Schelpje,
Ik leerde Jezus kennen nadat ik een tijdje meeging naar een jeugddienst.
Daar begon ik het zo interessant te vinden dat ik op een avond gebeden had dat Jezus zich maar moest laten zien als Hij echt bestond.
Er kwam zo'n onbeschrijfelijke liefde in mijn hart. Liefde die nooit iemand anders mij had kunnen geven.
Zelfs niet mijn vrouw, ouders of wie dan ook.
Het is nu zo'n 10 jaar geleden.
Waarom heb ik ellende moeten kennen?
Is het niet zo dat Jezus alles gedaan heeft om ons te redden.
Waarom ellende kennen als Jezus de prijs betaald heeft, Hij mij gered heeft uit de duisternis?
Johannes 7
37 Op de laatste dag, het hoogtepunt van het feest, stond Jezus in de tempel, en hij riep: ‘Laat wie dorst heeft bij mij komen en drinken! 38 “Rivieren van levend water zullen stromen uit het hart van wie in mij gelooft,” zo zegt de Schrift.’ 39 Hiermee doelde hij op de Geest die zij die in hem geloofden zouden ontvangen; de Geest was er namelijk nog niet, want Jezus was nog niet tot Gods majesteit verheven.Ik ben wedergeboren omdat ik weet dat Jezus voor mij gestorven is en voor mij wilt zorgen, ik Zijn kind mag zijn en Hem mag dienen met al wat in mij is.
Je kent het lied
Ik leef omdat mijn Heer is verrezen vast wel?
Als Jezus terug zou komen denk ik vaak aan de volgende tekst;
Openbaring 1
10 Op de dag van de Heer raakte ik in vervoering. Ik hoorde achter me een luide stem, die klonk als een bazuin 11 en die tegen me zei: ‘Schrijf alles wat je ziet in een boek en stuur dat naar de zeven gemeenten, naar Efeze, Smyrna, Pergamum, Tyatira, Sardes, Filadelfia en Laodicea.’ 12 Ik draaide me om, om te zien welke stem er tegen mij sprak. Toen zag ik zeven gouden lampenstandaards, 13 en daartussen iemand die eruitzag als een mens. Hij was gekleed in een lang gewaad en had een gouden band om zijn borst. 14 Zijn hoofd en zijn haren waren wit als witte wol of als sneeuw, en zijn ogen waren als een vlammend vuur. 15 Zijn voeten gloeiden als brons in een oven. Zijn stem klonk als het geluid van geweldige watermassa’s. 16 In zijn rechterhand had hij zeven sterren en uit zijn mond kwam een scherp, tweesnijdend zwaard. Zijn gezicht schitterde als de felle zon. 17 Toen ik hem zag viel ik als dood voor zijn voeten neer. Maar hij legde zijn rechterhand op me en zei: ‘Wees niet bang. Ik ben de eerste en de laatste. 18 Ik ben degene die leeft; ik was dood, maar ik leef, nu en tot in eeuwigheid. Ik heb de sleutels van de dood en van het dodenrijk