf wel?” 54Jezus antwoordde: “Als Ik Mijzelf verheerlijk dan is mijn glorie niets; maar mijn Vader is het die Mij verheerlijkt, van wie gij zegt: Hij is onze God. 55Toch kent gij Hem niet. Ik daarentegen ken Hem en als Ik zou zeggen dat Ik Hem niet ken, zou Ik aan u gelijk zijn: een leugenaar. Maar Ik ken Hem en onderhoud zijn woord. 56Abraham, uw vader, juichte van vreugde bij de gedachte dat hij mijn dag zou zien; hij heeft hem gezien en zich verheugd.” 57Toen zeiden de Joden tot Hem: “Gij zijt nog geen vijftig jaar en Gij hebt Abraham gezien?” 58Jezus antwoordde hun: “Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: voor Abraham werd, ben Ik.” 59Toen raapten zij stenen op om Hem te stenigen, maar Jezus trok zich terug en verliet de tempel.
Om kort te gaan: wat Jezus hier zegt is dat het niet om de lichamelijke afstamming gaat om het geloven van zijn woorden.
en de fundamentele overtuiging van het nieuwe verbond dat jezus Groter is dan Abraham""
Wij kunnen dit hier makkelijk over het hoofd zien, maar de Joden in dit tekstgedeelte begrepen heel goed dat Jezus beweerde dat Hij was. Toen Hij zei: "Voordat Abraham was, ben Ik," was dat een echo van de bekendmaking van zijn naam aan Mozes bij de brandende braambos: "Ik ben Die Ik ben" (Exodus 3:14).
Een uitspraak als deze was voor de Joden een godslastering waar de dood door steniging op stond. Dat is de reden waarom ze stenen opraapten om Hem te stenigen. Ze wisten wat Hij beweerde en ze waren niet van zins dat te accepteren. Een ander voorbeeld hiervan vinden we in Johannes 5:18: "Vanaf dat moment probeerden de Joden hem te doden, omdat hij niet alleen de sabbat ondermijnde, maar bovendien God zijn eigen Vader noemde, en zichzelf zo aan God gelijkstelde
En vandaag is het nog steeds even waar als het vroeger was: de bewering dat Jezus God is zit mensen dwars en beledigt hen. Er is niemand die zich beledigd voelt door het idee van een profeet of een heilige, maar de bewering dat Hij God is, vereist onderwerping aan Hem. Veel mensen zoals de Joden, willen dat niet accepteren.
Maar door te beweren dat Hij groter is dan Abraham verkondigde Jezus duidelijk: ""Ik ben God"". Ik ben het woord dat bij God was en dat God was.
Ware afstammelingen van Abraham, de vader van het geloof, zullen Jezus als de Messias die aan Abraham beloofd was
Deze fundamentele overtuiging van het nieuwe verbond, dat Jezus groter is dan Abraham, wordt verder onderstreept door het boek Hebreeën dat de interactie tussen Abraham en Melchizedek behandelt (Hebr. 6:13-7:3). In dit gedeelte sprak de auteur van Hebreeën eerst over Gods belofte aan Abraham. Daarna begon hij te spreken over Jezus die bij de orde van Melchisedek hoort, Melchisedek is belangrijk, vanwege de relatie die abraham met Melchizedek Had Toen Abraham een tiende van de oorlogsbuit gaf , verklaarde hij daarmee dat Melchizedek Groter was dan Hijzelf als Jezus dus deel uitmaakt van de orde van Melchisedek, en Melchisedek groter was dan Abraham, dan is ook Jezus groter dan Abraham.
Omdat Jezus de is van de orde van Melchisedek staat Hij een trap hoger dan Abraham. Dit is exact wat Jezus n Johannes 8 beweerde; dit was een enorm statement in die cultuur waar Abraham de vader en de held van hun geloof was. Zo sprak Jezus openlijk uit dat Hij de vervulling van de beloften aan Abraham was
HET BELANG VAN DE BESNIJDENIS
Dat het Abrahamitische verbond in het nieuwe verbond is ook te zien in de kwestie van de besnijdenis. Ieder Oudtestamentische verbond had een bepaald teken dat diende als symbool of herinnering aan het feit dat deze twee partijen een verbond hadden. Iedere keer dus dat Noach een regenboog zag werd hij eraan herinnerd dat God niet nog eens een wereldwijde vloed zou sturen. Abraham werd door zijn besnijdenis dagelijks aan zijn verbond met God herinnerd. Mozes en de Israëlieten hadden de viering van het Pascha dat hen herinnerde aan hun verbond met God en ook aan het feit dat Hij het volk bevrijdde uit Egypte.
Davids symbool is wat minder zeker, omdat hij God beloften aan hem als verbond beschouwde maar zij feitelijk geen verbondsceremonie hadden gehad. Het teken van dit verbond zou dus een troon kunnen zijn, maar het is ook mogelijk dat Davids verbond geen teken had zoals de andere. Het punt is dat, voor Abraham, de besnijdenis een teken was van zijn verbond met God. Alle mannen in zijn familie werden besneden, als teken dat zij deel uitmaakten van Abrahams verbond met God.
Toen jaren later de Mozaische wet werd geintroduceerd, zei de wet dat alle mannen besneden moesten worden op de achtste dag na de geboorte. Zo veranderde de besnijdenis van het zijn van een teken van het verbond met Abraham naar het zijn van een deel van de wet. Toen was het niet langer enkel een teken, maar werd het, op een andere manier, een last.
Met het verstrijken van de tijd veranderde het concept van de besnijdenis. In de tijd dat Jezus op aarde was, was het concept van de besnijdenis het volgende: 'Wij zijn de zonen van Abraham. Wij zijn beter dan alle volkeren van de wereld. Wij hebben een verbond met God
omdat wij besneden zijn '' dit is een subtiele maar significante verschuiving. Dit is een vertrouwden op het teken van het verbond in plaats van op het verbond zelf .
Ze hadden de besnijdenis aangenomen omdat het in de wet van Mozes stond, dus stelden ze hun vertrouwen in hun besnijdenis. Maar de besnijdenis was slechts het teken van het Abrahamitische verbond en van de relatie tussen Abraham en God de Vader, Terwijl Abraham vertrouwde op het verbond met God (waar de besnijdenis het teken van was), waren de Joden in feite begonnen om op de besnijdenis ( het teken) te vertrouwen in plaats van op de relatie.
Dit zou hetzelfde zijn als vertrouwen op je trouwring, die het teken is van jouw huwelijk, in plaats dat je werkelijk je relatie ontwikkelt. De doop is slechts een teken van de relatie; is hetgeen redding brengt. Dit is wat er in Jezus' tijd hier op aarde was gebeurd met het concept van de besnijdenis
Na Jezus' dood en opstanding werd de besnijdenis een discussiepunt in de vroege Kerk. Velen vroegen zich af 'moeten we nog steeds besnijden?' Volgens de leer van de apostelen Paulus, Petrus, Jacobus en Johannes was de besnijdenis die Jezus bracht er een van het hart, wat betekende dat de mens het uiterlijke teken van het verbond niet meer nodig had.
Het nieuwe verbond is een innerlijk verbond waardoor God ons een nieuw hart (een nieuwe geest) geeft. Hij maakt ons deelnemers aan de goddelijke natuur en Hij begint onzichtbare veranderingen te bewerken in ons hart. Dit betekent dat we het uiterlijke teken en symbool van de besnijdenis niet meer nodig heb Dit was echter vele jaren lang een belangrijk debat in de vroege Kerk, omdat men zich nog steeds aan het aanpassen was aan de realiteit van het nieuwe verbond.
Veel van de Joodse gelovigen wilden dat de heidense gelovigen na hun bekering besneden werden, omdat ze dachten dat de besnijdenis nodig was als uiterlijk teken van het verbond. 49 Paulus sprak zich in Galaten 5:12 sterk uit tegen de pro-besnijdenisgroep: Ze moesten zich laten castreren, die onruststokers" Paulus walgde van de pro besnijdenisbeweging, omdat hij inzag wat het was- een stap terugnaar het oude verbond.
Hij besefte de dwaasheid van degenen die onder het nieuwe verbond leven en tegelijkertijd de wetten van het oude verbond houden.
Maar velen begrepen dit niet, net zoals vandaag de dag velen het nog niet begrijpen. om zijn punt duidelijk te maken blikte Paul terug in de geschiedenis naar de onder het Abrahamitisch verbond en volkomen onbelangrijk of men wel of niet besneden is het is belangrijk men een nieuwe schepping is ( Gal 6:15).Anders gezegd Dit teken doet er niet langer toe. Wat er wel toe doet is het zijn van een nieuwe schepping, of je hart besneden is'
Door dit te zeggen, zei Paulus dat geen enkel ding van het oude verbond er nog toe deed nu het nieuw verbond er was, omdat het nieuwe het oude overbodig had gemaakt. Om deze manier trof hij het systeem van de wet in het fundament.
DE BESNIJDENIS VAN HET HART
Dit idee raakte de Joodse religie van de eerste eeuw in het hart, zoals we zien in het verhaal van Stefanus, die feitelijk werd gestenigd vanwege de kwestie van de besnijdenis. In Handelingen 6 stond Stefanus terecht omdat hij het evangelie predikte. De Joden voerden valse (betaalde) getuigen op om tegen hem te getuigen. In antwoord daarop stak Stefanus van wal met een geweldige toespraak, in feite een overzicht van de bijbel aan de hand van de belangrijke verbonden, te beginnen met Abraham en eindigend met Jezus.
Daarna berispte hij de Joden voor hun verwerping van Jezus als de beloofde Messias"" Hardnekkigen en onbesnedenen van hart en oren, gij verzet u altijd tegen de heilige Geest: gelijk uw vaderen, zo ook gij. Wie van de profeten hebben uw vaderen niet vervolgd? Zelfs hebben zij hen gedood, die geprofeteerd hebben van de komst van de Rechtvaardige van wie gij nu verraders en moordenaars geworden zijt, gij, die de wet ontvangen hebt op beschikking van engelen, doch haar niet hebt gehouden. Toen zij dit hoorden, sneed het hun door het hart en zij knersten de tanden tegen hem. Maar hij, van de heilige Geest, sloeg vol de ogen ten hemel en zag de heerlijkheid Gods en Jezus, staande ter rechterhand Gods, En hij zeide: Zie, ik zie de hemelen geopend en de zoon des mensen, staande ter rechterhand Gods. Maar zij begonnen luidkeels te schreeuwen, stopten hun oren toe en stormden als één man op hem en zij wierpen hem de stad uit en stenigden hem. En de getuigen legden hun mantels af aan de voeten van een jonge man Saulus genaamd (Hand. 7:51-58 NBG 51) Niet alleen het feit dat hij Jezus zag was aanstootgevend.
Wat de Joden echt dwars zat was zijn verwijt aan hen: "Hardnekkigen en onbesnedenen van hart en oren". Hiermee verwees hij naar Deuteronomium 30:6, waar voorzegd werd dat het volk na hun verbanning naar Babylon teruggebracht zou worden en dat God hun hart zou besnijden. Hij beschuldigde hen ervan dat ze de vervulling van die profetie verwierpen omdat ze het nieuwe verbond verwierpen en ook de Ene (Jezus), die gezonden was om hun hart te besnijden. Dit laat ons de realiteit zien van datgene wat de vroege Kerk predikte over Jezus als de vervulling van de beloften die gedaan waren aan Abraham en David. Deze nadruk is door het hele Nieuwe Testament duidelijk te zien. En het was deze boodschap die ervoor zorgde dat de Joden Stefanus stenigden voor godslastering. Ze weigerden de mogelijkheid te accepteren dat Jezus de Messias was geweest en dat ze Hem over het hoofd hadden gezien. Dit is de betekenis van de in het Nieuwe Testament. De overgang van het uiterlijke teken dat de fysieke besnijdenis is, de innerlijke besnijdenis van het hart, was de hoeksteen van de overgang van het oude verbond naar het nieuwe Het gebod om te besnijden betekende de volkomen eliminatie van de wet van het oude verbond ..
Deze discussie is nauw verbonden met de nieuwtestamentische discussie over wet en geloof, maar daar misschien een andere keer over..