De opvatting dat Gen. 1 en 2 aparte scheppingsverhalen zijn, door verschillende auteurs geschreven, is uitgewerkt in de documentaire hypothese of bronnenhypothese.
De Torah of Pentateuch wordt onderscheiden in de volgende bronnen:
J , ofwel de Jahwist; geschreven omstreeks 950 v.Chr. in het zuidelijke koninkrijk Juda
E, ofwel de Elohist; geschreven omstreeks 850 v.Chr. in het noordelijke koninkrijk Israël
D, ofwel de Deuteronomist; geschreven omstreeks 621 v.Chr. in Jeruzalem tijdens een periode van godsdienstige hervorming onder koning Josia
P, ofwel de Priestercodex; geschreven omstreeks 450 v.Chr. door Aäronitische priesters.
R, ofwel redactionist, met als eindredacteur Ezra.
Lees hier meer overZo wordt Gen. 1-2:3 onderscheiden onder bron P, Gen. 2:4a onder bron R en Gen. 2:4b-4:26 onder bron J. Deze onderverdeling heb ik afgeleid van
deze site, die zich baseert op het werk van R. Friedman.
Nu onderschrijf ik het feit dat de Hebreeuwse tekst van karakter verschilt, een geschiedenis heeft een andere stijl dan een wettekst, en een dialoog is wat anders opgezet dan een poëtische tekst. Maar dat hoeft helemaal niet te leiden tot de gedachte dat er meerdere auteurs zijn.
De eeuwenoude opvatting dat de Pentateuch is geschreven door Mozes heeft wat mij betreft de beste papieren. De belangrijkste Joodse bron, de Talmoed, noemt Mozes als auteur. De kerkvaders hebben geen afstand genomen dat Mozes de auteur is. Maar nog het belangrijkste, het Nieuw Testament.
Een lijst citaten uit het Nieuw Testament volgens de vertaling van de HSV, waarin direct het verband tussen de Pentateuch en Mozes wordt gelegd:
Mat. 8:4: Jezus zei tegen hem: Denk erom dat u dit tegen niemand zegt; maar ga heen, laat uzelf aan de priester zien, en offer de gave die Mozes voorgeschreven heeft, tot een getuigenis voor hen.
Mark. 1:44: en zei tegen hem: Denk erom dat u tegen niemand iets zegt, maar ga heen, laat uzelf aan de priester zien, en breng als offer voor uw reiniging wat Mozes voorgeschreven heeft, tot een getuigenis voor hen.
Luk. 5:14: En Hij beval hem dat hij het aan niemand zou vertellen. Maar ga heen, zei Hij, laat uzelf aan de priester zien, en breng een offer voor uw reiniging, zoals Mozes bevolen heeft, tot een getuigenis voor hen.
Verwijzing naar Lev. 13:2 en 14:2: P
---
Mat. 19:7: Zij zeiden tegen Hem: Waarom heeft Mozes dan geboden een echtscheidingsbrief te geven en haar te verstoten?
Mark. 10:4: En zij zeiden: Mozes heeft toegestaan een echtscheidingsbrief te schrijven en haar te verstoten.
Verwijzing naar Deut. 24:1: D
---
Mat. 22:24: Meester, Mozes heeft gezegd: Als er iemand sterft die geen kinderen heeft, dan moet zijn broer diens vrouw trouwen en voor zijn broer nageslacht verwekken.
Mark. 12:19: Meester, Mozes heeft ons voorgeschreven: Als iemands broer sterft en een vrouw achterlaat en geen kinderen nalaat, dat dan zijn broer diens vrouw tot vrouw moet nemen en voor zijn broer nageslacht verwekken.
Luk. 20:28: en zeiden: Meester, Mozes heeft ons geschreven: Als iemands broer die een vrouw heeft, sterft en deze sterft kinderloos, laat dan zijn broer de vrouw nemen en nageslacht voor zijn broer verwekken.
Verwijzing naar Deut. 25:5: D
---
Mark. 7:10: Want Mozes heeft gezegd: Eer uw vader en uw moeder; en: Wie vader of moeder vervloekt, die moet zeker sterven;
Verwijzing naar Ex. 20:12: P, Deut. 5:16: D, Ex. 21:17: E, Lev. 20:9: P en Deut. 27:16: D
---
Mark. 12:26: En wat betreft de doden, dat zij opgewekt zullen worden: hebt u niet gelezen in het boek van Mozes, hoe God in de doornstruik tot hem sprak: Ik ben de God van Abraham en de God van Izak en de God van Jakob?
Verwijzing naar Ex. 3:6: E
---
Luk. 2:22: En toen de dagen van haar reiniging volgens de wet van Mozes vervuld waren, brachten zij Hem naar Jeruzalem om Hem de Heere voor te stellen
Verwijzing naar Lev. 12:6: P
---
Luk. 20:37: En dat de doden opgewekt zullen worden, heeft ook Mozes duidelijk te kennen gegeven bij de doornstruik, toen hij de Heere de God van Abraham, de God van Izak en de God van Jakob noemde.
Hand. 3:22: Want Mozes heeft tegen de vaderen gezegd: De Heere, uw God, zal voor u een Profeet laten opstaan uit uw broeders, zoals ik; naar Hem moet u luisteren in alles wat Hij tot u zal spreken.
Verwijzing naar Deut. 18:15: D
---
Joh. 8:5: In de wet nu heeft Mozes ons geboden zulke vrouwen te stenigen; U dan, wat zegt U?
Verwijzing naar Lev. 20:10: P en Deut. 22:2: D
---
Rom. 10:5: Want Mozes schrijft over de gerechtigheid die uit de wet is: De mens die deze dingen gedaan heeft, zal daardoor leven.
Verwijzing naar Lev. 18:5: P
---
Rom. 10:19: Maar ik zeg: Heeft Israël het dan niet begrepen? Ten eerste is het Mozes die zegt: Ik zal u jaloers maken door wat geen volk is; door een onverstandig volk zal Ik u tot toorn verwekken.
Verwijzing naar Deut. 32:21: D*
---
1 Kor. 9:9: Want in de wet van Mozes staat geschreven: U mag een dorsende os niet muilbanden. Bekommert God Zich alleen maar om de ossen?
Verwijzing naar Deut. 25:4: D
---
Hebr. 12:22: En wat zij zagen was zo verschrikkelijk, dat Mozes zei: Ik ben zeer bevreesd en sta te beven.
Verwijzing naar Ex. 20:19: E, Deut. 5:25 en 18:16: D
---
Mozes als auteur genoemd:
Luk. 16:29, 24:27, Joh. 1:17, 46, 5:46, 7:19, 23, Hand. 13:39, 15:5, 21, 26:22, 28:23, 2 Kor. 3:15, Hebr. 10:28
---
D*: Deuteronomium wordt ook weer onderscheiden in verschillende auteurs. Zo valt het gemarkeerde met D* onder een andere auteur. Er valt te stellen dat het laatste hoofdstuk, Deuteronomium 34, niet door Mozes geschreven is, omdat het over zijn eigen sterven gaat, maar dat dit aangevuld is door Jozua. Dit is geen fundamenteel probleem binnen de stelling: de Pentateuch is geschreven door Mozes.
Deze lijst bevat niet alle citaten in het Nieuw Testament uit de Pentateuch, want alleen de bronnen J en R ontbreken in deze lijst. Echter, deze lijst toont aan dat Mozes de auteur is van de bronnen E, P en D. Dan is nog moeilijk te denken dat de bronnen J en R niet van Mozes’ hand zouden zijn.
"Vertrouw op de HEERE met heel je hart, en steun op je eigen inzicht niet." - Spr. 3:5