Mortlach schreef:Omdat men nog geen modellen had om het in te gieten. Het idee dat het geen bovennatuurlijk 'event' is geweest dat tijd is begonnen, is lastig voor te stellen. En nee, dat is geen evidente gedachte, dat ben ik met je eens..
Ik las dit eerst verkeerd, maar als ik je goed begrijp kan ik je hier echt niet mee laten wegkomen Leibniz zag het natuurlijk helemaal niet als een natuurlijk event dat tijd begon. Met modellen heeft het verder ook niet zoveel te maken, want de steady state theorie was gewoon een modern wetenschappelijk model waar atheïsten de voorkeur aan gaven, ook toen big bang modellen al in de omloop waren. Allicht was het een natuurlijk event (ik geloof natuurlijk van niet) maar dat was allerminst de gedachte van Leibniz en anderen en zelfs niet van de atheïsten die in eerste instantie onder dit model probeerden uit te komen.
Ik ervaar God niet"
Heintje had ook argumenten die hierop leken, eigenlijk komt het erop neer dat jullie verwachten dat God zijn bestaan evidenter zou maken mocht hij bestaan. Op zich een begrijpelijk bezwaar wat in de filosofie ook wel the problem of divine silenceness of hiddenness wordt genoemd.
Het lastige meteen al is dat dit argument een beroep doet op divine psychology, een concept waarbij het moeilijk is om in te vullen wat een superintellect al dan wel niet zou doen. Maar goed, dat probleem heb ik natuurlijk ook met het finetuning argument, al vind ik de parallellen tussen mathematische kenmerken van intellect wat makkelijker te interpreteren dan hoe en of een super intellect zou willen communiceren.
Het eerste argument dat theïsten in dit vraagstuk vaak poneren is dat je meer vrijheid hebt wanneer Gods aanwezigheid niet (te) evident is. Om met de woorden van de (atheïstische) filosofe Ayn Rand te spreken:
Man has the choice to think or to evade—to maintain a state of full awareness or to drift from moment to moment, in a semi-conscious daze, at the mercy of whatever associational whims the unfocused mechanism of his consciousness produces
Het is een grotere vorm van vrijheid wanneer we echt kunnen kiezen om nooit op zoek te gaan naar God. Natuurlijk zou je kunnen beargumenteren dat je bijvoorbeeld bij je ouders (die je ook niet vrijwillig hebt gekozen) alsnog de keuze kan maken geen liefdevolle relatie met ze aan te gaan, maar ik denk dat alsnog je keuzevrijheid wat groter is wanneer dit niet het geval is.
Bedenk ook dat in het christendom dit leven niet slechts bedoeld is om kennis over God te vergaren, maar ook om een bewuste keuze te maken en te demonstreren voor God. Dus, als God het goede is, en dus het best gedefinieerd kan worden door het goede te definiëren, dan lijkt het ook meer keuzevrijheid te geven wanneer Gods bestaan niet te evident is. Net zoals de keuze om niet in te breken minder betekenis heeft wanneer je weet dat bijvoorbeeld het volledige politieapparaat het betreffende pand in de gaten houdt, zo zou de keuze om het goede te doen minder betekenis krijgen wanneer het (te) evident zou zijn dat je voor al je daden terecht zal staan.
Als God bovendien het goede is dan is hij helemaal niet zo verborgen, maar etaleert hij zich nadrukkelijk in ons universum. Bovendien zou dit de fase zijn waarin we door onze keuzes ook onszelf definiëren, waarna uiteindelijk onze vervulling komt met God. Gods vermeende afwezigheid lijkt allicht zo vreemd omdat wij als mensen op onszelf gericht zijn, daar waar God misschien juist geduldig afwacht zodat het belangrijke proces waarin we onszelf vormen vrij en oprecht is. Om te parafraseren uit de bijna dood ervaring van Lewis Brown (Ted Talk)
. Dus misschien zien we God teveel als iemand die op zichzelf gericht is wanneer we ons verontwaardigen over zijn vermeende verborgenheid.God told me it wasn't his work I needed to do, it was my work
Wat verder ook een belangrijk punt is, is dat God niet slechts een extra ontologisch kennisstuk wil zijn voor ons. Hij wil een vrijwillige relatie met ons aangaan en die relatie van twee kanten gekoesterd zien worden. Merk daarbij op dat in de bijbel een heleboel verhalen zijn van het Joodse volk dat overtuigd was van het bestaan van God, maar relationeel gezien daardoor niet dichterbij hem kwam. De mensen van wie ik het meest geleerd heb over het christendom waren vaak eerst atheïst of agnost voordat ze christen werden, waarna ze met een heleboel passie en enthousiasme hun relatie met God gingen verdiepen. Ik zie ook een heleboel christenen in de kerk die met het christendom zijn opgevoed, er zeker in geloven, maar spiritueel stilstaan of eigenlijk nog steeds nauwelijks interesse hebben in God. Dus wanneer het Gods doel is om met zoveel mogelijk mensen een diepgaande relatie aan te gaan, zou het heel goed mogelijk zijn dat een universum waarin zijn bestaan zo evident is als de onze opportuun is.
Ik denk dat als je dat spirituele, bovennatuurlijke meer wil ervaren je allicht het zou moeten zoeken in 'het goede'. In prachtige muziek, mooie landschappen, of mijn persoonlijke voorkeur; in ethische esthetiek. Ik herinner me bijvoorbeeld dat je hier ooit schreef dat je onder de indruk was van een boeddhist -die jarenlang in een strafkamp gezeten had - die stelde dat zijn grootste angst was dat hij geen liefde meer kon opbrengen voor zijn bewakers. Dat zijn de verhalen waarin je bijna voelt dat dergelijke prachtige ethiek niet een arbitrair bijproduct is van natuurlijke processen.