Ik heb het boek van v/d Sluijs nog niet in handen gehad. Laat staan gelezen. Wel er over gelezen.
Ik kan het mis hebben maar ik denk ik dat ik begrijp wat ds. v/d Sluijs bedoelt met zijn kritiek op de prediking in de gereformeerde bond.
Sinds de scheuring van 2004 is er veel in de GB veranderd en eigenlijk was het al voor die tijd aan het verschuiven. Teus van de Lagemaat heeft de verschuivingen in de GB aangeduid met de uitdrukking 'de stille evolutie'. Het is de titel van zijn dissertatie over dit onderwerp.
Ik denk dat de meeste kerkgangers de verschuivingen niet hebben opgemerkt en daarom is het ook zwaar taboe om het te benoemen.
Het gaat denk ik niet over verschuivingen bij de zogenoemde "vage bonders". Die telden toch al niet helemaal mee. Het gaat over verschuivingen in de prediking in de zogenoemde "stevige GB-gemeenten".
In het verleden was 'bekeerd zijn' in het stevige segment van de GB niet vanzelfsprekend. Okay, het ging makkelijker dan bij de Gereformeerde Gemeenten. De verbondsleer was ruimer, maar de praktische uitwerking was behoorlijk ingewikkeld als het er op aankwam.
In het reformatorisch dagblad van 18 maart 2004 staat een veelzeggend citaat van ds. Van Gorsel. Het artikel gaat over onkunde bij ambtsdragers en draagt de veelbetekenende titel "Jozef in het biezen mandje". > https://www.digibron.nl/search/detail/0 ... zen-mandje < Ds. Van Gorsel ontmoette een dienstdoend ouderling in de consistoriekamer die in zijn gebed na de dienst liet blijken dat hij de preek niet goed had opgepikt. Hij beweerde namelijk dat de Heere Jezus voor alle mensen gestorven zou zijn. "Op die manier sluipen ketterijen de kerk binnen", aldus ds. Van Gorsel.
Daarbij vraag ik me af waarom ds. Van Gorsel die uitspraak oppikte als een ketterij, zoiets zeggen als wat die ouderling deed wil natuurlijk nog niet zeggen dat hij daarmee bedoelde dat alle mensen gered zullen worden. Maar zo onduidelijk lag het voordien vaak wel binnen de GB. Je kon inderdaad niet zomaar zeggen dat Jezus voor alle mensen gestorven is. Dogmatisch gezien lag dat ingewikkeld. Jezus Lijden en sterven was genoeg voor alle mensen, okay, maar dan mocht je het toch weer niet zeggen op de manier zoals die ouderling het deed. De bekering was toch altijd iets wat afhankelijk was van een eenzijdig Godswerk en daar legde men toch graag een grote nadruk op. Het moest altijd op die manier worden geformuleerd want anders was het al snel verdacht. De uitdrukking "als het in uw raad mag bestaan" was een veel voorkomend gebedscliché in GB-consistoriekamers van weleer.
In de GB van de jaren 60 en 70 werden niet zelden barrières opgeworpen die moesten verhinderen dat de toehoorders een meer vrijmoedige geloofsweg zouden gaan bewandelen. Met een dergelijke prediking ben ik destijds niet verder gekomen. Het is - zoals ik het pas hoorde formuleren - 'een vorm van geloof waar je niet in kan groeien'. Om wel te kunnen groeien had het teveel iets dubbels. Aan de ene kant werd verkondigd dat je mocht pleiten op Gods beloften op grond van je doop. Aan de andere kant werd de toeëigening van het heil ontmoedigd omdat het ware zaligmakende geloof een eenzijdig Godswerk was. Eigenlijk leek het op die manier wel een soort Gereformeerde Gemeente theologie waarbij je een boodschap uit de hemel moest krijgen om te weten dat het goed met je zat. Een dergelijke prediking brengt de kerkgangers inderdaad niet verder maar zadelt hen voortdurend met een dilemma op. Je word als kerkganger als het ware kort gehouden. Dat blijkt ook aan de intonatie in dergelijke prediking die uitgaat van een vanzelfsprekende negatieve gelijkschakeling van de kerkgangers als mensen die het heil nog niet echt bezitten maar in het beste geval schoorvoetend bezig zijn om die kant op te komen.
Er is wat dat betreft natuurlijk ook een andere kant aan het verhaal. Het heil kan zo vanzelfsprekend worden waardoor kerkgangers gelijkgeschakeld worden als gearriveerde christenen. Waar dr. Berkhof destijds al voor waarschuwde aan het adres van middenorthodoxe kerkgangers: "Rettettettet, we zijn gered!". Een vorm van geloven die evenals de GB prediking van vroeger een rem zet op de geestelijke groei. Wil dr. van der Sluijs daar misschien voor waarschuwen? Het is m.i. niet een ondenkbaar risico in het veranderingsproces dat binnen de GB gaande is.