Over Daniël bestaan zoals bekend vele interpretaties. Hoewel er binnen de wetenschap juist niet zoveel verschil van mening over is.
Wat ik in dit topic wil doen is kijken hoe Daniël de zeventig jaren/weken/jaarweken bedoelt in hoofdstuk 9. Het lijkt me dat hierover overeenstemming zou moeten kunnen bestaan, maar ik ben dus nieuwsgierig of dat lukt.
In dit topic is het de bedoeling te redeneren vanuit wat zéker is naar wat nog niet zeker is. (En dus niet vanuit een vooraf gekozen theorie -- de theorie moet eerst worden opgebouwd.)
Ook is de directe context relevanter dan wat verder weg staat. Wat in Daniël zelf staat is dus belangrijker voor de uitleg dan wat in bijvoorbeeld Genesis staat of Matteüs. Sterker nog, het is het beste Daniël zoveel mogelijk vanuit Daniël zelf te begrijpen.
--
Het visioen van Daniël 9 is geplaatst in circa 539 vChr, in het jaar nadat Babylon gevallen was en de Meden en Perzen het van de Babyloniërs hadden overgenomen. Daniël constateert dan dat Jeruzalem 70 jaar in puin zou liggen volgens Jeremia (25:11, 29:10). Dan is dus op het moment dat Daniël het constateert is die 70 jaar nog niet voorbij, dus het moment van waaraf Daniël rekent is 609 vChr of enkele jaren later. Dan hebben we drie mogelijke data:
- 586 vChr, de verwoesting van Jeruzalem door Nebukadnessar II.
- 597 vChr, de belegering van Jeruzalem door Nebukadnessar II die eindigt in de overgave en de inbeslagname van het tempelgerei.
- Daniëls eigen ballingschap begint in 606/5 vChr. volgens Daniël 1:1, toen volgens Daniël hetzelfde gebeurde als in 597 vChr.
Natuurlijk is los van Daniël de datum 586 het meest aannemelijk, omdat in 516 de tempel weer herbouwd werd, zodat er precies 70 jaar tussen de verwoesting en de herbouw van de tempel zit. Maar we zullen zien of Daniël daar ook oog voor heeft. Voor nu constateer ik dat het ook aannemelijk zou kunnen zijn dat Daniël rekent vanaf 606 vChr., omdat dan op het moment dat Daniël het opvalt die 70 jaar bijna voorbij zijn.
Zijn er tot nut toe problemen met mijn uitleg?