columbus schreef:meboy schreef:Eigenlijk doet de Bijbel altijd twee dingen:
Je afbreken: Met teksten die laten zien dat waar jíj mee bezig bent totaal tegen Gods wet ingaat, en dat jet jou als individu aan mogelijkheden ontbreekt om dat te herstellen. Het enige wat je dan kunt doen is het beamen en op zoek gaan naar genade
Je opbouwen door te laten zien welke processen van belang zijn in het maken van keuzes: welke dingen bevorderen een positieve omgang en welke dingen blokkeren een positieve omgang
Het eerste is de rechtvaardigmaking, De tweede is de heiligmaking. In de homodiscussie worden ze door elkaar gebruikt. Het ongeschikt zijn uit zichzelf is geen beperking om het tweede te omhelzen en te volbrengen. Andersom ook niet: de homo mag de heiligmaking niet gebruiken om zijn ongerechtigheid te rechtvaardigen
Hij mag slechts inzicht geven in zijn kennis over zijn ongerechtigheid en in zijn kennis over heiligmaking. Hij mag zélf de gift omhelzen, om hem vervolgens weer uit te dragen en door te geven.
heiligmaking volgt op rechtvaardigmaking en zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden.
een mens die rechtvaardig gemaakt is voor God door het verzoenend bloed van Jezus Christus heeft zichzelf in de spiegel van de wet gezien en diezelfde wet is dan gegraveerd in zijn binnenste. Die wedergeboren mens
zal uit liefde voor Christus en voor zijn medemens die wet houden, al zal dat niet lukken want hij is nl nog niet volmaakt en zal tot het eind ook zondaar blijven. Alleen met het verschil dat wanneer hij in zonde valt, die zonde ook belijd, spijt krijgt omdat hij tegen zijn Vader heeft gezondigd.
en stapje voor stapje zal hij steeds meer een hekel aan de zonde krijgen en de zonde aan het kruis spijkeren zodat de heiligmaking zichtbaar word in zijn leven! En dat zal bij de een meer zijn dan bij de ander. Ik blijf van mening dat een Christen met homosexuele gevoelens in die zonde kan vallen maar zeker er niet in blijft, berouw krijgt en zijn zonde belijd, en misschien zal het nog wel eens gebeuren, het vlees blijft zwak.
maar die heiligmaking zal voortgaan want het is een werk van de Heilige Geest.
En jij denkt dat dit proces in een homorelatie niet kan functioneren?
24 Zo dan, de wet is onze tuchtmeester geweest tot Christus, opdat wij uit het geloof zouden gerechtvaardigd worden.
25 Maar als het geloof gekomen is, zo zijn wij niet meer onder den tuchtmeester.
7 Zo dan, gij zijt niet meer een dienstknecht, maar een zoon; en indien gij een zoon zijt, zo zijt gij ook een erfgenaam van God door Christus.
8 Maar toen, als gij God niet kendet, diendet gij degenen, die van nature geen goden zijn;
1 Staat dan in de vrijheid, met welke ons Christus vrijgemaakt heeft, en wordt niet wederom met het juk der dienstbaarheid bevangen.
2 Ziet, ik Paulus zeg u, zo gij u laat besnijden, dat Christus u niet nut zal zijn.
3 En ik betuig wederom een iegelijk mens, die zich laat besnijden, dat hij een schuldenaar is de gehele wet te doen.
4 Christus is u ijdel geworden, die door de wet gerechtvaardigd [wilt] worden; gij zijt van de genade vervallen.
9 En nu, als gij God kent, ja, veelmeer van God gekend zijt, hoe keert gij u wederom tot de zwakke en arme beginselen, welke gij wederom van voren aan wilt dienen?
10 Gij onderhoudt dagen, en maanden, en tijden, en jaren.
11 Ik vrees voor u, dat ik niet enigszins tevergeefs aan u gearbeid heb.
13 Want gij zijt tot vrijheid geroepen, broeders, alleenlijk [gebruikt] de vrijheid niet tot een oorzaak voor het vlees; maar dient elkander door de liefde.
14 Want de gehele wet wordt in een woord vervuld, [namelijk] in dit: Gij zult uw naaste liefhebben, gelijk uzelven.
15 Maar indien gij elkander bijt en vereet, ziet toe, dat gij van elkander niet verteerd wordt.
16 En ik zeg: Wandelt door den Geest en volbrengt de begeerlijkheden des vleses niet.
17 Want het vlees begeert tegen den Geest, en de Geest tegen het vlees; en deze staan tegen elkander, alzo dat gij niet doet, hetgeen gij wildet.
18 Maar indien gij door den Geest geleid wordt, zo zijt gij niet onder de wet.
22 Maar de vrucht des Geestes is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, goedertierenheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, matigheid.
23 Tegen de zodanigen is de wet niet.