goofy1978 schreef:Heb 4,12
Want het Woord Gods is levend en krachtig, en scherpsnijdender dan enig tweesnijdend zwaard, en gaat door tot de verdeling der ziel, en des geestes, en der samenvoegselen, en des mergs, en is een oordeler der gedachten en der overleggingen des harten.
Er is geen grijs schemergebied tussen bekeerd en onbekeerd, ben je wedergeboren in de vierschaar ben je gered.
Ben je dat niet ben je niet gered.
Er word hier vaak gevraagt heb je Jezus al als verlosser leren kennen.
Ik geloof in Jezus en dat het de Zooon van God is dus op jullie manier ben ik al lang gered.
Als iemand maar van Jezus heeft horen waaien is hij hier al zalig, maar judas ging wel met zn geloof dat Jezus de Christus was ter helle.
Joh 17,12
Toen Ik met hen in de wereld was, bewaarde Ik ze in Uw Naam. Die Gij Mij gegeven hebt, heb Ik bewaard, en niemand uit hen is verloren gegaan, dan de zoon der verderfenis, opdat de Schrift vervuld worde.
En hij beleed dat Jezus was de Christus het onschuldige bloed.
Mat 27,4
Zeggende: Ik heb gezondigd, verradende het onschuldig bloed! Maar zij zeiden: Wat gaat ons dat aan? Gij moogt toezien.
Ik vindt het een interessant begrip "vierschaar" . . . iets in deze discusie triggert bij mij de vraag: hoe verwoord ik dat begrip in mijn dagelijkse omgeving?
Deze week zat ik in de tram en raakte aan de praat met een West-Afrikaanse jongen. Hij was hier in Nederland niet voor niets. Zo ik van hem begreep heeft hij de verschrikkelijke gevolgen van Charles Taylor met eigen ogen gezien. Letterlijk Hel op aarde.
Zijn vraag aan mij was steeds "waar is die Jezus dan nu?". Hoe kan ik hem zien? Wat moet ik dan van Hem. . .
We spraken over het feit dat Jezus totaal als mens onder de mensen was. Vlees en bloed, pijn solidair als offer. Hij had ervaringen met bepaalde groeperingen en kon er niet tegen dat hun Leiders in dikke auto's gereden worden.
Ik legde uit dat ik van een calvinistische achtergrond kwam en dat daar een belangrijke aanname is t.a.v. de mens. Nl, in zonden ontvangen en geboren. Er zit iets in de mens waardoor het mis blijft gaan.
Ik vroeg of het aanemelijk was dat Jezus probeerde een voorbeeld te zijn voor ons. Dat we de verantwoording hebben om Hem te volgen, in zijn Geest? Hierin kon hij meegaan, maar hoe kwam het dat deze wereld zo een ellendig plek blijft?
Ik antwoordde dat we er achter komen dat we er misschien helemaal niet toe in staat waren . . en dat Jezus daarom mens werd en stierf.
Ik moest helaas uitstappen en heb nog veel na lopen denken over dit gesprek. Ook in combi met vierschaar. Die jongen bleef namelijk oproepen tot verantwoording van ons volgen van Christus.
Ik kon hem eigenlijk alleen antwoorden hoe ik het zag en dat dit een levenslange worsteling blijft. Een proces waarin ik weliswaar meer een meer zicht op Waarheid (soort grondprincipe) krijg.
Maar met zoiets als een vierschaar-openbaring schiet ik niets op. M.i. kan ik alleen Hem volgen. Daarin gebeuren veel dingen, denk aan bovenstaande ontmoeting. Maar je laatste tekst bijt heel erg.
Mat 27,4
Zeggende: Ik heb gezondigd, verradende het onschuldig bloed! Maar zij zeiden: Wat gaat ons dat aan? Gij moogt toezien.
In de lijn van de discussie komt dit mij over als een verwijt of groot wantrouwen t.a.v. onze Forum-broeders & zusters. Je stelt indirect een hele grote voorwaarde. . . . en m.i.is het terecht. De boodschap van de Bijbel is niet niets. Maar in deze wereld hebben we elkaar nodig, waarom stellen we elkaar zulke grote voorwaarden? Waarom wantrouwen? Misschien zitten er achter jou woorden heel andere dingen. Maar ik raak verwijderd door je bijdragen.
De jongen die ik ontmoette stelde m.i. goede vragen, zoekt, vindt strukjes en is onderweg in dit leven. Ik vertrouw er op dat ik hem weer ontmoeten zal, of dat een ander hem ontmoet. Maar zijn realiteit staat
zo ver weg van onze vorm van geloven. En dat binnen een samenleving.
Is onze reformatorische werkelijkheid zo ver verwijderd van mijn dagelijkse omgeving? Hoe kunnen we dan nog een brug zijn? Hoe leg je een vierschaar uit aan mensen die de Hel letterlijk hebben gezien? Waarom eisen wij dat van anderen?