Berichtdoor Inspector Morse » 21 feb 2004 14:25
Onderstaand interview lijkt me interessant:
Gerhard Hoogers is voorzitter van de werkgroep die de Algemene Vergadering van Beraad op 20 maart Verlegen met het kwaad. Typisch vrijzinnig? voorbereidt. Johan Blaauw, eindredacteur van het remonstrants maandblad ADREM, sprak met hem over het belang van deze dag.
Algemene Vergadering van Beraad 2004
"'Het kwaad' is een ontzettend breed thema", licht Gerhard Hoogers, lid van de remonstrantse gemeente Groningen en universitair docent bij de vakgroep staatsrecht en internationaal recht van de Rijksuniversiteit Groningen, toe.
"Het raakt aan bijna alles dat met ons leven en onze menselijke 'ervaringsruimte' van doen heeft: ziekte, dood, verlies, tegenslag, maar ook natuurrampen en dergelijke. Het gevaar is dan ook groot dat je gaat verdrinken in de materie. Wij proberen dat natuurlijk te voorkomen door onszelf en onze inleiders een vrij strikte onderwerpskeuze voor te leggen. Daarom hebben wij besloten om de focus van de dag te leggen op het morele kwaad, het kwaad derhalve dat mensen elkaar aandoen. Bovendien concentreren wij ons daarbij op de vraag in hoeverre het kwaad voor vrijzinnigen een probleem is: wij hebben namelijk de intuïtieve overtuiging dat wij als vrijzinnigen, met ons slecht ontwikkelde zondebesef en onze over het algemeen opgeruimde visie op de mens, slechter dan orthodoxe christenen in staat zijn om met de vraag naar het (menselijke) kwaad om te gaan."
Theologische moed
"Soms lijkt het wel alsof wij in zekere zin nog zijn blijven 'staan' in een laat-negentiende eeuws optimisme, een tijd van Elektrisches Licht überall zoals de Duitse staatstheoreticus Carl Schmitt de utopische verlangens van zijn tijd eens kernachtig samenvatte. Het is daarbij natuurlijk grappig om te bedenken dat de christelijke orthodoxie wellicht weerbaarder ten aanzien van het kwaad is dan wij, maar dan wel op basis van een theologie die in een aantal opzichten nog veel eerder is blijven steken. Ik pleit dan ook absoluut niet voor een terugkeer naar een middeleeuws of vroeg-calvinistisch zondebesef.
Ik ben juist heel nieuwsgierig of de vrijzinnigheid vanuit zijn eigen traditie in staat is om zich rekenschap te geven van zijn eigen 'blinde vlek' en daar een antwoord op te formuleren.
Eigenlijk is het veeleer zo, dat er een bepaalde vorm van theologische moed voor nodig is om te erkennen dat bepaalde vragen zodanig gecompliceerd zijn en zich zodanig onttrekken aan ons begrippenkader, dat een eenvoudig of eenduidig antwoord niet te geven valt. De schrijver van het Boek Job heeft, vind ik, van een soortgelijke moed getuigd door in zijn boek ook geen eenduidig en klaar antwoord op de vraag naar het kwaad te formuleren: voor zover het boek Job al een theodicee kent, is het een zeer complexe. Het siert naar mijn mening de vrijzinnige christenheid als zij ervoor kiest om liever de vraag naar het kwaad een open vraag te laten zijn, bij alle moeilijkheden van dien, dan dat zij voor een eenvoudig en alle complexiteit toedekkend antwoord kiest, dat uiteindelijk niemand bevredigt en de ernst van de kwestie versluiert."
Eigen tekort
"Bovendien denk ik dat er geen mens is die niet in zijn eigen leven de ervaring heeft van het kwaad, zowel in die zin dat hij ermee geconfronteerd wordt als in die zin dat hij kan bemerken ook zelf niet vrij te zijn van 'het kwaad', het verlangen om ten eigen bate anderen tekort te doen. Ook ik heb dat in mijn leven meerdere malen bemerkt. In die context is die beroemde verzuchting van Paulus mij wel dierbaar: 'wat is het in mij, dat ik het goede, dat ik wil doen, niet doe, maar het kwade, dat ik niet wil doen, wel doe?' Het is die constatering, de constatering van je eigen tekort, die mij inderdaad bij vlagen verlegen maakt en gemaakt heeft. En er zijn geen eenvoudige oplossingen, zoals ook iedereen wel weet; ook voor mij geldt dat het in het leven vaak een kwestie is van er het beste van proberen te maken: muddling through, zogezegd."
Vruchtbare dialoog
Op de vraag wat hij het spannende aan de komende Algemene Vergadering van Beraad vindt en wat hij ervan verwacht, antwoordt Gerhard Hoogers, dat hij in de eerste plaats het thema zelf spannend vindt. "Sinds De Sade weten wij immers dat 'het kwaad' een bepaald soort aantrekkingskracht bezit - hoewel, als ik er over nadenk: in feite weten we dat natuurlijk al sinds Genesis 1. Maar ik vind het ook spannend dat er zoveel verschillende aspecten van het fenomeen kwaad aan de orde komen: niet alleen in theologische zin, maar ook bijvoorbeeld de rol die het kwaad speelt in literatuur en film, in intermenselijke relaties en in de politiek.
Waar ik vooral op hoop is een vruchtbare dialoog in de gemeenten, zowel vooraf als nadien. Ik zei het hierboven al: wij hebben als voorbereidingscommissie het idee dat de vrijzinnige christenheid zich vaak te weinig bewust is van tragische dimensie van het menselijke tekort en het menselijke kwaad. Het is niet zo dat wij nu de remonstranten een loodzwaar zondebesef willen gaan aanpraten, verre van: maar een grotere en ook blijvende bewustwording rond de thematiek, die sinds '11 september' bepaalt niet aan actualiteit heeft ingeboed, zou mooi zijn."
(Bovenstaand interview verscheen in ADREM van januari 2004)