1 En het geschiedde, als de mensen op den aardbodem begonnen te vermenigvuldigen, en hun dochters geboren werden,
2 Dat Gods zonen de dochteren der mensen aanzagen, dat zij schoon waren, en zij namen zich vrouwen uit allen, die zij verkozen hadden.
3 Toen zeide de HEERE: Mijn Geest zal niet in eeuwigheid twisten met den mens, dewijl hij ook vlees is; doch zijn dagen zullen zijn honderd en twintig jaren.
De theoloog die antwoordde, antwoordde op een heel "bizarre" manier. Hij stelde namelijk dat de zonen van god(en) de nakomelingen van Seth waren, en dat zij nog niet slecht waren geworden vandaar dat zij zonen van god genoemd werden. Zij zagen de vrouwen van de mensen aan en vermengden zich met hen.
Waarom zou dit waar zijn?
Zagen de vrouwen van de nakomelingen van Seth er soms anders uit? Als zij nog niet verpest waren door de zonde, zouden zij er dan niet veel mooier uitzien? Waarom zouden de nakomelingen van Seth dan oog hebben voor de schoonheid van de vrouwen der mensen?
Verder vertelde de theoloog dat zij zich dus met de nakomelingen van Kaïn mengden en dat er zo een degeneratie plaatsvond. Dit haal ik niet uit de Bijbel. Daarin staat:
4 In die dagen waren er reuzen op de aarde, en ook daarna, als Gods zonen tot de dochteren der mensen ingegaan waren, en zich kinderen gewonnen hadden; deze zijn de geweldigen, die van ouds geweest zijn, mannen van name.
Het geslacht dat kwam van de zonen van god en de dochteren der mensen waren geweldigen, reuzen, helden.
Helaas mag je niet in gesprek gaan met een theoloog (en waarschijnlijk was het ook zinloos) vandaar dat ik het hier post.
Mijn eigen mening zal ik wel eens in de discussie vertellen. Zoals een pokerspeler betaamt leg ik mijn troefkaart nog niet op tafel